Home Moreel dilemma Moreel dilemma: moet iedereen een basisinkomen krijgen?
Economie Moreel dilemma Werk

Moreel dilemma: moet iedereen een basisinkomen krijgen?

Een basisinkomen kan mensen uit de armoede trekken. Maar volgens critici speelt het profiteurs in de kaart. Is het wel een eerlijke maatregel?

Door Jeroen Hopster op 20 oktober 2023

bestaanszekerheid moreel dilemma basisinkomen beeld Bas van der Schot

Een basisinkomen kan mensen uit de armoede trekken. Maar volgens critici speelt het profiteurs in de kaart. Is het wel een eerlijke maatregel?

Filosofie Magazine FM11 vrije wil
11-2023 Filosofie magazine Lees het magazine

Bestaanszekerheid is een van de grote verkiezingsthema’s. De armoede in Nederland neemt toe en er is nog geen structurele oplossing. Eén mogelijke oplossing – genoemd in het verkiezingsprogramma van meerdere partijen – is een onvoorwaardelijk basisinkomen. Net zoals ouderen maandelijks AOW krijgen uitgekeerd, zo zou de overheid ook een maandelijks basisinkomen aan iedereen kunnen uitkeren. Het basisinkomen wordt al jarenlang bediscussieerd en is op uiteenlopende gronden bepleit: uit solidariteit, als vooruitgangsideaal, maar ook als antwoord op banenverlies door digitalisering en de opkomst van AI. De techsector zelf springt er actief op in: zo lanceerde Sam Altman met zijn bedrijf OpenAI onlangs een nieuwe cryptomunt, die tegelijkertijd de weg moet plaveien voor een basisinkomen. Maar niet iedereen deelt in het enthousiasme. Is een basisinkomen moreel te verdedigen?

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

JA

Een onvoorwaardelijk basisinkomen betekent een ontkoppeling van inkomen en arbeid. Het inkomen is onvoorwaardelijk en iedereen ontvangt het. Maar hoe hoog moet het bedrag zijn? En hoe wordt dat bekostigd? Hogere belastingen en bestaande toeslagen schrappen zijn meestal de beoogde inkomstenbronnen, maar de ideeën over de uitwerking verschillen. Voorstanders zijn het er in elk geval over eens dat een basisinkomen tal van voordelen heeft, die ook door experimenten worden gestaafd. Een basisinkomen zou gunstig uitpakken voor twee morele waarden: vrijheid en rechtvaardigheid. Met een basiskomen zijn we niet langer slaaf van ons werk: we kunnen onze tijd invullen zoals we zelf willen. In plaats van de ‘bullshitbanen’ die veel mensen naar eigen zeggen hebben, puur en alleen om brood op de plank te krijgen, krijgt men de mogelijkheid om te kiezen voor werk dat vervulling geeft. Het basisinkomen draagt dus bij aan de positieve menselijke vrijheid: de vrijheid om onszelf te ontplooien en naar onze waarden te handelen. Met name voor mensen die onder aan de arbeidsmarkt staan, in armoede leven of dakloos zijn, zal dat een enorme vooruitgang betekenen. Ten tweede kan een basisinkomen worden gezien als een vorm van historische rechtvaardigheid. Onze hoge levensstandaard is een gedeelde erfenis van vorige generaties. Dat wij in een rijk en ontwikkeld land leven, waar sommigen grote welvaart kunnen vergaren, is grotendeels te danken aan een collectieve erfenis. Iedereen zou evenzeer van die erfenis moeten meeprofiteren. Zo moeten we het basisinkomen dan ook zien, stelt publicist Rutger Bregman, als ‘dividend op de vooruitgang’.

Een eerlijke economie is gestoeld op wederkerigheid

NEE

Succesvolle experimenten met het basisinkomen zijn er inderdaad. Maar deze experimenten hebben een beperking: ze worden doorgaans uitgevoerd met ‘gratis geld’ dat uit een externe subsidiebron afkomstig is. Wanneer een basisinkomen landelijk wordt ingevoerd, dan is de financiering ervan intern: er zal flink extra belasting moeten worden geheven. Oftewel: het basisinkomen is veel meer dan een extraatje; het is een grootschalige economische herverdeling. Critici vragen zich af of zo’n herverdeling wel gunstig uitpakt. De wenselijkheid van het basisinkomen, stelt ethicus Ingrid Robeyns, moet worden afgewogen tegen andere ‘totaalpakketten’ aan maatregelen om de welvaartsstaat overeind te houden, of om de publieke sector te versterken en ‘bullshitbanen’ te laten verdwijnen. Van belang daarbij is dat de Nederlandse context sterk verschilt van bijvoorbeeld de Amerikaanse: een basisinkomen betekent vooral een grote vooruitgang in landen waar geen sterk sociaal vangnet bestaat. En de waarden van vrijheid en rechtvaardigheid? Veel mensen beschouwen hun huidige werk wel degelijk als zinvol. Als de noodzaak om die banen uit te oefenen vervalt, dan voedt dat misschien wel onze horror vacui: de angst voor een gapend gat van betekenisloosheid. Ook de rechtvaardigheid van een basisinkomen is controversieel. Sommigen zullen zich met een basisinkomen beperken tot een leven van surfen en zonnebaden, terwijl ze best anders zouden kunnen doen. Deze mensen profiteren van het werk dat anderen verrichten. Dat lijkt oneerlijk: eenieder in de samenleving zou, in zoverre mogelijk, een steentje moeten bijdragen. Een eerlijke economie is gestoeld op een principe van wederkerigheid. Het basisinkomen zet de deur open voor parasitisme.