Quote
“Niemands kennis kan voorbij de ervaring”
John Locke is een Engelse filosoof en wordt dankzij zijn theorie over het sociaal contract beschouwd als de vader van het liberalisme. Locke stelt dat kennis niet afkomstig is uit aangeboren kennis, maar uit de ervaring.
John Locke, filosoof
John Locke zet zich fel af tegen een filosofische stroming die in zijn tijd populair is: het rationalisme. De rationalisten, waaronder filosoof René Descartes (1595-1650), stellen dat de menselijke rede de voornaamste bron van echte kennis is. Onze zintuigen zijn namelijk niet altijd te vertrouwen. Locke is het hier niet mee eens, en wordt een fervent voorstander van het empirisme. Volgens deze stroming is het juist onze ervaring die echte kennis oplevert.
Tabula rasa
Volgens Locke is de mens bij de geboorte een ‘onbeschreven blad’ (tabula rasa). De basis voor onze ideeën (alles waarover wij kunnen nadenken) ontstaat pas zodra wij de wereld om ons heen beginnen te ervaren door middel van onze zintuigen. Nadat we dingen uit onze omgeving hebben waargenomen, kunnen we hierop reflecteren. Deze reflectie op onze waarneming levert ons ervaringen op, schrijft Locke in zijn werk An essay concerning human understanding (1690).
Locke maakt van de eigenschappen die we aan de hand van onze zintuigen kunnen ervaren twee categorieën: primair en secundair. De primaire eigenschappen van een voorwerp worden direct door onze ideeën gerepresenteerd: grootte, uitgebreidheid, aantal, beweging, en stevigheid. De secundaire eigenschappen zijn veranderlijker, en betreffen onder andere de kleur, geur en smaak van een object.

John Locke: kleuren bestaan niet
Samengestelde ideeën
Met deze bouwblokken zijn we in staat om met eenvoudige beschouwingen complexe ideeën te vormen. Deze complexe ideeën kunnen wederom onderverdeeld worden in substanties en modi. Substanties zijn dingen die eigenschappen hebben, en onafhankelijk bestaan van andere dingen. Dieren, planten en mensen vallen onder substanties, maar ook zaken die we niet fysiek kunnen waarnemen en dus alleen geestelijk bestaan, zoals God. Modi zijn daarentegen wel afhankelijk van andere dingen, en betreffen onder andere wiskundige, politieke, religieuze, historische en morele concepten. Zo kunnen natuurkundige wetten alleen waargenomen worden door het observeren van hoe fysieke substanties zich gedragen.
Het vermogen om simpele ideeën samen te stellen is volgens Locke eigen aan de mens. Door ideeën samen te brengen zonder ze bij elkaar te voegen, zijn wij in staat om ze met elkaar te vergelijken en zo relationele concepten te verkrijgen, bijvoorbeeld of iets groter, sneller of langer is. Ten slotte kan men uit een verzameling van waarnemingen abstracte concepten afleiden en hierover nadenken. De zintuigen hebben de rede nodig om samengestelde ideeën te verwerken.
Wat is een persoon?
Als je lichaam en je persoonlijkheid in de loop van de tijd veranderen, blijf je dan nog wel dezelfde persoon? Locke probeert dit probleem op te lossen door een onderscheid te maken tussen de begrippen ‘mens’ en ‘persoon’. Met de term ‘mens’ verwijzen we volgens Locke naar ons biologische lichaam, de persoon is het denkende, intelligente wezen dat bewustzijn en herinneringen met zich meedraagt. Wie jij bent als persoon hangt volledig af van jouw herinneringen, zegt Locke; onze identiteit rekt precies zover als ons geheugen. Hoewel we ouder worden en ons misschien niet meer kunnen herinneren wat we precies een jaar geleden aan het doen waren, hebben we wel het besef dat we door de loop van de tijd dezelfde persoon zijn. Dat bewijst dat we ook dezelfde persoon blijven, aldus John Locke.

John Locke: denk als een rebel
Sociaal contract
Volgens Locke wordt ieder mens geboren met een paar onvervreemdbare grondrechten: het recht op leven en gezondheid, het recht op vrijheid, en het recht op persoonlijk bezit. Hij zet zich hiermee af tegen het absolutisme, een staatsvorm waarin de macht van de heerser onbeperkt is. Locke is van mening dat de natuurrechten van de mens voorafgaan aan het bestaan van een koning of regering. Hiermee staat hij aan de basis van de politieke ideologie van het liberalisme, waarin de vrijheid van het individu centraal staat.
In zijn politieke hoofdwerk Two treatises of government (Twee verhandelingen over het staatsbestuur, 1689) schrijft Locke dat voor het ontstaan van de georganiseerde samenleving mensen volledig vrij en gelijk aan elkaar zijn (de natuurtoestand). In deze natuurtoestand is het echter lastig om alle natuurrechten te garanderen, waardoor Locke ook de voordelen van een samenleving met regels en wetten inziet. Een regering kan namelijk een hogere bestaanszekerheid waarborgen. Het is dus in het belang van iedereen om een sociaal contract te sluiten: een denkbeeldige overeenkomst waarbij een groep mensen macht overdraagt aan een machtsinstantie. Het volk levert enkele vrijheden in, in ruil voor grotere veiligheid en bescherming.
Vrijheid
De concepten van de natuurtoestand en het sociaal contract leent Locke van de Engelse filosoof Thomas Hobbes (1588 -1679). Tussen de theorieën van Locke en Hobbes is er één groot verschil. Hobbes heeft een zeer negatief mensbeeld, en ziet de natuurtoestand als een oorlog van allen tegen allen die alleen een sterke, absolute leider kan voorkomen. De macht van deze heerser mag niet geschonden worden. Locke stelt daarentegen dat een volk in opstand mag komen in het geval dat een zittende regering onrechtvaardig is, en het sociaal contract verbreekt. Verder pleit hij voor vrijheid van religie en een scheiding tussen kerk en staat. Een mens kan niet gedwongen worden om te geloven. Als een heerser dit toch probeert, zal dat volgens Locke enkel weerstand opwekken.

Scheiding tussen Kerk en Staat
Eigendom
God heeft de aarde en alles wat zich in de natuur bevindt aan de gehele mensheid geschonken, niet aan een of meerdere individuën, schrijft Locke in de Two treatises. Hoe kan het dat privébezit dan toch bestaat? Locke beargumenteert dat zodra een persoon de natuur bewerkt met zijn arbeid, dit stuk natuur hem toebehoort. Als iemand bijvoorbeeld een appel plukt, wordt die appel van hem. Hetzelfde geldt als iemand een stuk land bewerkt.
Hoe voorkomen we vervolgens dat sommigen veel nemen, en anderen weinig overhouden? Volgens Locke lost dit probleem zich in de natuurtoestand vanzelf op. Als jij je dorst bijvoorbeeld lest in een rivier, kun je nooit zoveel drinken dat er voor de ander niets overblijft. Maar met de introductie van het geld doen ook de ongelijkheid en het conflict hun intrede, schrijft Locke. Het is dan de taak van het burgerlijk bestuur om te zorgen dat de grondrechten niet geschonden worden.
Even tussendoor… Meer lezen over Locke en andere grote denkers? Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief:
Meld u aan voor onze nieuwsbrief
Invloed van John Locke
Lockes politieke en economische theorieën inspireren de Founding Fathers van de Verenigde Staten, en staan daarmee aan de basis van de Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring uit 1776. Locke beïnvloedt ook de verlichtingsdenkers Voltaire (1694-1778) en Mary Wollstonecraft (1759-1797), die zich beiden bezig houden met mensenrechten. Anderen, met name David Hume (1711-1776) en George Berkeley (1685-1753), bouwen voort op Lockes empiristische ideeën, terwijl rationalist Gottfried Leibniz (1646-1716) een heel essay wijdt aan het weerleggen van zijn sterkste argumenten.
In de twintigste eeuw is Locke nog steeds een inspiratie voor liberale filosofen als John Rawls (1921-2002) en Bertrand Russell (1872-1970).
John Locke quotes
- ‘Waar wetten eindigen, begint de tirannie.’ Twee verhandelingen over het staatsbestuur
- ‘De overheid heeft geen ander doel dan de bescherming van eigendom.’ Twee verhandelingen over het staatsbestuur
- ‘Arbeid ter wille van de arbeid is tegennatuurlijk.’ Leidraad voor het verstand
- ‘Lezen voorziet de geest alleen van kennismateriaal; het is door ons denken dat we ons eigen maken wat we lezen.’ Leidraad voor het verstand
- ‘Deugd is moeilijker te verkrijgen dan kennis van de wereld.’ Some thoughts concerning education
- ‘Van niemand kan de kennis zijn ervaring overstijgen.’ An essay concerning human understanding
- ‘Koppigheid komt niet voort uit aanhankelijkheid aan de waarheid, maar uit onderwerping aan vooroordelen.’ An essay concerning human understanding
- ‘Mode is voor het grootste deel niets anders dan het uiterlijk vertoon van rijkdom.’ Some considerations of the consequences of the lowering of interest
Geïnspireerd door John Locke

Voltaire

Michael Sandel

John Rawls

Bertrand Russell

George Berkeley

Gottfried Wilhelm Leibniz

Mary Wollstonecraft
