Filosofie is makkelijker als je denkt
In ‘Filosofie is makkelijker als je denkt’ helpen we je in vier stappen op weg in het zelf leren denken. Dit keer: wat is kleur?
‘Kleuren prikkelen tot filosoferen’
Filosofie is makkelijker als je denkt. Maar hebben je gedachten ook een kleur? Een korte inleiding in de filosofie van kleur.
Stel, je maakt een wandeling door de natuur met een goede vriend en zegt enthousiast tegen hem: ‘Wat een mooie blauwe lucht!’ Je vriend knikt. Weet je op dat moment zeker dat jullie hetzelfde zien? Stel dat hij kleurenblind is en alle blauwe dingen waarneemt als groen. Dan heeft hij als kind nog steeds geleerd dat we de lucht ‘blauw’ noemen. Hoe kun je zeker weten dat jouw blauw hetzelfde is als het blauw van iemand anders?
De lucht is blauw, tomaten zijn rood, madeliefjes geel met wit – het zijn zo ongeveer de eerste dingen die we als kind over de wereld leren. Haast niets lijkt zo vanzelfsprekend als de kleuren die we waarnemen. Maar wie zich verdiept in de filosofie van kleur leert dat zelfs deze basale waarneming van de wereld onzeker is.
Is jouw blauw hetzelfde als mijn blauw?
Kleuren bestaan niet, dacht de Engelse empirist John Locke (1632-1704). In An essay concerning human understanding (1689) maakt hij een onderscheid tussen primaire en secundaire kwaliteiten van objecten. Een bal is rond, ook als we de bal niet zien. Rond is volgens Locke daarom een primaire kwaliteit. Kleur is een secundaire kwaliteit: die bestaat niet op zichzelf, maar hangt af van de waarnemer. ‘Een viooltje veroorzaakt het idee “blauw” in degene die het aanschouwt,’ aldus Locke.
Wat is kleur? En is het inderdaad alleen maar een idee, of is kleur reëel? Volgens de Franse filosoof Maurice Merleau-Ponty (1908-1961) begaan we al een fout door kleur te isoleren. In de realiteit ervaren we nooit kleur alleen. We nemen geen rood waar, maar het wollige rood van een trui, het aardse rood van de klei in Madagaskar of het statige rood van de gewaden van bisschoppen. Kleuren komen in eindeloze variaties tot ons en beïnvloeden telkens op een andere manier hoe we de werkelijkheid ervaren.
We moeten dus vooral niet te simpel over kleur denken, aldus Merleau-Ponty. De schrijver, dichter en wetenschapper Johann Wolfgang von Goethe (1749-1832) dacht er ook zo over. Hij ontwikkelde een kleurenleer om kleur te redden uit de klauwen van de natuurwetenschap, die kleur reduceerde tot golflengtes van elektromagnetische straling. Hij wilde de betekenissen van kleuren en met name onze gevoelens erbij tot object van wetenschappelijke studie maken: ‘De ervaring leert dat elke kleur een bepaalde stemming geeft.’ Maar wat we bij welke kleur voelen en waarom, is geen uitgemaakte zaak.
Misschien is het wel helemaal niet erg als we daar nooit achter komen. ‘Kleuren prikkelen tot filosoferen,’ schreef de taalfilosoof Ludwig Wittgenstein (1889-1951). ‘De kleuren schijnen ons een raadsel op te geven, een raadsel dat ons prikkelt – niet opwindt.’