Socrates zette de standaard voor alle filosofen na hem. Hij kon zuipen als een ketter. Het is daarom niet verwonderlijk dat alcoholisme filosofische beroepsziekte nummer één is geworden. Maar de ‘context van ontdekking’ en ‘context van rechtvaardiging’ dienen strikt gescheiden te blijven. Gevolgen van middelengebruik mogen nooit hun sporen nalaten in strenge argumentatielijnen. Ergens tussen gelag- en studeerkamer verandert de filosoof van lichamelijk beest naar godgelijk logicus.
Dat was althans de orthodoxe opvatting. In de negentiende eeuw komt hierin verandering. Net daarvoor heeft Immanuel Kant geprobeerd zowel God als wetenschap te redden door te beweren dat rede en waarneming allebei hun grenzen hebben. Kennis van hoe de dingen ‘op zich’ zijn, buiten ons bewustzijn om, hebben we niet. Ook onze waarneming biedt geen natuurgetrouwe kopie van buiten. De film in ons hoofd genereren we voornamelijk zelf.
Vergroot middelengebruik ons inzicht?
Met de onttroning van rede en waarneming strijden gevoel, intuïtie, kracht en wil vanaf dat moment om antropologische voorrang. Schopenhauer poneert na Kant dat hij wel weet wat de werkelijkheid is: de wereld is ten diepste Wil, een even vitaliserende als redeloze kracht. Deze diepere werkelijkheid is echter niet via rede of waarneming te kennen. In De dronken filosoof. Moderne denkers schrijven over de roes wordt duidelijk hoe denkers, wetenschappers en kunstenaars het vervolgens over een andere boeg gooien.
Nietzsche propageert bijvoorbeeld in de De geboorte van de tragedie het dionysische (melodie, chaos, buik en hart) om tegenwicht te bieden aan het apollinische (maat, orde, rede). Empirici, zoals de jonge Freud, onderzoeken zelf hoe cocaïne, hasj, lachgas en opium hun bewustzijn verruimen – en doen daarvan buitengewoon gedetailleerd verslag.
Lachen met Hegel
Deze experimenteerdrift wordt door meer gedreven dan alleen sensatiezucht. Filosofisch voordeel is er ook. William James meent dat de filosofie van Hegel alleen onder invloed van lachgas goed te begrijpen is. Een interessant perspectief. Hegels boeken zijn notoir lastig en lachgas is relatief goedkoop. Een college ‘lachen met Hegel’ zou een enorme efficiëntieslag voor Hegelstudies kunnen betekenen.
Maar vergroot middelengebruik daadwerkelijk ons inzicht? Veel auteurs, waaronder James, menen van wel. Het doorgronden van de hele werkelijkheid komt binnen bereik, mits je maar een beetje doordrinkt. ‘De macht die alcohol over de mensheid heeft, is zonder twijfel te danken aan het feit dat deze de mystieke vermogens van een persoon kan stimuleren, die gewoonlijk worden onderdrukt door de koude feiten en dorre kritiek van de nuchtere toestand,’ meent James. ‘Nuchterheid doet inkrimpen, maakt onderscheid en zegt neen; dronkenschap brengt expansie, schept eenheid en zegt ja.’

Filosofen aan de drugs
Wat deze hallucinante expedities nu precies opleveren, blijft vaag. Dat kan ook niet anders, want de ervaringen liggen aan gene zijde van rede en taal. Het totale en overweldigende karakter van de roes moet dan maar garant staan voor haar ‘waarheid’. Het enige wat we kunnen doen is zoveel mogelijk mensen het inzicht van de roes bezorgen.
Genot
De werkelijkheid is natuurlijk anders. Gezien de recente populariteit van lachgas zou je verwachten dat er nu een hele generatie Hegel-kenners is opgestaan, maar dat is niet gebeurd. Drugsgebruik dient vooral het vermaak en genot. In het boek komen ook criticasters aan het woord. Aan de buitenkant lijkt de mens vrij en authentiek, maar uiteindelijk lopen we allemaal aan de leiband van het grootkapitaal, zo menen bijvoorbeeld Adorno, Lukács en De Sutter. Drugsgebruik dient geen ander doelen dan vergetelheid, escapisme of verhoging van productiecapaciteit.
Filosoof, theaterwetenschapper en uitgever Thomas Crombez heeft een werkelijk fantastische bloemlezing samengesteld. De tekstfragmenten, historisch geordend van 1859 tot 2017, zijn kort en adequaat gekozen. De inleidingen zijn informatief. De keuze aan auteurs, niet louter filosofen, is breed. Natuurlijk komen de effecten van drugs en alcohol aan bod, maar ook de roes als gevolg van dans, seks, literatuur en, jawel, wetenschappelijk onderzoek.
Naast auteurs van naam heeft Combrez ook zeer interessante teksten van minder bekende schrijvers opgenomen. Hij heeft ze vaak zelf vloeiend vertaald. Bij het lezen ervan vergat ik regelmatig de tijd – Âwaarschijnlijk de enige ervaring van de roes die voor zo’n vastgeroest apollinisch karakter als het mijne is weggelegd. Een ervaring van Het Ene heb ik niet gehad. Hegel begrijp ik nog steeds niet. Maar mijn enthousiasme voor dit heerlijke en verrassende boek is er niet door verminderd.
De dronken filosoof. Moderne denkers schrijven over de roes
Thomas Crombez
Letterwerk
381 blz.
€ 34,99