Home Filosofie is makkelijker als je denkt Filosofie is makkelijker als je denkt: wat is muziek?
Filosofie is makkelijker als je denkt Muziek

Filosofie is makkelijker als je denkt: wat is muziek?

In ‘Filosofie is makkelijker als je denkt’ helpen we u in vijf stappen op weg in het zelf leren denken. Dit keer: wat is muziek?

Door de redactie op 27 maart 2024

muziek plaat lp

In ‘Filosofie is makkelijker als je denkt’ helpen we u in vijf stappen op weg in het zelf leren denken. Dit keer: wat is muziek?

FM4 waar is chaos Filosofie Magazine
04-2024 Filosofie magazine Lees het magazine

Dit artikel krijgt u van ons cadeau

Wilt u onbeperkt toegang tot de artikelen op Filosofie.nl? U bent al abonnee vanaf €4,99 per maand. Sluit hier een abonnement af en u heeft direct toegang.

1. Inleiding: ‘Muziek is een vorm van verlossing’

Filosofie is makkelijker als je denkt. Maar zit er ook muziek in het denken? Een korte inleiding in de filosofie van de muziek.

Iets wat ons als muziek in de oren klinkt, hoeft zelf geen muziek te zijn. Muziek is spreekwoordelijk geworden voor het aangename, het harmonische. Van het voorstel om volgende week op vakantie te gaan of het vertoonde spel van ons favoriete voetbalelftal kunnen we zeggen ‘dat er muziek in zit’, zelfs al valt er niets te horen.

Dit soort uitdrukkingen hebben oudere wortels dan we misschien denken. De Griekse filosoof Pythagoras (ca. 570-500 v.Chr.) was er al van overtuigd dat in alles muziek zat. Hij had ontdekt dat de harmonieuze intervallen uit de muziek precies overeenkomen met wiskundige verhoudingen: een octaaf is 1:2, een kwart is 3:4 et cetera. Deze wiskundige verhoudingen bepaalden volgens de astronomie van zijn tijd ook de positie van de hemelsferen die de aarde omringen. Pythagoras concludeerde daarop dat de hemelsferen muziek maken. Er klinkt een eeuwige muziek op uit de kosmos, maar we merken die niet op omdat we eraan gewend zijn.

De belangrijkste klanken zijn onhoorbaar

Dat de belangrijkste vorm van muziek onhoorbaar is, bleef lang de dominante overtuiging. Als je bijvoorbeeld muziek bestudeerde aan een middeleeuwse universiteit, hield je je vooral bezig met het heelal en de menselijke ziel. In navolging van Plato (ca. 427-347 v.Chr.) meende men namelijk dat niet alleen de hemelsferen georganiseerd zijn volgens de verhoudingen van de muziek, maar ook de ziel. De harmonieuze melodie en de harmonieuze mens hebben dezelfde grond. Dat verklaarde ook waarom muziek gevoelens oproept: je bootst met een instrument de verhoudingen na die ook het zielenleven reguleren.

Maar als muziek te maken heeft met de orde van het heelal en de ziel, waarom krijgt ze dan zo’n nederige positie? De Duitse filosoof Arthur Schopenhauer (1788-1860) draaide de hiërarchie om. Muziek beschouwde hij als de zuiverste uitdrukking van de wil, de irrationele kracht die aan de wereld ten grondslag ligt. Beter dan alle kennis en kunst brengt de muziek het diepste wezen van de werkelijkheid tot uitdrukking. Muziek is zelfs een vorm van verlossing, dacht Schopenhauer, een manier om te ontsnappen aan het lijden van het leven.

Volgens de componist Bernd Alois Zimmermann (1918-1970) brengt muziek een eenheid tot stand tussen tijd en ogenblik. De muziek verbindt de gelijktijdigheid, de samenklank, met de chronologische opeenvolging van klanken. Op die manier ontstaat er een orde tussen de mens en de tijd, schrijft Zimmerman, ‘een orde van beweging die de mens op een bijzondere manier bewust maakt van de tijdelijkheid’. De rollen zijn omgedraaid: niet de mens ziet ergens muziek in, maar de muziek geeft de mens zijn plaats in de tijd.

2. Vragen stellen: waar is de muziek als we muziek luisteren?

De filosoof stelt vragen. Maar welke vragen stelt de filosoof dan? Oefen hier de vragende houding van de filosofie.

Volgens Socrates, Cicero en Montaigne is filosoferen niet alleen de kunst van het vragen, maar is filosoferen ook leren sterven. En daarmee is meteen veel gezegd over het soort vragen dat de filosoof stelt: wat komt er na de dood? Wat is leven? Vragen die vragen om een antwoord, terwijl je weet dat dat er niet is. De vraag van de filosoof laat zien dat we het leven nooit van buitenaf kunnen verklaren en dat we dus telkens onze wereld van binnenuit moeten bestuderen. Probeer nu eens met die houding deze vraag te stellen: waar is de muziek als we naar muziek luisteren? (En welke vragen zijn er nog meer te bedenken?)

Wat is het verschil tussen geluid en muziek?

Hoort de stilte na de muziek nog bij de muziek?

Is valse muziek ook muziek?

Wat doet muziek als die ontroert?

Wat is de betekenis van muziek?

Wanneer wordt muziek herrie?

Is muziek taal?

Kun je stilte horen?

3. Paradox: dezelfde toon steeds hoger?

Kun je denken dat je denkt zonder dat je denkt? Filosofie is moeilijker als je denkt in paradoxen. Door Barteld Kooi.

Toen ik het nummer Always Ascending van Franz Ferdinand voor het eerst beluisterde, had ik een vreemde ervaring. Het nummer duurt meer dan vijf minuten en op de achtergrond hoor je een klank die de hele tijd hoger wordt. Op een gegeven moment realiseer je je dat het onmogelijk is dat die klank alleen maar stijgt. Na de ruim vijf minuten zou op een gegeven moment de klank toch echt te hoog moeten zijn om te kunnen horen. Dus je weet dat je oren je bedriegen: je hoort het onmogelijke. Het is een illusie die in de jaren zestig ontdekt werd door Roger Shepard, en die in allerlei muziek is terug te vinden, van Bach tot de Beatles.

We kunnen een rationalistische wending nemen en het empirisme verwerpen: onze zintuigen blijken voor de zoveelste keer niet te vertrouwen. Maar Shepard was vooral geïnteresseerd in hoe de waarneming nu eigenlijk werkt. Want als je begrijpt hoe de waarneming om de tuin geleid kan worden, begrijp je ook wanneer je wel en wanneer je niet kunt vertrouwen op je waarneming. Dat perspectief levert veel meer op.

Bij onze waarneming van deze toonladder spelen drie dingen een rol. Ten eerste nemen we kleine verschillen wel waar, maar als die verschillen klein genoeg zijn, dan nemen we geen verschillende dingen waar. We zien maar één ding veranderen. Net als wanneer een plankje van het schip van Theseus wordt vervangen: dan zien we een verandering in hetzelfde schip, en niet opeens een ander schip. Als we in een lied na elkaar afzonderlijke noten horen die in sequentie steeds hoger zijn, horen we geen afzonderlijke noten maar één melodie of één stijgende klank, alsof we dezelfde stem horen. Bij grotere verschillen nemen we de opeenvolging van noten wel waar als verschillende melodieën of klanken. We menen dan wel verschillende stemmen te horen. De crux is echter dat we echt heel kleine geleidelijke veranderingen helemaal niet opmerken. Een zandkorrel meer of minder op een hoop merken we niet op. Dus als een klank heel langzaam steeds zachter wordt, merken we dat ook niet.

Even tussendoor… Elke week zelf leren denken met Filosofie Magazine? Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief:

Meld u aan voor onze nieuwsbrief

Ontvang elke woensdag het laatste filosofie nieuws, de beste artikelen van de week en af en toe een aanbieding.
Ontvang wekelijks het laatste filosofienieuws, de beste artikelen en af en toe een aanbieding.

De illusie van dezelfde toon die steeds hoger klinkt kan verklaard worden door deze waarnemingsverschillen. In het nummer van Franz Ferdinand klinken verschillende toonladders tegelijkertijd. Zonder dat we ze onderscheiden horen we eigenlijk meer stemmen. We merken niet dat één zo’n stem heel zachtjes en laag verschijnt en dan langzaam harder en hoger wordt om ten slotte zachter te worden en te verdwijnen. En zo hoor je alleen maar een stijgende klank. Je gelooft je oren niet!

4. Gedachte-experiment: muziek gemaakt van stilte

Wetenschap toetst met experimenten de feiten, filosofie toetst met experimenten het denken.

Stel je voor!
Muziek die alleen uit stilte bestaat, kan dat? Op vrijdag 29 augustus 1952 confronteerde de Amerikaanse componist John Cage (1912-1992) het publiek van een concertzaal met die vraag. Niet door die te stellen, maar door de pianist David Tudor een compositie uit te laten voeren die nu bekendstaat als 4”33. Tudor nam plaats achter de piano en was 4 minuten en 33 seconden stil. Die periode was opgedeeld in drie delen, die hij nauwlettend timede met een stopwatch en die van elkaar onderscheiden werden door het sluiten en openen van de klep van de piano.

In die periode was het niet werkelijk stil. Cage zou hier later over zeggen dat mensen dachten dat het stil was, ‘omdat ze niet wisten hoe te luisteren’. Hij wees op de wind die je tijdens het eerste deel kon horen, de regendruppels die tijdens het tweede deel op het dak tikten en op ‘allerlei interessante geluiden’ die het publiek tijdens het derde deel maakte door met elkaar te praten of de zaal uit te lopen.

Is dat muziek? Of is dat gewoon geluid? En wat is het verschil tussen muziek en geluid? Voor Cage zijn er voor muziek niet per se instrumenten nodig. ‘Het materiaal van muziek is geluid en stilte. Die integreren is componeren. Ik heb niets te zeggen en ik zeg het.’

Cage – die mediteerde en zich verdiepte in oosterse filosofieën als het zenboeddhisme – was niet hiërarchisch wat betreft geluiden. Het geluid van iemand die hoest in een concertzaal was in zijn oren net zo interessant als elk ander geluid, zoals de geluiden die de musici op het podium maakten. Hij zag gehoest tussendoor niet als een interruptie, een onvolkomenheid, maar als onderdeel van de muziek.

Tekst loopt door onder afbeelding

Dat laat zien dat de wortels van 4”33 niet zozeer in stilte liggen, maar in luisteren. Door alle omgevingsgeluiden toe te laten in wat wij als muziek bestempelen vraagt Cage ons muziek te accepteren als een kunst van lawaai, van hoesten en van ritselende snoeppapiertjes, van toeterende auto’s en van kletsende mensen. De vraag die hij ons laat stellen is misschien niet of muziek kan bestaan uit stilte, maar of muziek kan bestaan uit luisteren.

Echt?!
De compositie 4”33 is meermaals gecoverd. Soms in vergelijkbare opzet als het origineel, soms door de ‘stilte’ te combineren met instrumentele muziek. Cage benadrukte dat hij het stuk heeft gecomponeerd, opgebouwd. Hij heeft dan ook copyright op de compositie. Toen de Britse muzikant en componist Mike Batt in 2002 op een album A One Minute Silence zette met als credit ‘Batt/Cage’ werd hij aangeklaagd. De minuut stilte op zijn album was plagiaat. Maar kan dat eigenlijk wel? Cage liet zien dat alles muziek kan zijn. Maakt hij daarmee de wereld niet tot één groot kunstwerk? Een kunstwerk waarop hij copyright heeft? Heeft Cage copyright op de wereld?

5. Close reading: Susanne Langer over muziek

Filosofie is ook makkelijker als je leest. Goed leest. Filosofische bronteksten zijn niet altijd even makkelijk te begrijpen. Daarom helpen we je in een close reading op weg met extra context en commentaar bij deze tekst van Susanne Langer over muziek.

Voor iemand met een beperkt muzikaal gevoel*1 schijnt de ideeënvorming het meest waardevolle antwoord op de muziek, de ‘subjectieve inhoud’ die de luisteraar moet leveren. Degenen die deze mening zijn toegedaan geven vaak toe dat je ook zuiver mooie klanken kunt waarderen die je ‘plezier schenken’; maar je kunt de muziek beter begrijpen*2 wanneer ze een poëtische inhoud uitdrukt. Goethe bijvoorbeeld, die niet muzikaal was (ondanks zijn belangstelling voor muziek als cultuurproduct) vertelt hoe hij bij het luisteren naar een nieuw pianokwartet uit geen enkel deel iets zinnigs kon opmaken, behalve uit een allegro dat hij kon interpreteren als de heksensabbat op de Blocksberg, ‘zodat ik uiteindelijk toch een voorstelling vond die aan deze bijzondere muziek ten grondslag kon liggen’.

Wanneer zo’n interpretatie*3 spontaan is, is het een volkomen gerechtvaardigde manier van doen, die algemeen voorkomt bij en nuttig is voor muzikaal beperkte mensen. Maar die interpretatie wordt verderfelijk als leraren of critici of zelfs componisten ze de wereld insturen, want dan maken zij een deugd van het lopen met een kruk. (…)

De werkelijke kracht van muziek ligt in het feit dat ze ‘waar’ kan zijn voor het gevoelsleven op een manier waartoe de taal niet in staat is. Haar betekenisvolle vormen hebben namelijk die ambivalente inhoud die woorden niet kunnen hebben. Dit is, denk ik, wat Hans Mersmann*4 heeft bedoeld toen hij schreef: ‘De mogelijkheid om tegengestelde dingen tegelijkertijd uit te drukken, geeft aan de muziek als zodanig de meest ingewikkelde graad van expressiviteit en voert ze in dit opzicht tot ver buiten de grenzen van de andere kunsten.’ Muziek is onthullend waar woorden versluierend zijn, omdat muziek niet alleen een inhoud kan hebben, maar ook een spel van steeds veranderende inhouden*5 is.

Over de betekenis van muziek, Susanne Langer - Paperback - 9789464598315

Uit: Susanne Langer, Over de betekenis van muziek, vert. Thomas Crombez, Letterwerk, 2023.

  1. De Amerikaanse filosoof Susanne Langer (1895-1985) was zelf bepaald niet ‘iemand met een beperkt muzikaal gevoel’. Ze was een begiftigd musicus, haar favoriete instrument was de cello. Dit fragment is afkomstig uit haar belangrijkste werk, getiteld Philosophy in a new key (1942), oftewel: filosofie in een nieuwe toonsoort. De centrale vraag die zij daarin stelt is: wat is de betekenis van muziek?
  2. Langer was een student van de Duitse filosoof Ernst Cassirer (1874-1945). Hij zag de mens als een symbolisch wezen: de mens is een dier begiftigd met een uniek talent voor betekenis. Langer sluit zich daarbij aan, maar plaatst ook een kritische noot: niet alle vormen van betekenis worden even goed begrepen. Terwijl we veel oog hebben voor taal, wordt de betekenis van muziek nog vaak verkeerd geïnterpreteerd. Muziek zou een soort gevoelstaal zijn of een afbeelding van de werkelijkheid. Een andere verkeerde vooronderstelling is dat de betekenis van muziek onzegbaar zou zijn. Hoewel de betekenis van muziek niet zo eenduidig is als de taal, stelt ze, zijn taal en muziek wel gelijkwaardig aan elkaar; ze zijn allebei vormen van wat ze ‘symbolisch ­denken’ noemt.
  3. Hier levert Langer kritiek op het feit dat we de unieke betekenis­geving van muziek vaak omzetten in de betekenisgeving van de taal. Terwijl ze volgens haar wezenlijk andere vormen van symbolisch denken zijn. Als Goethe stelt dat een muziekstuk hem doet denken aan een heksensabbat op de Blocksberg dan is dat volgens haar een prima interpretatie – al laat ze haar dedain voor mensen zonder muzikaal gevoel hier wel doorschemeren – maar het doet geen recht aan wat de betekenis van muziek zo uniek maakt.
  4. Hans Mersmann (1891-1971) was een Duitse muziekhistoricus.
  5. Wat maakt de betekenis van muziek nu zo bijzonder? Hier komt Langer met haar antwoord. Muziek is volgens haar ‘een spel van steeds veranderende inhouden’. In tegenstelling tot taal, waarin woorden telkens dezelfde betekenis hebben, kan dezelfde noot in een ander muziekstuk heel anders klinken. Er is geen afgesproken betekenis. Luisteren naar muziek is volgens haar daarom een ‘caleidoscopisch spel’ dat zich buiten het gebied van het discursieve denken afspeelt. Gevoelens, verbeelding en het lichaam komen erin samen.