De zomervakantie begint weer bijna, en in veel Europese landen mag je deze zomer weer de toerist uithangen. Maar waarom gaan we eigenlijk op reis? En wat brengt het ons? Vijf filosofen over reizen.
Toerisme
We storen ons aan andere toeristen, maar doen niets liever dan zelf op reis gaan. In andere landen proberen we naarstig om zelf niet als toerist over te komen, door ons onder de locals te begeven en op zoek te gaan naar niet-toeristische plekjes. Volgens filosoof Ruud Welten is dit streven tevergeefs: ‘Wie reist, is toerist.’ En je wordt er ook nog eens geen interessanter mens van.
Jezelf opnieuw uitvinden
Reizen is een onmisbaar onderdeel van de moderne persoonlijke identiteit, schrijft Sjoerd de Jong. Maar we reizen tegenwoordig vooral om te kunnen genieten. Gaat dat niet in tegen het avonturiersgevoel dat volgens zovelen bij reizen hoort? We gebruiken reizen om ons eigen verhaal te herschrijven, om onszelf in een exotische of sublieme context te plaatsen. Maar zoals Kant al zei: ervaringen zijn blind zonder rede, en de rede leeg zonder ervaringen.
Pak je biezen
Wanneer we onze koffers inpakken, moeten we besluiten wat wel en niet echt belangrijk is. Terwijl we onze kleding opvouwen, zijn we eigenlijk onszelf aan het ordenen, stelt Duitse filosoof Wilhelm Smid. Wat laat je achter, in welke kleding ben je de beste versie van jezelf? ‘Alleen wat bepalend voor uw kern is, moet mee in de koffer; wat perifeer is, kan thuisblijven.’ Smid ziet in totaal zeven hoekpunten die onze kern bepalen.
Anders dan de Ander
Massatoerisme brengt niet alleen maar onheil, vindt journalist Nele Goutier. Het biedt ook ruimte voor verwondering. Op reis komen we de Ander tegen, waardoor we beseffen dat die zich niet laat vangen in de clichés waaraan we gewend zijn. Zo’n cultuurshock kan ongemakkelijk zijn, vooral omdat onze identiteit ook gevormd wordt door de Ander. ‘Omdat je eigen ervaring beperkt is, kun je jezelf in je eentje nooit goed leren kennen’, schrijft de Franse filosoof Paul Ricoeur.
Liever thuis
Het is makkelijker om thuis te blijven. Waarom trekken we er dan toch op uit? Volgens filosoof Alain de Botton heeft dat te maken met openheid en bereidheid om de wereld op jezelf te betrekken. Maar om succesvol te reizen, moeten we meer doen dan zoeken naar het abnormale. Als we kijken naar een stad, moeten we in onze gedachten haar hele geschiedenis construeren; we moeten zoeken naar wat er is veranderd en wat niet, om zo beter onze eigen plek in de wereld te leren kennen.