Home Levenskunst Michel Onfray: laat je verleiden door plezier!
Eten Levenskunst

Michel Onfray: laat je verleiden door plezier!

Een hartaanval op heel jonge leeftijd maakte dat hij niet minder, maar juist méér ging genieten. Michel Onfray licht zijn bewuste hedonisme toe.

Door Florentijn van Rootselaar op 16 september 2008

Michel Onfray filosoof hedonisme beeld Fronteiras do Pensamento

Een hartaanval op heel jonge leeftijd maakte dat hij niet minder, maar juist méér ging genieten. Michel Onfray licht zijn bewuste hedonisme toe.

08-2008 Filosofie magazine Lees het magazine

Hij was bijna achtentwintig toen hij een hartaanval kreeg. Hij overleefde het. Maar gezonder leven of een streng dieet? Dat weigerde hij. ‘In een oprisping van heldhaftigheid verklaarde ik dat ik liever dood zou gaan aan het eten van boter dan mijn bestaan te rekken met margarine.’ Ondertussen is Michel Onfray alweer bijna vijftig. Ondanks zijn voorkeur voor paté van eendenlever met gerookte eendenborst, in combinatie met een lichtzoete Gewürztraminer, voor roquefort en voor Margaux, de befaamde, meestal rode Médoc heeft hij nog steeds een jongensachtig lichaam. En hij oogt gezond.

Onfray zou zich in de jaren na zijn hartaanval ontwikkelen tot de best verkopende filosoof van Frankrijk. Zijn thema? ‘Als je mijn vijftig boeken zou moeten reduceren tot één woord, wat een beetje kort door de bocht zou zijn… vooruit… dan zou dat hedonisme zijn.’ Onfray is een radicaal aanhanger van het hedonisme, de filosofie die het geluk en genot boven alles stelt. In een van zijn boeken, De kunst van het genieten, schrijft hij provocerend: ‘De dood is de enige zekerheid die wij hebben. Het gaat er niet zozeer om hem te temmen als wel hem te verachten. Het hedonisme is de kunst van die verachting.’

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Lezingen in de groentetuin

Toch zal Onfray het hedonisme ook positiever definiëren, niet alleen maar als doodsverachting, maar als een levenskunst, als een leven dat in het teken staat van het getemperde en verstandige genot. Met datzelfde idee heeft de filosoof een volksuniversiteit voor de smaak opgericht in zijn geboorte- en woonplaats Argentan in Normandië. Het middelpunt van de school zijn een groentetuin een boomgaard. Topkoks geven daar kookdemonstraties, er was het afgelopen seizoen een lezingencyclus over groenten. Onfray geeft er les over de vijf zintuigen. Zelf noemt hij zijn universiteit ook wel de tuin van Epicurus, naar de Griekse filosoof (342 v.Chr.-270 v.Chr.) die zijn filosofische school had opgericht in een tuin. Net als bij Epicurus staat het genot centraal. En net als bij Epicurus is de tuin voor iedereen toegankelijk; bij Onfray is de tuin nadrukkelijk bedoeld voor de mensen die er geen gewoonte van hebben gemaakt te dineren in sterrenrestaurants.

Met zijn filosofie van het hedonisme, en met zijn smaakuniversiteit verzet Onfray zich tegen een leven dat in het teken staat van zelfbeheersing. Volgens Onfray is dat een erfenis van het christendom. We menen wel dat we de christelijke geboden en verboden achter ons hebben gelaten, maar ons leven is nog steeds doortrokken van een christelijke ideologie, vertelt Onfray. ‘Mensen denken dat ze aanhangers zijn van de niet-religieuze, hedonistische ideologie door zich te bekommeren om de lijn, hun gewicht, hun voeding, wat ze drinken, de ingenomen calorieën en lichamelijke oefeningen. Maar in feite gehoorzamen ze aan de oude logica van het christelijk, ascetisch ideaal waarin genieten betekent: het lichaam pijn doen, tuchtigen, dingen ontzeggen.’

Zelfbeheersing is tegenwoordig extra moeilijk omdat we een ideaalbeeld nastreven dat niets met de werkelijkheid te maken heeft, stelt Onfray. ‘De reclame fabriceert en toont niet-bestaande iconen: jonge anorectische meisjes, die zijn opgemaakt, gepoederd, vermomd. Het zijn artefacten die niet echt maar virtueel bestaan. Als mensen van vlees en bloed worden geprikkeld om te lijken op virtuele iconen, dan moeten ze daardoor wel lijden. Het verschil tussen het ideaaltype, het perfecte lichaam, en het concrete lichaam zal dan ook nooit verdwijnen. Dat ligt ten grondslag aan onze schuldgevoelens (ik eet te veel, ik drink te veel, ik eet slecht, ik sport niet voldoende, ik pijnig mezelf niet genoeg).’

Waarom is zelfbeheersing zo’n ideaal geworden in deze tijd? Waarom zijn we zo met onszelf bezig? Volgens Onfray omdat we in deze tijd alleen nog verlossing proberen te vinden in het ‘ik’. ‘Sinds de val van de Berlijnse muur geloven we niet meer in collectieve verlossingen, in marxistische en socialistische idealen. Nu alle ideologieën ineengestort zijn, blijft er niets meer over dan het “ik”. We willen niet meer de wereld veranderen, maar dat “ik” vormen. Zelfbeheersing is de manier om vorm te geven aan ons bestaan.’

Natuurlijke levenshouding

Tegenover die zelfbeheersing plaatst Onfray het hedonisme, waarin het genot en het plezier boven alles gaan. ‘We moeten ons laten verleiden door plezier, en ons afwenden van pijn.’ Onfray heeft vaak het verwijt gekregen dat hij een stompzinnige en mateloze bevrediging van lusten tot hoogste gebod heeft uitgeroepen. Is dat terecht? En is het hedonisme uiteindelijk niet destructief voor jezelf? Hedonisme, reageert Onfray, veronderstelt ook zelfbeheersing. In het hedonisme gaat het om een permanente berekening van het genot schrijft hij in La jouissance d’exister. Hij volgt in dat boek de regel van Epicurus ‘Geef niet toe aan het plezier hier en nu als dat later betaald moet worden met een gebrek aan plezier. Zie daarvan af. Beter: kies nu voor een gebrek aan plezier als dat later leidt tot plezier. Vermijd dus de pure viering van het moment. Want genot zonder bewustzijn is niets anders dan de teloorgang van de ziel.’

Maar blijft zelfs het ‘bewuste hedonisme’ geen narcistische levensfilosofie, waarin je je eigen genot centraal stelt? Een onethische houding waarin de ander er niet meer toe doet? Onfray is heel ferm in het pareren van die kritiek. Hij vindt dat het goed mogelijk is hedonisme te verenigen met zorg voor de ander: ‘Het plezier van de ander geeft mij plezier. Ik kies voor een vorm van hedonisme die een vreedzame relatie met de ander mogelijk maakt, en vervolgens met de wereld. Het gaat om het samen eten, om beleefdheid, om hoffelijkheid. Om het stileren van onze verlangens. Al die gedragingen laten zien dat je de ander ziet staan. Dat die ertoe doet en niet moet wijken voor jouw bandeloze en onbeheerste verlangens.’

Zijn we met dit ingetoomde hedonisme niet terug bij af? Waar hedonisme een levensfilosofie lijkt die het ongetemperde verlangen centraal stelt, blijkt het uiteindelijk een ethiek die op haar beurt onze verlangens inperkt. Is dit hedonisme uiteindelijk niet een even grote opgave als de zelfbeheersing waaraan wij volgens Onfray lijden? Nee, zegt Onfray, het hedonisme is weliswaar een ethiek, maar wel een ethiek die vol te houden is omdat het daarin gaat om het plezier. ‘Je bekommeren om een ander, niet bandeloos zijn, kan immers een enorm genoegen zijn. Hoffelijkheid, terughoudendheid in de omgang met de ander, verfijnd genot bij het eten. Er is geen groter plezier.’ Anders dan het ideaal van zelfbeheersing hoeven we dit hedonisme volgens Onfray dan ook niet krampachtig na te jagen. In het hedonisme gaat het niet om het naleven van een regel. Het is een levenshouding die steeds natuurlijker wordt naarmate we er meer in geoefend raken. ‘Hoffelijk zijn, tactvol en wellevend. Hoe meer we dat doen, hoe beter dat gaat.’

De smaakuniversiteit: kennis en plezier
Michel Onfray richtte in 2006 de smaakuniversiteit op in zijn geboorteplaats Argentan in Normandië. Aan de basis van de universiteit ligt een groentetuin, waarin mensen met een uitkering kunnen leren om weer deel te nemen aan de samenleving. Onfray en zijn vrienden hebben geprobeerd om daar ‘een soort utopische microsamenleving te creëren’. In de tuin verbouwen ze groente, er is een boomgaard, er staat een grote theatertent en er is een beeldentuin. Vanaf de oprichting was de belangstelling voor de universiteit enorm: de eerste bijeenkomst van de smaakuniversiteit, een les van een bekende topkok, trok zo’n negenhonderd mensen. Hoe gaat Onfray verder in het nieuwe seizoen? ‘We gaan er weer maaltijden bereiden. Er komen kookdemonstraties, we gaan producten proeven… In de tent geven we klassieke concerten – die worden voorafgegaan door een lezing over bijvoorbeeld de muziek van Nietzsche.’ Wat is de gedachte achter de universiteit? Onfray: ‘In feite creëren we een sociale band gebaseerd op de vijf zintuigen, we proberen er niet een te verwaarlozen. We willen weten en plezier verzoenen, intelligentie en plezier, cultuur en vrolijkheid, leren en vreugde, cultuur en betovering. En dat werkt…’