Dit weekend is het precies twintig jaar na 9/11. De War on Terror die daarna losbarstte, heeft wereldwijd ingrijpende gevolgen gehad voor de betekenis van veiligheid. Gaat veiligheid onvermijdelijk ten koste van vrijheid? In dit weekendlijstje vijf filosofen over veiligheid.
Veiligheid versus chaos
Volgens filosoof Hans Achterhuis heeft de filosofie van Thomas Hobbes nieuwe actualiteit gekregen in onze tijd van terrorisme en ‘mislukte staten’. Hobbes stelde in zijn Levathian (1651) dat de mens zonder politieke en juridische instituten vervalt in een barbaarse oorlog van allen tegen allen. Alleen het geweldsmonopolie van de staat kan een einde aan deze ‘beestachtige’ toestand maken. Achterhuis stelt dat Hobbes ‘de terreur van Saddam Hoessein zou hebben verkozen boven de vernietigende chaos die Irak nu in zijn greep heeft.’
Lees hier het artikel van Hans Achterhuis.
Meer lezen over de achtergrond van Thomas Hobbes? Hier vindt u zijn historisch profiel.
Mensenrechten
‘Als 11 september ons iets heeft geleerd over de menselijke aard, dan is het zijn verlangen naar veiligheid.’ Zo begint de Israëlische rechtsfilosoof Alon Harel zijn betoog over de verhouding tussen veiligheid en mensenrechten. Hij stelt dat landen uit het ‘vrijheidlievende Westen’ maar al te gemakkelijk bepaalde vrijheden opgeven om veiligheid te vergroten. Hoe kunnen we voorkomen dat veiligheid misbruikt wordt om fundamentele mensenrechten te schenden?
Lees hier het hele betoog van Alon Harel.
De veiligheidsutopie
In onze samenleving neemt het verlangen naar vrijheid alleen maar toe, stelt veiligheidsonderzoeker Hans Boutellier in zijn boek De veiligheidsutopie (2005). ‘Mensen krijgen alle vrijheid om zich te ontplooien. Maar die vrijheid brengt een gevoel van onveiligheid met zich mee: we zijn bang dat anderen zich misdragen, dat wijzelf ons misdragen.’ Volgens Boutellier kan zelfontplooiing nooit samenvallen met volledige veiligheid. Hij waarschuwt dat het nastreven van deze veiligheidsutopie tot totalitarisme kan leiden.
Lees hier meer over ‘De Veiligheidsutopie’ van Hans Boutellier.
‘Geweld was vroeger veel normaler’
In de internationale War on Terror wordt het vanzelfsprekend geacht dat de overheid haar burgers beschermt tegen terreur. Toch blijkt dat iets uit de recente geschiedenis te zijn, stelt veiligheidsexpert Beatrice de Graaf. Zo’n driehonderd jaar geleden was veiligheid nog allesbehalve gecentraliseerd. Burgers regelden dit zelf, waar de Amsterdamse schutterij op Rembrandts Nachtwacht een perfecte illustratie van is. De Graaf licht de geschiedenis van de strijd tegen terreur in Europa uit in haar boek Tegen de terreur: Hoe Europa veilig werd na Napoleon (2018).
Lees hier het interview met Beatrice de Graaf over veiligheid in Europa.
Vrijheid als onafhankelijkheid
Waar Hobbes groot voorstander was van een sterke staat die haar burgers beschermt, hekelt de Engelse filosoof Quentin Skinner deze benadering van vrijheid. Echte vrijheid, stelt hij, betekent juist dat je nooit bent overgeleverd aan de wil van een ander. Volgens hem zijn we dit inzicht uit het republikanisme vergeten, een traditie die geen plek heeft voor een overheid die haar burgers onder het mom van veiligheid altijd en overal in de gaten houdt.