Home Denken doe je zo | recensie

Denken doe je zo | recensie

De Britse filosoof Timothy Williamson laat succesvol zien hoe je de praktijk van de filosofie in de vingers krijgt.

Door Michel Dijkstra op 27 januari 2023

Dante Alighieri standbeeld Verona denken filosofie filosofische methode Standbeeld van dichter, schrijver en filosoof Dante Alighieri (1265-1321) in Verona. Beeld Marcus Ganahl

De Britse filosoof Timothy Williamson laat succesvol zien hoe je de praktijk van de filosofie in de vingers krijgt.

02-2023 FM2 2023 cover praten
02-2023 Filosofie magazine Lees het magazine

Wat is de meest filosofische vraag aller tijden? Wellicht deze: wat is de zin van het leven? Of anders: is er leven na de dood? Niets van waar, vindt Timothy Williamson (1955), Brits filosoof en hoogleraar logica aan de universiteit van Oxford. Laten we eens beginnen met de vraag: wat is filosofie? Want als je die niet belicht, hoe kun je dan weten wat een filosofische vraag is?

Deze kraakheldere logica is kenmerkend voor Williamson, die een paar jaar geleden het handzame boek Philosophical Method. A Short Introduction publiceerde, waarvan onlangs een Nederlandse vertaling verscheen van de hand van Lev Mordegaai. In even heldere, of misschien zelfs glasharde bewoordingen, schrijft Williamson dat filosofen van oudsher ‘het wezen wilden begrijpen van alles. En ze willen ook nog begrijpen wat we met dat begrip doen: actie en intentie, goed en fout, leven en dood. (…) Filosofie is, kort gezegd, hyperambitieus.’

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Bij filosofie draait het niet om de winst, maar om nieuwe inzichten

Williamsons eigen ambitie is een stuk bescheidener. In plaats van inhoudelijk antwoord te geven op levensvragen, beantwoordt hij de vraag ‘Wat is filosofie?’ aan de hand van ‘de filosofische methode’. Kenmerkend voor zijn werkwijze is dat hij openstaat voor kritiek: ‘Veel filosofen zullen een intense afkeer voelen van mijn visie op hoe op een juiste manier aan filosofie te doen. Ik laat het aan de lezer om erover te oordelen.’

Spelbrekers

Uitgangspunt van de filosofische methode is volgens Williamson het gezonde verstand. Hij haalt een even schrijnend als humoristisch voorbeeld aan over een collega-wijsgeer die een ‘hoogst geleerde en complexe’ theorie van de waarneming uiteenzette. Een toehorende student riep na de stortvloed aan woorden: ‘Uw betoog komt erop neer dat je niet door een raam kunt kijken!’ Williamson concludeert dat elke theorie die niet strookt met kennis van het gezonde verstand onjuist is. Hier zit veel in, zeker als je bijvoorbeeld een blik werpt op wat Kant zegt over het bestaan van de wereld. Strikt genomen, zo meent deze Duitse filosoof, kunnen we nooit zeker weten of de wereld om ons heen bestaat. Maar ligt het voor de hand dat we in een computerspelletje leven? Het antwoordt luidt natuurlijk ‘nee’, en daarom kun je er maar beter van uitgaan dat de dingen bestaan.

Williamson benadrukt dat de filosofie het gezond verstand op beslissende wijze kan corrigeren en scherpen. Op die manier boek je wijsgerige vooruitgang.

Het scherpen van je gezonde verstand doe je bijvoorbeeld door deugdelijke filosofische discussies te voeren. Oftewel: door geen drogredenen te gebruiken en goed naar de ander te luisteren. Volgens Williamson vormen zulke afspraken de regels van het spel. Bij het ‘goede’ filosofische spel is de inzet niet de winst, maar nieuwe inzichten vergaren. Hierbij moeten de deelnemers aan een discussie met elkaar willen samenwerken, ook als ze volkomen tegengestelde standpunten hebben. In elk geval moeten ze elkaar de ruimte geven om hun standpunten naar voren te brengen. Maar zoals elk spel kent ook het filosofische zijn spelbrekers, namelijk de sceptici. Williamson is duidelijk geen fan; in zijn ogen maken sceptici gebruik van jouw beleefdheid als gesprekspartner om je in een eindeloze modderpoel van irrelevante vragen mee te sleuren. Vandaar dat hij ons een wijze raad geeft: ‘Pas op met wie je praat!’

Een discussie met een niet-scepticus stelt de filosoof dan weer in staat om een vruchtbare taak te verrichten: begrippen verhelderen. Maar ook hier moeten we op onze hoede zijn voor dogmatisme. Het is volgens Williamson niet de bedoeling dat we een ‘mythische standaard van onbetwistbaarheid en eeuwige waarheid’ vinden. In plaats daarvan dient de filosofie een bescheiden ambitie te hebben, namelijk fouten in onze redeneringen aantonen. Net als met de sceptici moet je volgens Williamson oppassen met personen die de waarde van duidelijkheid ontkennen: ‘Vraag je meteen af waarom precies deze persoon niet zou willen dat fouten in het redeneren duidelijk aan het licht komen.’

Rook en vuur

De filosofische methode is een elegant pleidooi voor een houding van fundamentele openheid voor kritiek, zonder in relativisme te vervallen. Maar er is meer. Frappant genoeg schenkt de logisch-analytisch ingestelde Williamson ook veel aandacht aan de rol van verbeelding in het filosofische denkproces. In tegenstelling tot een bekend vooroordeel van het gezonde verstand, staat de verbeelding volgens Williamson niet haaks op rationeel redeneren: ‘Als je erover nadenkt, besef je dat een goede verbeelding allerlei praktische beloningen oplevert.’ Zo kunnen we door de verbeelding zicht krijgen op toekomstige mogelijkheden en hiernaar handelen: een beetje fictie kan behulpzaam zijn in de zoektocht naar de waarheid.

Een beetje fictie is behulpzaam in de zoektocht naar de waarheid

Verbeelding speelt bovendien een cruciale rol in gedachte-experimenten, die Williamson als serieuze aanjagers van filosofische verheldering beschouwt. Erg aardig is zijn voorbeeld van de boeddhistische filosoof Dharmottara (ca. 740-800), die het gedachte-experiment over rook en vuur bedacht. Dit verhaal gaat over een man die in de verte iets ziet dat op rook lijkt. Hij denkt: daar is brand! Hij heeft gelijk, maar paradoxaal genoeg ook niet. Iemand heeft weliswaar vuur aangestoken om vlees te roosteren, maar er is nog geen rookontwikkeling. De zogenaamde rook is in werkelijkheid een zwerm vliegen die op het vlees afkomt. Dit gedachte-experiment legt een probleem bloot bij de standaarddefinitie van kennis. Want wéét de persoon nu dat er in de verte brand is?

Op het eerste gezicht wel, want de man gelooft terecht en redelijkerwijs dat er brand is. Maar echte kennis heeft hij niet; het is een toevalstreffer. Dharmottara’s conclusie: ‘Een overtuiging kan redelijk en waar zijn, zonder dat ze betiteld kan worden als kennis.’ Meer dan duizend jaar later kwam de Amerikaanse filosoof Edmund Gettier (1927-2021) onafhankelijk van Dharmottara tot datzelfde inzicht. Zo’n voorbeeld maakt duidelijk dat filosofisch denken, inclusief gedachte-experimenten, een onderneming van de hele mensheid vormt die zich niets aantrekt van tijden of werelddelen.

Nieuwsgierig

Williamson draagt zijn boodschap even goed gedocumenteerd als beargumenteerd uit. Zijn beschrijving van de filosofische methode is bovendien dusdanig helder dat iedere beginnende filosofieleerling van de havo of het vwo er zijn voordeel mee kan doen. Daarbij moet hij er wel op letten om filosofie ‘niet tot iets anders dan filosofie’ te maken, merkt Williamson vermanend op. Zoals ‘een richtingaanwijzer voor godloze religie dan wel onleesbare literatuur’ of ‘een excuus voor populaire psychologie dan wel populaire neurowetenschappen’. Dan loop je namelijk het gevaar in de valkuil van dogmatisme of doorgeslagen scepticisme te belanden en gebruik je niet langer je gezonde verstand.

Wie de filosofie ‘gewoon’ filosofie laat zijn, ontdekt een methode die gebaseerd is op ‘de menselijke nieuwsgierigheid om tot het uiterste te gaan in het stellen van vragen, en een gelijktijdige vastberadenheid om de meest geschikte methoden te gebruiken die beschikbaar zijn om antwoorden op die vragen te vinden’. Met andere woorden: je bent nooit klaar met filosoferen. Zolang de menselijke soort bestaat, blijft zij nieuwsgierig en vastberaden op zoek naar antwoorden. Het is altijd mogelijk om theorieën verder te verfijnen en om filosofische vragen nog helderder te stellen. In die zin is er ‘geen alternatief voor filosofie’.

De filosofische methode. Korte inleiding in de praktijk van de filosofie
Timothy Williamson
vert. Lev Moordegaai
Bijleveld
176 blz.
€ 22,50