Quote
“De grote verdienste van het existentialisme is dat het ten minste de inzet heeft een filosofie te zijn waarnaar men kan leven”
Wat betekent het om een goed mens te zijn? Kunnen we onszelf moreel verbeteren? En zo ja, bestaan er technieken die ons daarbij kunnen helpen? Dat zijn de centrale vragen die Iris Murdoch onderzoekt. Filosofie moet toepasbaar zijn op het gewone leven: ‘een moraalfilosofie moet bewoond worden’.
Zelfzuchtig
Mensen zijn van nature zelfzuchtig, is het uitgangspunt van Murdoch. We zijn voornamelijk bezig met onszelf, houden onszelf voortdurend voor de gek en verschansen ons in de privé-fantasie, ‘het web van zelfverheerlijkende en troostende wensen en dromen.’ Maar er zijn manieren om die zelfobsessie te beteugelen. Natuur en kunst kunnen daarbij een belangrijke rol spelen.
Als je van de schoonheid in een kunstwerk geniet – bijvoorbeeld een roman van Tolstoj, toneelstuk van Shakespeare of schilderij van Cézanne – ben je niet alleen maar met jezelf bezig en verlaat je de privéfantasie. Goede kunstwerken laten de wereld zien ‘zoals die is’. Ook in de natuur zijn dit soort ervaringen mogelijk, waarbij we de zelfbetrokkenheid doorbreken en onze blik naar buiten richten: op de wereld en de mensen om ons heen. Het begrip ‘aandacht’ – dat Murdoch ontleende aan de Franse filosoof Simone Weil – is daarbij cruciaal. Door aandachtig te kijken en ons te richten op de dingen en mensen buiten ons, kunnen we ons ontwikkelen tot moreel betere mensen.
Het goede
Murdoch benadrukt dat we voorbijgaande, sterfelijke wezens zijn, onderworpen aan noodzaak en toeval. Om toch richting aan ons bestaan te kunnen geven, spreekt Murdoch over ‘de idee van het goede’ – een begrip dat zij ontleent aan Plato en dat centraal staat in haar werk. Het goede is een ideaal waarop we ons kunnen richten, een tegenkracht tegen de doelloosheid van het bestaan.
Even tussendoor… Meer lezen over Iris Murdoch en andere grote denkers? Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief:
Meld u aan voor onze nieuwsbrief
Tot 1962 was Murdoch docent aan het St. Anne’s College in Oxford. Naast haar filosofische teksten publiceerde zij zevenentwintig romans, een dichtbundel en toneelteksten. In haar literaire teksten verwijst ze veelvuldig naar filosofische werken en ideeën.