Home Klassieke Oudheid Kennis begint bij rekenen | recensie
Klassieke Oudheid

Kennis begint bij rekenen | recensie

De afwisseling van analyses en verhalen maakt de hoorcolleges van Johan Braeckman prikkelend luistermateriaal, vindt Michel Dijkstra.

Door Michel Dijkstra op 20 oktober 2023

Pythagoras filosoof wiskundige filosofie wiskunde Griekse oudheid klassieke Johan Braeckman 'Pythagoras', schilderij door J. Augustus Knapp (1926)

De afwisseling van analyses en verhalen maakt de hoorcolleges van Johan Braeckman prikkelend luistermateriaal, vindt Michel Dijkstra.

Filosofie Magazine FM11 vrije wil
11-2023 Filosofie magazine Lees het magazine

‘Waarom waren er in de klassieke Oudheid geen Newtons of Einsteins? Stel je voor dat zoiets wel het geval was. Zou de wetenschap dan nu 2000 jaar verder zijn? Als je er even bij stilstaat, is dit een duizelingwekkende vraag.’ Deze en andere kwesties worden door de Vlaamse filosoof Johan Braeckman, hoogleraar wijsbegeerte aan de Universiteit Gent, opgeworpen in een luistercursus.

Deze cursus, getiteld Van Euclides tot Augustinus, is het derde deel van een door Home Academy uitgegeven hoorcollegereeks over westerse filosofie. Deze uitgeverij van luisterboeken brengt overigens niet alleen filosofische titels uit – zo zijn er ook colleges over islamitisch recht, natuurkunde, psychologie en de industrialisering van Japan. Binnen de reeks over westerse wijsbegeerte verschenen eerder de onderdelen Van mythen tot Socrates en Van Plato tot Sextus Empiricus. Elk deel van dit overzicht-in-wording bevat dertien uur wijsheid om, bijvoorbeeld, in de auto tot je te nemen.

Alhoewel? De kans op ongelukken neemt wel toe, want Braeckmans collegestijl is dusdanig onderhoudend dat je geen ogenblik wilt missen. Ook als je goed op de hoogte bent van de westerse filosofie vallen er voortdurend nieuwe inzichten op te doen, dankzij de brede invalshoeken die hij kiest.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Irrationele getallen

Braeckman start Van Euclides tot Augustinus met een uitvoerige beschouwing over het belang van de wiskunde voor de Griekse filosofie. In elke inleiding tot de westerse wijsbegeerte staat vermeld dat Thales van Milete, de filosoof met wie de traditie in 600 v.Chr. begon, een groot wiskundige was. Ook Pythagoras speelt een rol in zowel de wiskunde als de filosofie. Waarom gaan deze disciplines in de klassieke Oudheid gelijk op? Braeckman geeft een kort en bondig antwoord op deze vraag: ‘Omdat wiskunde zekere kennis biedt.’ Het gaat de antieke Grieken dus niet puur om het rekenwerk, maar om via mathematische berekeningen tot absoluut geldige, bewijsbare uitspraken te komen. Ziehier het fundament van de zoektocht naar zekere kennis uit de westerse wijsbegeerte.

Zelfs de wiskunde krijgt een mystieke dimensie

Braeckman legt uit dat bij Pythagoras (ca. 570-ca. 500 v.Chr.) de wiskunde zelfs een mystieke dimensie krijgt. De hele kosmos is, net als de muziek, geordend volgens getalsverhoudingen. Zo bevat het universum een mooie ordening, ook wel ‘de harmonie der sferen’ genoemd. Door wiskunde te beoefenen, was de gedachte, kun je de schoonheid van de wereld doorgronden. Maar op zeker moment werden er ook irrationale getallen ontdekt, zoals pi. Zo’n oneindig getal bracht een schok teweeg onder de volgelingen van Pythagoras, omdat het hun overzichtelijke wereldbeeld in gevaar bracht. Braeckman vertelt hierover de smakelijke anekdote dat men de ontdekker van de irrationale getallen in zee verdronken zou hebben om het pythagoreïsche wereldbeeld te redden. Ook vergelijkt hij op poëtische wijze de irrationale getallen met ondoordringbare knoesten in een boomstam waarvan je perfecte planken dacht te zagen.

Hoewel de volgelingen van Pythagoras de ontwikkelingen in de wiskunde niet tegen konden houden, betekenden die niet het einde van het huwelijk tussen mathematica en mystieke filosofie. Integendeel, de door Braeckman uitvoerig besproken Griekse filosoof Plotinus (204-270 n.Chr.) zag in de wiskunde de beste voorbereiding voor mystieke speculaties. Overigens moet het woord ‘mystiek’ hier niet verward worden met ‘getallenmystiek’. In een van zijn geestige terzijdes maakt Braeckman gehakt van deze in zijn ogen pseudowetenschappelijke leer: ‘Als je alle letters van mijn naam, inclusief achternaam en namen van mijn directe familie omzet in cijfers en bij elkaar optelt, kom je op 666.’

Fontein

Plotinus, die vanwege zijn desinteresse voor politieke vraagstukken ook wel ‘een gehalveerde Plato’ wordt genoemd, vergelijkt de menselijke ziel graag met een volmaakte wiskundige vorm, namelijk de bol. Braeckman benadrukt dat Plotinus zich ‘ervoor schaamde om zich in een lichaam te bevinden’. Ook wilde hij niet dat er een portret van hem werd gemaakt terwijl hij ervoor model zat. Dit omdat Plotinus de ziel boven het lichaam plaatste. Zijn laatste woorden, die volgens Braeckman zijn hele filosofie in een notendop bevatten, luidden: ‘Probeer de god in ons terug te brengen naar het goddelijke in het heelal.’

In zijn voorbeeldige uiteenzetting volgt Braeckman de structuur van Plotinus’ filosofie, die de werkelijkheid onderverdeelt in drie niveaus. Het hoogste niveau, dat strikt genomen de bron van alle dingen vormt, wordt ‘het Ene’ genoemd. Dit is een boven alles verheven mysterie, dat je met woorden hoogstens kunt aanduiden, maar niet kunt benoemen. In tegenstelling tot de aristotelische god, die voortdurend over zichzelf nadenkt, kan het Ene volgens Braeckman frappant genoeg niet denken: ‘Anders zou hij niet het Ene zijn, maar zich op iets anders richten.’ De hoogleraar is zich scherp bewust van de hoge ontoegankelijkheidsgraad van Plotinus voor wie hem voor het eerst bestudeert: ‘Ik merk dat er nu al enkele wenkbrauwen fronsen.’

Luisteren naar Braeckman zet aan tot lezen

Volgens de Griekse filosoof kun je niets over het Ene zeggen, omdat het een volheid is die al onze voorstellingen te boven gaat. Wel is deze overvloed te vergelijken met een fontein, die spontaan zijn waterstralen in een bekken giet. Deze schaal staat symbool voor een tweede, onzichtbaar niveau van de werkelijkheid: de Geest. Op zijn beurt stroomt de Geest uit in de (wereld)ziel. Dit derde niveau van de werkelijkheid valt uiteen tot de wereld die we volgens Plotinus allemaal kennen uit de zintuiglijke waarneming: de materiële wereld waarin onze zielen gevangenzitten.

Stopknop

Waar het volgens Plotinus op aankomt is om onze ziel terug te leiden van de materiële wereld naar haar ultieme oorsprong, het Ene. Hierbij kan het behulpzaam zijn om je bezig te houden met de wiskunde, want je werkt dan puur met het denken en niet met je zintuigen, dus op een hoger niveau. Vervolgens dient de mens al het aardse los te laten, inclusief zijn rekenkunst. Braeckman vertelt enkele vermakelijke anekdotes die aangeven hoe serieus Plotinus deze onthechting nam: ‘Hij at en dronk om de dag. De details hiervan ken ik natuurlijk niet…’ Ook had de filosoof geen eigen huis, maar woonde hij bij vrienden in – een traditie die volgens Braeckman al bij Socrates begon.

Dankzij de afwisseling van doorwrochte analyses en luchtige verhalen zijn de colleges over de filosofie uit de klassieke Oudheid prikkelend luistermateriaal. Hierbij hoeven we niet bang te zijn dat het luisteren tot ontlezing leidt, want Braeckmans bespiegelingen zetten paradoxaal genoeg juist aan om regelmatig op de stopknop te drukken. Vervolgens pak je bijvoorbeeld de ­Enneaden van Plotinus of een verhandeling over Pythagoras erbij. Lezen en luisteren verrijken elkaar: ze voeden het filosofisch denken, zeker met een gids als Braeckman.

Van Euclides tot Augustinus. Een geschiedenis van de wes­terse wijsbegeerte deel 3
Johan Braeckman
Home Academy
luisterduur: 11 uur en 18 minuten
€ 40,-