Home Mens en natuur Wetenschapper Joost Vervoort: ‘We leven in een gefabriceerde realiteit’
Mens en natuur

Wetenschapper Joost Vervoort: ‘We leven in een gefabriceerde realiteit’

Door Marnix Verplancke op 20 maart 2025

gebouw appartementencomplex verbeelding
beeld Kenan Alboshi/Unsplash

We hebben dringend meer verbeelding nodig, volgens wetenschapper Joost Vervoort. ‘Verbeelding stuurt onze waarneming.’

Dit artikel krijg je van ons cadeau

Wil je onbeperkt toegang tot de artikelen op Filosofie.nl? Je bent al abonnee vanaf €4,99 per maand. Sluit hier een abonnement af en je hebt direct toegang.

‘Verbeelding is overal,’ zegt Joost Vervoort, universitair hoofddocent transformatieve verbeelding aan de Universiteit Utrecht. ‘Zo gauw je gaat nadenken over wat er morgen zou kunnen gebeuren ben je al bezig met verbeelden. Er is steeds meer neurowetenschappelijk bewijs dat de verbeelding onze waarneming stuurt. In feite zijn we meer bezig met simulatie dan met perceptie. We projecteren wat we denken op wat we zien in de realiteit, en als er iets niet klopt, grijpt ons brein in. We leven dus in een soort gefabriceerde realiteit die slechts af en toe wordt bijgesteld.’

De uitspraak ‘Jij hebt te veel verbeelding’, wanneer iemand dominante opvattingen in twijfel trekt, slaat dus nergens op?
‘Inderdaad, te veel verbeelding hebben kan niet. Ze is er gewoon. Wat mensen bedoelen wanneer ze die opmerking maken is dat je naar hun mening een ongepast alternatief biedt voor de overheersende mening, wat ik juist zou toejuichen. We moeten ons bewust worden van de consequenties van onze verbeelding en hoe die al of niet een bestaand verhaal in stand houdt of in twijfel trekt. Onze toekomstbeelden zijn immers altijd vervlochten met bepaalde mythen en verhalen, wat bij ons meestal die van het neoliberalisme en van fascistoïde bewegingen die daarop voortbouwen zijn. Dat zien we in Rusland en Amerika, waar men doelbewust bezig is met een verbeeldingsstrategie. Er worden nieuwe narratieven gemaakt – wat is het vervangen van de naam van de Golf van Mexico door de Golf van Amerika door president Trump anders? Of het verwijderen van Joe Biden uit de lijst van Amerikaanse presidenten, zoals kortstondig is gebeurd? Of de filmpjes over Trumps idee van hoe Gaza er uit moet gaan zien?

Extreemrechtse en antidemocratische bewegingen snappen heel goed dat de mens een wezen is van de verbeelding, van fantasie en mythe. Links staat daar heel sceptisch tegenover, omdat het uit een traditie van anti-fantasie en anti-mythe komt, maar laat zo de weg vrij voor extreemrechtse narratieven.’

Links zou daar dus beter een andere verbeelding tegenover kunnen stellen, in plaats van de narratieven van extreemrechts af te keuren?
‘Precies, we hebben nood aan een nieuwe, radicale verbeelding die met een alternatief verhaal komt dat mensen ook emotioneel raakt. Een van de grote hedendaagse maatschappelijke problemen is de crisis van de masculiniteit. Heel wat jonge mannen hebben het gevoel dat ze hun status en waarde in de wereld verliezen doordat bepaalde voordelen van de patriarchale masculiniteit onderuit worden gehaald – hoewel dat in de praktijk meevalt. Dat verlies van narratief en betekenis zorgt ervoor dat deze mannen makkelijk meegaan in vrouwvijandige verhalen.

Wat mij dan interesseert is of het mogelijk is om andere beelden van masculiniteit te creëren. Hoe die er precies uit moeten zien weet ik ook niet. Maar ik weet wel dat we niet naar één scenario moeten kijken, maar naar duizenden. Het meta-verhaal dat je wilt vertellen is dat het idee van een patriarchale masculiniteit een gevangenis is, een heel klein doosje waar iedereen in zou moeten passen. Je mag geen emoties hebben behalve agressie, je moet stoer en sterk zijn, veel verdienen en veel seks hebben. Dat is maar één procent van wat er mogelijk is om als man in de wereld te staan. Wat mij interesseert is dat er nog negenennegentig andere procenten zijn.’

Van opleiding bent u ecoloog. Wat voor rol speelt verbeelding op ecologisch vlak?
‘We moeten ons durven verzetten tegen een al te materialistische en rationalistische kijk op de wereld. Tegenover die kilte moeten we de beleving van een ander verhaal plaatsen. In het boek Ecology without nature beweert de Britse filosoof Timothy Morton dat we van het oude concept van de tegenstelling tussen mens en natuur af moeten om te focussen op onze verstrengeldheid met de wereld. Er is een paradigmatische flip nodig naar een sterker lichamelijk gevoel van verbinding met alles. Dat kun je langzaam leren door op een andere manier te gaan leven, maar ook door het gebruik van psychedelica. Die zorgen voor een tijdelijke verschuiving van de grenzen van ons zelf en ons zelfbeeld. Er is bewijs dat psychedelica neurologische invloed hebben. Mensen worden er dus echt een beetje andere wezens door. Dat is slechts tijdelijk en het kan zijn dat je daarna weer je oude zelf wordt, maar psychedelica bieden ook vensters op een andere wereld.’

Gaat verbeelding ook over het aanvaarden van het niet-weten en het mysterie?
‘Belangrijk is dat dit mysterie voor iedereen anders is. Sommigen komen bij het mysterie door te lezen over wetenschap of filosofie, anderen door muziek of meditatie. Zelf heb ik een zen-achtergrond waarin het niet-weten enorm belangrijk is. Hoe meer je het niet-weten omarmt, hoe dieper de verlichting gaat. Je overgeven aan het niet-weten is een praktijk van jaren, want het impliceert ook het loslaten van controle.’

Gaan niet-weten en respecteren niet samen, net zoals weten en bemeesteren dat doen, ook in ecologische context?
‘Dat denk ik wel. Voor het boeddhisme is het belangrijk dat je via het niet-weten in een morele context wordt geplaatst. Mijn boeddhisme komt uit de Mahayana-traditie, die draait om het leven van de bodhisattva. Volgens die traditie ben je in staat om het nirvana te bereiken, maar stel je dit uit om je in te zetten voor het lot van alle levende wezens.

Even tussendoor… Meer lezen over filosofie en verbeelding? Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief:

Ontvang wekelijks het laatste filosofienieuws, de beste artikelen en af en toe een aanbieding.

Waar het mij om gaat is dat er een betekenislaag bestaat die niet wordt aangeraakt door het materialistisch rationalisme, namelijk wat het betekent dat we bestaan. Ludwig Wittgenstein zei dat we moeten zwijgen over hetgeen waarover we niet kunnen spreken. Ik denk dat we best mogen spreken over het onuitspreekbare.’