Home Vrouwelijke denkers Is het genoeg om aparte bundels over vrouwelijke denkers te publiceren? | recensie
Vrouwelijke denkers

Is het genoeg om aparte bundels over vrouwelijke denkers te publiceren? | recensie

De filosofes biedt een waardevol overzicht van vrouwelijke denkers. De vraag blijft of het genoeg is om zulke bundels te publiceren.

Door Joke J. Hermsen op 06 mei 2022

Is het genoeg om aparte bundels over vrouwelijke denkers te publiceren? | recensie

De filosofes biedt een waardevol overzicht van vrouwelijke denkers. De vraag blijft of het genoeg is om zulke bundels te publiceren.

Cover van 05-2022
05-2022 Filosofie magazine Lees het magazine

Dit artikel krijgt u van ons cadeau

Wilt u onbeperkt toegang tot de artikelen op Filosofie.nl? U bent al abonnee vanaf €4,99 per maand. Sluit hier een abonnement af en u heeft direct toegang.

Het getuigt van lef om een boek over vrouwelijke denkers te beginnen met een essay over een vrouw van wie we niet zeker weten of ze wel bestaan heeft. Rebecca Buxton en Lisa Whiting openen hun bundel De filosofes met de Griekse Diotima van Mantinea, wier betoog over de liefde in Het symposium van Plato nog altijd sterk tot de verbeelding spreekt.

Diotima zelf is niet aanwezig bij het banket, maar haar gedachten over de liefde worden door Socrates met instemming verteld. De liefde is in Diotima’s ogen zowel een ervaring van volheid als van pijnlijk missen. Eros is volgens haar het kind van Penia (armoede) en Poros (rijkdom), wat van hem een zoekende daimon of halfgod maakt, die wel weet heeft van de rijkdom van de liefde, maar deze nooit zal kunnen verzilveren, en dus altijd zal blijven verlangen.

Een prachtig verhaal, maar helaas weet niemand of Diotima een historisch persoon is. ‘Zelfs als ze alleen door Plato zou zijn bedacht, verdient ze het om als belangrijke vrouw in de geschiedenis van de filosofie te worden gezien,’ staat te lezen in het boek. Dat is een redenering die niet geheel zonder risico is. Het zou het ‘vrouwangstige’ deel van de mannelijke collega’s ertoe kunnen verleiden om de uitsluiting van vrouwen uit de filosofische canon met scepsis terzijde te schuiven – moeten we Madame Bovary of Anna Karenina nu soms ook tot de geschiedenis van de filosofie gaan rekenen, hoor je ze al denken.

We weten echter ook dat de meeste personages in Plato’s dialogen gemodelleerd zijn naar personen die daadwerkelijk in het antieke Athene leefden. Bovendien laat Socrates doorschemeren dat Diotima een belangrijke leermeester van hem is geweest, dus het valt te begrijpen dat de redactrices de verleiding niet konden weerstaan om haar een plek in de bundel te geven.

Hypatia wilde een school oprichten, maar werd gevild

In een ander essay valt te lezen over het lot dat de filosofe en wiskundige Hypatia van Alexandrië trof. Ze leefde zo’n zes eeuwen na Plato en werd op gruwelijke wijze het zwijgen opgelegd. Hypatia wilde een neoplatoonse school voor wiskunde, wetenschap en wijsbegeerte oprichten, maar haalde zich met dit vrijmoedig intellectuele optreden zoveel woede op de hals dat ze door een groep mannen een kerk werd binnengesleurd, waar ze voor het altaar levend werd gevild.

De verhouding tussen vrouwen en filosofie is beslist geen gelukkige geweest. Een slechter huwelijk is nauwelijks denkbaar: de vrouw moest verdwijnen om de man te laten excelleren. Al eeuwenlang worden er pogingen ondernomen om die relatie te verbeteren. In de zeventiende eeuw werd er al een Historia Mulierum Philosopharum (1670) geschreven door ene Gilles Ménage, waarin uitgebreid aandacht werd besteed aan vrouwelijke filosofen, ethici en mystici uit zijn tijd. Maar hoe meer de moderne tijd gestalte kreeg, hoe meer ‘de denkende vrouwen’ alleen nog ‘op het schutblad van haar mans proefschrift’ verschenen, zoals Carry van Bruggen in Uit het leven van een denkende vrouw (1920) droogjes opmerkt.

De opkomst van de burgerlijke maatschappij is voor vrouwen lang niet zo voordelig geweest als wel wordt aangenomen. Waar ze voor die tijd mede dankzij de privileges van hun klasse deelnamen aan intellectuele debatten, werden ze naarmate het burgerlijke gezin de fameuze ‘hoeksteen van de samenleving’ werd steeds meer van participatie uitgesloten.

Even tussendoor… Meer lezen over vrouwelijke denkers? Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief:

Meld u aan voor onze nieuwsbrief

Ontvang elke woensdag het laatste filosofie nieuws, de beste artikelen van de week en af en toe een aanbieding.
Ontvang wekelijks het laatste filosofienieuws, de beste artikelen en af en toe een aanbieding.

Dankzij de inspanningen van veel vrouwelijke filosofen in de twintigste eeuw, die talrijke geschiedenissen van vrouwelijke denkers hebben gepubliceerd, is de slechte relatie tussen vrouwen en filosofie enigszins verbeterd; ze zijn op z’n minst on speaking terms gekomen. Een van de eerste studies was de maar liefst vijfdelige serie History of Women Philosophers van Mary Ellen Whaithe in 1987, gevolgd door Hypathias Daughters (1995) van de onlangs overleden Amerikaanse filosofe Linda Lopez McAlister. In Nederland verschenen Het denken van de Ander (1997), dat ik zelf mocht samenstellen en waarin ik ook enkele mannelijke denkers van ‘het andere’ c.q. ‘de Ander’ opnam, zoals Jacques Derrida en Emmanuel Levinas, uit ongenoegen om vrouwen altijd als een aparte categorie te beschouwen. Daarna volgden nog Zij denkt dus zij bestaat (2008) en het omvangrijke werk Vrouwelijke filosofen (2014) van Carolien Ceton.

En nu is er dan De filosofes, waarin opnieuw een twintigtal vrouwelijke denkers in lezenswaardige essays de revue passeert, van Mary Astell tot Angela Davis en Iris Marion Young. Ik kan ze hier onmogelijk allemaal beschrijven, maar feit is dat we de afgelopen veertig jaar naarstig geprobeerd hebben om de balans tussen beide seksen in de filosofie enigszins te herstellen. Ondanks al deze bundels, naslagwerken en geschiedenissen zijn vrouwelijke denkers op de meeste onderwijsprogramma’s van de filosofiefaculteiten nog altijd de uitzondering die de regel van uitsluiting bevestigt. Wat is er toch aan de hand, vraag je je af.

De vrouw moest verdwijnen om de man te laten excelleren

Het is een hardnekkig probleem, dat blijkbaar het hart van de westerse wijsbegeerte raakt. Het ‘ik denk, dus ik ben’ van Descartes, lange tijd een belangrijk motto voor westerse filosofen, betekende feitelijk: ‘ik denk als zij haar mond houdt’. Vrouwelijke denkers hebben lang de twijfelachtige eer in de schoot geworpen gekregen ‘de onzichtbare ander’ van mannelijke filosofen te zijn, die soms als ‘moeder’ of ‘heilige’ op een voetstuk werd gezet, maar vaker als inferieur en irrationeel wezen van filosofische debatten werd uitgesloten. De vraag is hoe we daar als fameuze ‘anderen’ eindelijk verandering in kunnen brengen.

Uiteraard is het van groot belang om het werk van vergeten filosofes te leren kennen, en in die behoefte voorziet ook De filosofes ruimschoots. Nieuw aan deze bundel is vooral de welkome intersectionele aanpak, dat wil zeggen dat er ook veel aandacht wordt besteed aan niet-westerse vrouwelijke denkers, zoals de veertiende-eeuwse Indiase dichteres, filosofe en yogalerares Lalla, voor wie denken vooral een zoektocht naar waarheid en vrijheid was. Ook bevat de bundel mooie essays over de twintigste-eeuwse Nigeriaanse grondlegster van de Yoruba-filosofie, Sophie Bosede Oluwole, van wie in 2005 Socrates en Orunmila. Wat we van Afrikaanse filosofie kunnen leren verscheen, en over de Libanese rechtsfilosofe Azizah Y. al-Hibri, die in Women and Islam (1982) de al even moeizame relatie tussen vrouwen en de islam onderzoekt.

Ondanks de rijkdom van deze bundel blijf ik ook met een gevoel van armoede achter. Want de vraag blijft of we met aparte bundels over vrouwelijke denkers kunnen volstaan. Moeten we niet ook de vraag wat filosofie eigenlijk is opnieuw stellen? Is filosofie slechts het bouwen van abstracte denksystemen, die weliswaar uitblinken in rationele exercities, maar die weinig op de politiek-culturele werkelijkheid betrokken zijn? Of maakt dit soort bouwwerken er slechts een deel van uit, en is de filosofie veel meer
dan dat?

Mijn voorstel is om de wijsbegeerte niet alleen intersectioneel te maken, maar om haar ook veel gastvrijer te laten zijn tegenover andere genres, zoals essays, politieke pamfletten en literaire teksten. Want als er iets duidelijk wordt in De filosofes, is het dat juist vrouwelijke denkers uitblinken in een diversiteit aan genres en zich zelden beperken tot het schrijven van academische teksten alleen, die het denken naar mijn idee soms meer in de weg zitten dan dat ze het kunnen bevrijden van de bestaande kaders en opvattingen.

De filosofes

De filosofes
Rebecca Buxton en Lisa Whiting (red.)
Lontano
192 blz.
€ 25,-