Home Klassieke Oudheid Je kunt niet filosoferen zonder zelfonderzoek
Klassieke Oudheid

Je kunt niet filosoferen zonder zelfonderzoek

Door Pablo M. Lamberti op 21 augustus 2024

Epictetus zelfonderzoek stoa stoïcijn
Filosofie begint met zelfonderzoek, stelden antieke denkers als Epictetus en Seneca. Filosoof Pablo Lamberti legt uit wat ze daarmee bedoelen.

Dit artikel krijg je van ons cadeau

Wil je onbeperkt toegang tot de artikelen op Filosofie.nl? Je bent al abonnee vanaf €4,99 per maand. Sluit hier een abonnement af en je hebt direct toegang.

Volgens de stoïcijnse filosoof Epictetus begint filosofie met bewustzijn van je onvermogen ten aanzien van essentiële zaken. Pas nadat je je hebt ontdaan van de illusie dat je al van alles weet, heeft het zin om je open te stellen voor de filosofie. Doe je dat niet, dan is volgens Epictetus de kans groot dat je de leer niet werkelijk tot je neemt, en erger, dat je daar ook nog eens anderen mee gaat lastigvallen.

Pablo M. Lamberti (1985) is filosoof en werkt als inspecteur in het voortgezet onderwijs. Hij promoveerde aan de Universiteit van Amsterdam op een proefschrift over luisteren als spirituele oefening in de Griekse en Romeinse oudheid. In 2021 verscheen zijn debuut Strijdvaardig leven. In het spoor van Socrates, Seneca en de samoerai.

Epictetus was niet de enige die stelde dat filosofie begint met zelfonderzoek. Via Seneca treffen we bij Epicurus een soortgelijke opvatting over filosofie aan, in een zeer bondige formulering: ‘De fout beseffen is het begin van de verbetering.’ Volgens Seneca is dit een uitstekende uitspraak van Epicurus, ‘want wie niet weet dat hij een fout begaat, wil niet verbeterd worden. Je moet jezelf betrappen voordat je een fout kunt herstellen.’

Hard zijn tegen jezelf

De specifieke invulling van wat voor een ‘essentiële zaak’ of een ‘fout’ doorgaat is per school verschillend. Maar in algemene zin houdt ook hier, evenals bij Plutarchus, het ‘herstellen van de fout’ in dat je tot zelfinzicht komt en de gedachte dat je kennis van zaken hebt laat varen.

En ja, ‘soms moet je hard zijn tegen jezelf’, schrijft Seneca aan Lucilius. Mensen van alle tijden geven niet graag toe dat ze onwetend zijn, en sommigen laten zich zelfs – bewust of onbewust – voorstaan op hun gebreken, maar vast staat dat de filosofie een beschouwende activiteit is die vereist dat we naar binnen keren en niet weglopen voor wat we in de krochten van onze ziel tegenkomen.

Ken uzelf

Met hun opvattingen over de filosofie plaatsen Epicurus, Seneca en Epictetus zich in de socratisch-platoonse traditie, die stelt dat een filosoof iemand is die streeft en zoekt naar wijsheid. Dit streven gaat noodzakelijkerwijs gepaard met de constatering dat deze persoon die nog niet bezit. Je kunt immers niet naar wijsheid streven als je niet erkent dat er nog veel aspecten van je persoonlijkheid vatbaar zijn voor verbetering.

Zo’n beetje alles wat Socrates deed, stond in dienst van dit streven naar wijsheid. De kern van zijn benadering is vervat in de stelregel die in de tempel van Apollo in Delphi gegraveerd was: ‘Ken uzelf ’ (gnothi seauton). De oorspronkelijke betekenis van deze uitspraak is lastig te achterhalen, maar het is niet controversieel om te stellen dat ze ons opdraagt om een onderzoekende relatie met onszelf aan te gaan. De zelfkennis die dit zou moeten opleveren kent meerdere varianten, waaronder het socratische inzicht dat je weet dat je niets weet, de zelfkennis die zich manifesteert in het weten wie of wat je bent en wie of wat je niet bent, en ten slotte de kennis van je ‘ware’ morele staat van zijn die volgt uit gewetensonderzoek.

Vragen stellen

Vrijwel iedereen in de oudheid die ernaar streefde filosofisch te leven beschouwde Socrates als nastrevenswaardig voorbeeld, maar Socrates was niet de eerste die deed aan dit soort zelfonderzoek. Pythagoreische vormen van zelfonderzoek waren reeds wijdverbreid. Epictetus citeert zelfs meerdere keren uit de aan Pythagoras toegeschreven Gouden Verzen (40-44):

Laat niet de slaap over je vermoeide oogleden komen,
Voordat je alles overdacht hebt wat je overdag gedaan hebt.
‘Waar heb ik gefaald? Wat heb ik gedaan? Wat heb ik verzuimd wat ik wel had moeten doen?’
Begin daarmee en loop dan alles na; berisp jezelf dan voor wat je verkeerd hebt gedaan, en prijs jezelf voor het goede.

Zoals uit het citaat valt op te maken, was deze zelfonderzoek-oefening bestemd voor de avond; de ochtenduren werden meestal gebruikt voor oefeningen ter voorbereiding op de dag. Ook Seneca had de gewoonte om aan het einde van de dag ‘zijn ziel te bevragen’ op de volgende punten: ‘Welke kwaal waaraan je lijdt, heb je vandaag genezen? Welke fout heb je bestreden? Op welk punt ben je er beter aan toe?’

Even tussendoor… Meer lezen over antieke levenskunst? Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief:

Meld u aan voor onze nieuwsbrief

Ontvang elke woensdag het laatste filosofie nieuws, de beste artikelen van de week en af en toe een aanbieding.
Ontvang wekelijks het laatste filosofienieuws, de beste artikelen en af en toe een aanbieding.

Maar zoals Epictetus suggereert, was er geen reden om niet direct bij het opstaan zichzelf dit soort vragen te stellen. Elders geeft Epictetus nog meer voorbeelden van vragen die voor mensen die zoeken naar zelfinzicht de moeite waard zijn om te stellen. Wat dit ook laat zien, is dat zelfonderzoek geen eenmalige kwestie is; dit soort vragen zijn bedoeld om je steeds opnieuw te stellen:

Ben ik misschien niet een van hen [verwarde en onwetende mensen]? Wat voor indruk heb ik van mezelf? Hoe ga ik met mezelf om? Gedraag ik me wel als een verstandig mens? Heb ik mezelf wel in de hand? Kan ik van mijzelf echt zeggen dat ik getraind ben voor wat me overkomt? Besef ik, zoals het iemand die niets weet betaamt, ook dat ik niets weet? Wend ik me wel tot mijn leraar als tot een orakel, volledig bereid om hem te gehoorzamen? Of bezoek ik, als een snotneus, de school alleen maar om mooie verhalen aan te horen en boeken te leren begrijpen waar ik vroeger niets van begreep, en om, als het zo uitkomt, anderen daarover uitleg te geven?

Snotneus

Wat de snotneus betreft wil Epictetus duidelijk maken dat iemand met de ‘juiste’ redenen naar zijn school moet komen, dat wil zeggen met de intentie om zelfonderzoek te doen, en niet met de bedoeling om vrijblijvend kennis tot zich te nemen, of erger, anderen daarover de les te lezen.

Iemand die zelfinzicht ontbeert, is zich doorgaans niet bewust van zijn tekortkomingen en zwakheden, en weet dus ook niet waaraan hij moet werken. Bovendien, ‘sommige deugden hebben behoefte aan de sporen, andere aan de teugels’, maar dan moet je wel eerst weten hoe de zaken ervoor staan. En om daarachter te komen is aandacht geboden.

Dit is een bewerkte voorpublicatie uit Een oefening in leven. Filosofie als ambacht van Pablo M. Lamberti. Het boek verschijnt op 4 september 2024 bij uitgeverij Boom.

Een oefening in leven. Filosofie als ambacht
Pablo M. Lamberti
Boom
208 blz.
€ 23,90