Wat we denken te weten bepaalt ook bij wie we denken te horen. Wij mensen maken namelijk niet alleen deel uit van een juridische, politieke en morele gemeenschap. We behoren tevens tot een groep waarbinnen kennis een grote rol speelt. Zo betoogt de Amerikaanse filosoof Jennifer Lackey, die in 2025 de Spinozaleerstoel aan de Universiteit van Amsterdam mag bekleden. Dat we in zo’n ‘epistemische gemeenschap’ leven heeft consequenties voor onze rechten en plichten. Volgens Lackey hebben slachtoffers van grootschalig geweld bijvoorbeeld niet alleen ‘het recht om te weten’, maar ook het ‘recht om gekend te worden’.
Het belang van dat recht om gekend te worden zie je bij een Zuid-Afrikaanse man die tijdens de Apartheid door de politie in zijn hoofd en nek was geschoten. Vanaf toen was hij blind en leed hij aan zware hoofpijn. ‘Ik voel dat wat me de hele tijd ziek heeft gemaakt, het feit is dat ik mijn verhaal niet kon vertellen,’ zei hij na zijn getuigenis voor de Zuid-Afrikaanse Waarheids- en Verzoeningscommissie. ‘Maar nu! Het voelt alsof ik mijn zicht heb teruggekregen door hier te komen en het verhaal aan jullie te vertellen.’
Jennifer Lackey is hoogleraar filosofie aan Northwestern University in de Verenigde Staten. Ze is gespecialiseerd in sociale epistemologie en is de hoofdredacteur van de wetenschappelijke tijdschriften Episteme en Philosophical Studies. Verder is ze de oprichter van het Northwestern Prison Education Program (NPEP), een initiatief waarmee gedetineerden in de VS een bachelordiploma kunnen halen.
‘Wanneer we aan rechten denken, denken de meesten van ons bijvoorbeeld aan het recht op vrijheid, vrije meningsuiting en een eerlijk proces,’ zegt Lackey via Zoom, vanaf de Northwestern University in Evanston, Illinois waar zij hoogleraar is. ‘Maar impliciet omvatten de principes van de Verenigde Naties ook het idee dat mensen recht hebben op kennis. In 2005 stelden de VN namelijk dat slachtoffers het recht hebben om te weten. Zo hebben na een genocide overlevenden het recht te wetenwaar de lichamen van hun geliefden begraven liggen en in hoeverre de staat betrokken was bij de misdaden.’
Lackey breidt dit idee nu uit naar het recht om gekend te worden. ‘Mijn argument daarvoor is dat we deel uitmaken van een epistemische gemeenschap, wat bepaalde verplichtingen, normen en rechten met zich meebrengt.’ Hoe logisch het recht om gekend te worden misschien klinkt, de Verenigde Naties erkennen het niet expliciet. ‘Vandaar dat ik daarop inga in het boek waaraan ik nu werk en in mijn Spinozalezingen.’
Gevangenis
Het verband tussen epistemische zaken (van epistèmè, het oud-Griekse woord voor kennis) enerzijds en gemeenschap, plichten en rechten anderzijds ligt misschien niet direct voor de hand. De epistemologie, oftewel kentheorie, lijkt soms een van de maatschappelijke wereld losgezongen solo-onderneming te zijn. Denk aan hoe de filosoof René Descartes (1596-1650) zich opsloot in een kamer om via zijn twijfelexperiment een onwankelbaar fundament voor kennis te verkrijgen.
De sociale epistemologie benadert kennis daarentegen vanuit interacties tussen mensen. Veel van onze kennis verkrijgen we samen met anderen. Bijvoorbeeld met familieleden en vrienden, docenten en medeleerlingen, of andere krantenlezers, tv-kijkers en sociale-mediagebruikers. Die kennis vervult belangrijke functies binnen gemeenschappen. Zo houdt gedeelde kennis over het verleden een groep bij elkaar; op school leren we hoe Nederland is ontstaan door de opstand tegen de Spanjaarden. En gedeelde kennis over een individu kan ertoe leiden dat hij buiten de groep valt: als we voldoende belastend materiaal over een verdachte hebben, isoleren we hem in een gevangenis.
Veel van onze kennis verkrijgen we samen met anderen
Naar de rol van kennis binnen het strafrechtsysteem heeft Lackey diepgaand onderzoek gedaan. Haar aandacht daarvoor komt mede voort uit haar ervaringen als filosofiedocent in gevangenissen. Ze richtte het Northwestern Prison Education Program (NPEP) op, het enige programma in de Verenigde Staten waar gedetineerden bachelordiploma’s van een top 10-universiteit kunnen behalen. Naar aanleiding van haar ervaringen formuleerde Lackey de prison education paradox: ‘Gevangenissen bevinden zich in een van de donkerste hoeken van onze samenleving en toch schijnt ondanks – en soms zelfs dankzij – dit feit het helderste licht in deze klaslokalen.’
Dat licht beschijnt volgens Lackey zowel de gedetineerden als hun docenten. ‘Gedetineerden krijgen door onderwijs kansen die ze verder achter de tralies niet hebben. Ze kunnen leren binnen een gemeenschap, hun creativiteit en talent koesteren, en op een betekenisvolle manier groeien. Ik zag letterlijk voor mijn ogen het verband tussen onderwijs en transformatie.’
Onderwijs in het algemeen brengt veel teweeg – hoe meer onderwijs gedetineerden krijgen, hoe sterker de kans op recidive daalt. Maar filosofie-onderwijs maakt nog eens in het bijzonder een verschil. ‘Er bestaat een lange traditie van mensen die zich tot de filosofie wenden tijdens gevangenschap, soms wachtend op de doodstraf. Denk aan Boëthius’ Over de troost van de filosofie, of aan Plato’s Apologie van Socrates. Bij het NPEP in het bijzonder is het programma erg selectief en hebben we een streng toelatingsproces. Hierdoor zie ik bij de gedetineerde studenten een diepgang en volwassenheid van denken die ik niet altijd zie bij mijn studenten op de campus. Veel van de studenten in ons programma bevinden zich in een levensfase waarin ze willen onderzoeken wie ze zijn, hoe ze zijn beland waar ze zijn en wie ze willen worden. Filosofie helpt hen nadenken over deze vragen.’
Voor zichzelf noemt Lackey werken in gevangenissen ‘een van de meest levensveranderende ervaringen’ die ze ooit heeft gehad. ‘Het heeft mij veranderd als persoon, als docent en als onderzoeker. Doordat de meeste gevangenissen zich op afgesloten en afgelegen locaties bevinden, breng ik veel tijd door op plaatsen in de Verenigde Staten die de meeste Amerikanen nooit zien. En als sociaal epistemoloog kan ik een kader ontwikkelen dat zicht biedt op specifiek epistemische onrechtvaardigheden en gerelateerde kwesties binnen het Amerikaanse strafrechtsysteem.’
Onrecht
Wat zijn dat eigenlijk, ‘epistemologische onrechtvaardigheden’? ‘Filosofen hebben de afgelopen jaren veel aandacht besteed aan een vorm van getuigenisonrecht waarbij de spreker vanwege haar sociale identiteit niet geloofd wordt,’ zegt Lackey. ‘Een vrouw doet bijvoorbeeld aangifte van seksueel misbruik en een seksistische politieagent wijst die aangifte af. Vanwege de genderidentiteit van het slachtoffer ziet hij haar getuigenis als minder geloofwaardig dan dat die op grond van het bewijs is. Veel sociaal epistemologen zeggen dan dat de vrouw epistemisch onrecht wordt aangedaan: de politieagent ontzegt haar wat haar toekomt als knower, bezitter van bepaalde kennis.’
‘De verdachte krijgt geen kans om zijn verhaal in zijn eigen woorden te vertellen’
Maar er is ook een radicaal ander soort getuigenisonrecht, betoogt Lackey in haar laatste boek, Criminal testimonial injustice (2023). ‘Daarin introduceer ik de term “agential testimonial injustice”. Ik gebruik “agential” omdat het onrecht voortkomt uit openlijke handelingen van de betrokkenen. In het strafrechtsysteem zijn beide kanten een actor, een agent, waarbij wel belangrijk is op te merken dat de verdachte onder zware druk staat. Denk maar aan een politieman die schermt met niet-bestaand belastend bewijsmateriaal en een daardoor geïntimideerde verdachte die een valse bekentenis aflegt. Met behulp van de filosofie, het recht en de sociale psychologie laat ik zien hoe dit soort getuigenisonrecht het resultaat is van brute staatsmacht. Verdachten leggen hun verklaringen af onder omstandigheden die hun epistemische zeggenschap sterk verminderen of zelfs tenietdoen.’
Zo maakt het strafrechtsysteem slachtoffers medeplichtig aan hun eigen ondergang, zegt Lackey. ‘Want het behandelt hun verklaringen als een weergave van hun ware zelf, zelfs wanneer ze later hun verklaringen intrekken of als er ontlastend bewijs opduikt.’
Platte verhalen
Die weergave van een persoon, het verhaal dat in een gemeenschap over iemand de ronde doet, komt ook terug in haar Spinozalezingen. ‘Het recht om gekend te worden houdt vaak ook het recht in om het onderwerp te zijn van een accuraat verhaal. Daarom onderzoek ik de rol die verhalen spelen in het vormen van identiteiten, sociale relaties, de status binnen een groep en het herstel van onrecht. De schrijver E.M. Forster maakt onderscheid tussen platte en ronde personages – ik pas dat toe op verhalen. Platte verhalen beelden een persoon af als statisch, eendimensionaal en psychologisch simplistisch. Ronde verhalen beelden een persoon af als dynamisch, multidimensionaal en psychologisch complex.’
Vaak zijn de verhalen over mensen die in de Verenigde Staten door onrechtvaardigheid zijn getroffen plat, stelt Lackey. Vooral als ze zwart zijn. ‘Media en justitie hebben de neiging om de handelingen van verdachten neer te zetten als een weerspiegeling van een fundamentele persoonlijke tekortkoming, in plaats van als het gevolg van toevallige omstandigheden. Daar lijden verdachten onder. De media richten zich op die ene dag waarop iemand een misdaad zou hebben gepleegd. Ze laten een mug shot zien, beelden de persoon af als op een arrestatiefoto. Ze vermijden het gebruik van zijn echte naam en bestempelen hem als de “beschuldigde”, de “seriemoordenaar” enzovoorts. Het strafrechtsysteem biedt de verdachte vervolgens vrijwel geen mogelijkheden om zijn verhaal in zijn eigen woorden te vertellen. Het platte verhaal van iemands leven wordt gecreëerd, verteld en gepromoot, en de verdachte wordt veroordeeld en opgesloten in een gevangenis, vaak ver van zijn geliefden. Het publieke verhaal dat over hem is verteld, stolt dan in de tijd. Voor zover de meeste mensen weten, is zijn verhaal voltooid. Voortaan zal hij zijn zoals hij was op die ene vreselijke dag.’
Helaas lijkt het er gezien de politieke situatie in de VS – maar ook in Nederland – op dat de verhalen die we over anderen vertellen steeds platter worden. Wat betekent dat voor Lackeys werk? ‘De politieke situatie verandert elke dag. Niemand weet wat er gaat gebeuren. Gaat dit het hele onderwijssysteem in de Verenigde Staten beïnvloeden? Ja! Gaat het mijn werk beïnvloeden? Absoluut!’
De tweede Spinozalezing van Jennifer Lackey, ‘Stories that wrong and stories that repair’, vindt plaats op 15 mei 2025 van 18:00 tot 21:30 in de aula van de Oude Lutherse kerk te Amsterdam. De lezing is gratis bij te wonen, aanmelding is verplicht.