Home Filosofen Carl Gustav Jung
Byung-Chul Han filosoof
Vorige

Byung-Chul Han

Carl Gustav Jung psychiater psychoanalyticus psycholoog

Carl Gustav Jung

26 juli 1875 - 6 juni 1961
Chantal Mouffe politiek filosoof agonisme
Volgende

Chantal Mouffe

Quote

“Alles wat ons in anderen irriteert, kan ons iets doen begrijpen over onszelf”

De Zwitserse psychiater en psychoanalyticus Carl Gustav Jung is de grondlegger van de analytische psychologie en een van de invloedrijkste denkers uit de geschiedenis van de psychologie. Thema’s als het onbewuste, persoonlijkheid en kleuren spelen een belangrijke rol in het werk van Carl Jung.

Theorie

Carl Gustav Jung wordt aanvankelijk sterk beïnvloed door de Weense psychiater Sigmund Freud (1856-1939), die de menselijke geest opdeelt in een bewust en een onbewust deel. Het bewustzijn is het deel van de menselijke geest waar we wel weet van hebben, zoals onze gedachten en ideeën. Het onbewuste daarentegen is dat gedrag hoofdzakelijk wordt bepaald door processen waar de mens zelf geen weet van heeft. Eerder opgedane ervaringen, voornamelijk uit de kindertijd, liggen bijvoorbeeld vaak aan de basis van angsten en verdedigingsmechanismes die het menselijk gedrag sterk beïnvloeden.

Jungs theorie verschilt vooral van die van Freud in zijn benadering van het onbewuste. Hij onderscheidt daarin namelijk een persoonlijk onbewuste en een collectief onbewuste. Voor Carl Gustav Jung is het persoonlijk onbewuste een ‘opslag’ van al onze persoonlijke herinneringen, inclusief de onderdrukte en vergeten ervaringen die ons hebben gevormd. Maar het collectief onbewuste vormt het menselijk gedrag op een nog dieper niveau, denkt Carl Jung.

Archetypes

Carl Jung stelt dat het onbewuste niet alleen wordt bepaald door persoonlijke ervaringen, maar ook door collectieve herinneringen en trauma’s die mensen van oudere generaties erven. Die verzameling van gemeenschappelijke herinneringen noemt hij het collectief onbewuste. Hij komt daarbij door te kijken naar veelgebruikte symboliek en mythes, waarin vaak dezelfde ‘archetypes’ terugkomen.

Archetypes fungeren als sjablonen die we onbewust gebruiken om onze eigen ervaringen te begrijpen en te organiseren. Deze kunnen ook worden gezien als overgeërfde emoties of gedragspatronen. Volgens Jung manifesteren die zich in cultuuruitingen als kunst, toneel en literatuur. Zo kan bijvoorbeeld de antiheld in een film worden gezien als representatie van het archetype ‘de schaduw’. Terwijl er vele archetypes bestaan, zijn er vier hoofdtypes die iedereen bij zich draagt, volgens Carl Jung:

Persona

Carl Jung schrijft dat het archetype van de persona het deel van onze persoonlijkheid vertegenwoordigt dat we aan de buitenwereld tonen. Het bestaat uit componenten van onszelf die zijn aangepast aan sociale normen, verwachtingen en vereisten, zoals wij die waarnemen. De persona stelt ons in staat om effectief te functioneren in de maatschappij, maar kan ook leiden tot vervreemding van ons ware zelf als we te sterk identificeren met de rol die we spelen, stelt Carl Jung.

Anima/animus

Carl Jung merkt op dat we tijdens het sociale kneden van de persona bepaalde masculiene en feminiene eigenschappen onderdrukken of benadrukken, afhankelijk van onze identificatie als man of vrouw. De anima vertegenwoordigt het vrouwelijke deel, terwijl de animus de mannelijke kant representeert. Het valt Jung op dat we de tegenpool van het deel dat wij ontwikkelen vaak de rug toe keren. Toch blijft dit aanwezig in het onbewuste. Zowel anima als animus weerspiegelen traditionele ideeën die wij hebben geërfd van vorige generaties en die zich kunnen ontwikkelen met de tijd en cultuur, zegt Carl Jung.

Even tussendoor… Meer lezen over Jung en andere grote denkers? Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief:

Meld u aan voor onze nieuwsbrief

Ontvang elke woensdag het laatste filosofie nieuws, de beste artikelen van de week en af en toe een aanbieding.
Ontvang wekelijks het laatste filosofienieuws, de beste artikelen en af en toe een aanbieding.

Schaduw

De schaduw is het archetype dat wij liever verborgen houden voor de buitenwereld en soms ook voor onszelf. Jung beschreef de schaduw als alles wat we weigeren te erkennen, maar dat op indirecte of directe manier toch wordt opgedrongen aan onszelf, zoals ‘inferieure karaktertrekken en andere onverenigbare neigingen.’ De schaduw zien wij ook wel als de ‘slechte’ kant van onszelf en die negatieve houding is vaak ontstaan door opvoeding en sociale conditionering.

Het zelf

Het archetype van het zelf fungeert als controlecentrum van de menselijke geest. Het heeft een organiserende functie en streeft ernaar alle andere aspecten te harmoniëren en te unificeren tot een geheel – het zelf. Jung noemt de volledige realisatie van dit proces ‘individuatie’. Het zelf is de bron van wijsheid en waarheid en het heeft het vermogen een verbinding aan te gaan met het spirituele. Met het spirituele bedoelt Jung de menselijke neiging een ervaring na te streven die ogenschijnlijk losstaat van de ‘corrupte wereld’, maar waar men plezier en geluk in kan vinden, zoals religie en mythologie. Het zelf representeert dus het proces van zelfontdekking en de realisatie van onze identiteit, volgens Carl Jung.

Persoonlijkheidstypen

Een van de bekendste maar misschien ook wel controversieelste theorieën van Jung is die van zijn persoonlijkheidstypen. Volgens hem kunnen individuen verschillende persoonlijkheidstypen hebben, gebaseerd op hun voorkeuren bij het omgaan met de wereld, oftewel hoe ze informatie waarnemen, evalueren en beslissingen nemen.

Om tot zijn persoonlijkheidstypen te komen onderscheidt Jung eerst vier psychologische functies: twee rationele, te weten denken en voelen; en twee irrationele, sensatie en intuïtie. Deze functies kunnen op hun beurt weer gecombineerd worden met een extraverte of introverte houding. De extraverte persoonlijkheid kenmerkt zich door een verlangen naar iets of iemand buiten zichzelf. Ze voelen zich sterk verbonden met anderen en zijn afhankelijk van externe invloeden. Aan de andere kant wordt de introverte persoonlijkheid gekenmerkt door de neiging zich te verzetten tegen afhankelijkheid van externe invloeden. Deze onafhankelijkheid kan een gevoel van innerlijke vrijheid bieden, maar kost ook veel energie, denkt Carl Jung.

Kleuren

Jung beschouwt kleuren als ‘de moedertong van het onbewuste’ en associeerde verschillende kleuren met specifieke psychologische toestanden en persoonlijkheidskenmerken. Zo staat koningsblauw voor onbevooroordeelde en analytische eigenschappen, en zonnegeel voor vrolijkheid en enthousiasme. Vlammend rood is karakteristiek voor iemand die positief en assertief is, waar aards groen een kalm en rustig persoon symboliseert. Jung was ervan overtuigd dat iedereen alle kleurentemperamenten in zijn persoonlijkheid heeft, zij het in verschillende mate. Afhankelijk van de situatie zullen verschillende kleurentemperamenten en hun bijbehorende eigenschappen op verschillende momenten naar voren komen.

Om deze bevindingen te structureren, plaatst Jung de kleuren in een tabel waarbij de X-as de lijn tussen introversie en extraversie vertegenwoordigde en de y-as de lijn tussen denken en voelen. Op deze manier associeert hij specifieke persoonlijkheidskenmerken met kleuren. Zo associeert hij warme kleuren zoals rood en geel met extraversie, en koele kleuren zoals blauw en groen met introversie. Jung is van mening dat de vier functies van het bewustzijn ook kunnen worden onderverdeeld in kleuren. Blauw symboliseert denken, rood gevoel, geel intuïtie en groen sensatie.

Jung en de filosofie

De ideeën van Carl Gustav Jung zijn filosofisch relevant, omdat ze naast beschrijvingen van de menselijke geest, de menselijke neiging tot kunst en spiritualiteit uitleggen aan de hand van thema’s als tijdservaring en symboliek. Zo laat Jung door zijn onderzoek naar kunstvormen zien dat menselijk gedrag en menselijk begrip van de wereld en van zichzelf op een diepgewortelde manier verwikkeld zijn met de menselijke geschiedenis.

Geïnspireerd door Carl Gustav Jung

Alan Watts, Erich Neumann, Arnold J. Toynbee