‘Het liefst wil ik wijzen op derde dingen – weerspannige, ondoorgrondelijke, veelzijdige, niet in bezit te nemen derde dingen,’ schrijft Maggie Nelson in een essay over kunst die balanceert op het randje van geweld. De kritiek op zulk werk blijft vaak steken op goed óf slecht, wanstaltig óf briljant, mag wel óf mag niet. In plaats van zich in een van de twee kampen te laten dwingen, zoekt Nelson naar ‘het derde ding’.
Ik voel ook een grote behoefte aan derde dingen. Twintig jaar geleden werden we boos op George W. Bush, die stelde: ‘Je bent voor ons of je bent tegen ons.’ Nu lijkt het de geijkte structuur van elk debat. ‘Beken kleur of ik schiet,’ noemde een bevriende historicus het. Doe je dat niet, dan zul je wel tot het verkeerde kamp behoren. We hebben allemaal genoeg van polarisatie, behalve als het gaat om ons eigen gelijk; ons ondubbelzinnig, keihard, vanzelfsprekend gelijk.
Achter de gebeitelde meningen schuilt volgens mij een lastig te herkennen misverstand. Niet willen kiezen tussen voor of tegen wordt verward met neutraliteit. Het verlangen naar een derde ding hoeft echter niets te maken te hebben met een neutrale houding. Het derde ding is niet de modderkleurige vlek die ontstaat als je twee polen door elkaar mengt, en ook niet het glashelder stralende licht van onomstotelijke waarheid. Het is zichzelf, in al zijn eigen schoonheid of wreedheid. Noch het een, noch het ander; zowel het een als het ander.
Even tussendoor… Meer columns lezen van Miriam Rasch? Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief:
Meld u aan voor onze nieuwsbrief
Voor sommigen klinkt dat slap, pervers of nodeloos ingewikkeld. Maar je kunt het ook zien als bevrijdend. Nelson haalt in een ander essay Jacques Rancière aan. Kunst emancipeert als die niet een dichotomie presenteert waar je je makkelijk toe kunt verhouden, stelt hij. Het derde ding dwingt je om zelf na te denken.
Een gepolariseerde stelling valt te ontwrichten door er een derde optie aan toe te voegen (en een vierde, en een vijfde). Daarmee kies je niet per definitie voor het grijze midden of voor zogenaamde objectiviteit (hoewel dat natuurlijk ook kan). Nee, je maakt je los uit de meningenketenen van anderen. Kunnen we dat van de politiek vragen, en van elkaar?
Miriam Rasch is essayist en filosoof en verbonden aan de Willem de Kooning Academie.