Home Liefde Moederliefde is geen instinct | recensie
Liefde Opvoeding

Moederliefde is geen instinct | recensie

Vrouwen gaan niet vanzelf van hun kinderen houden, schrijft de Franse filosoof Elisabeth Badinter.

Door Annette van der Elst op 22 februari 2024

de mythe van het moederschap moeder kind moederliefde Elisabeth Badinter beeld Phil Hearing/Unsplash

Vrouwen gaan niet vanzelf van hun kinderen houden, schrijft de Franse filosoof Elisabeth Badinter.

FM3 Filosofie Magazine kun je voelen met je ogen
03-2024 Filosofie magazine Lees het magazine

Dat vrouwen een aangeboren liefde voor hun kinderen hebben is een gevaarlijke mythe, stelt de Franse filosoof Elisabeth Badinter (1944) in De mythe van het moederschap. Het boek dat verscheen in 1981 is onlangs opnieuw uitgegeven in het Nederlands, met een voorwoord van Xandra Schutte, hoofdredacteur van De Groene Amsterdammer. Deze mythe aan de kaak stellen is nog steeds nodig, schrijft Schutte. Ook Badinter ziet met lede ogen aan dat steeds meer vrouwen, ook in Frankrijk, moederschap als een primaire en ‘natuurlijke’ taak in het leven zien.

Badinter beschrijft dat het moederschap niet altijd op die manier is opgevat. Lange tijd is het gebruikelijk geweest – in de hogere kringen – om een pasgeboren baby aan een min uit te besteden. In 1780 woonden van de 21 duizend kinderen die jaarlijks in Parijs werden geboren er slechts duizend bij hun eigen moeder. Hoe valt dit te rijmen met het idee van een moederlijke natuur? Gingen die vrouwen tegen hun natuur in? En wanneer heeft het idee van het moederlijk instinct postgevat?

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

De vrouw in een mal geduwd, krijgt schuldgevoelens

Voor Badinter is Jean-Jacques Rousseau de boosdoener. Hij zette in Emile (1762), zijn gedachte-experiment over de ideale opvoeding, het model neer van de ‘goede moeder’. Zij heeft een zachte aard en een sterk lichaam, en is niet eigenzinnig, trots of egoïstisch. Ze wordt nooit kwaad en laat haar ongeduld nooit blijken. Ze kent geen lust of agressiviteit, en richt al haar aandacht op het gezin. Ze heeft iets van Jezus, aldus Badinter, ‘geboren om te dienen en om alle smarten op zich te nemen’.

Dit model was volgens Rousseau gegrondvest in de natuur van de vrouw. Het was daarmee niet alleen een norm, maar ook een aanname van een realiteit. Sterker nog: door als vrouw naar die norm te leven, ‘terug naar je natuur te gaan’, zou je het ware geluk kunnen vinden. En dat was ook de enige weg daarnaartoe.

Dit strookt niet met de werkelijkheid, meent Badinter. Veel vrouwen voelen die moederliefde helemaal niet zo. Deze norm maakt vrouwen ongelukkig: ze worden opgesloten in een leefwijze die hen niet bevalt en beperkt. Het tast hun autonomie aan – en autonomie is voor Badinter een groot goed, de kern van haar feminisme.

Kinderloos

De mythe van het moederschap zou je als onderdeel van een drieluik kunnen zien, dat verder bestaat uit de boeken Fausse route (2003) en Le conflit (2010). In ­Fausse route beschrijft Badinter de terugkeer van stereotiepe rollen, in de vorm van een modern moederschap. Pas op, waarschuwt Badinter, niet alleen verlies je zo je vrijheid, het remt ook de gelijkheid met mannen en belemmert een goede relatie met hen. In Le conflit beschrijft ze het resultaat: moeders die met dodevissenogen bij de zandbak naar hun kroost kijken. Of vrouwen die besluiten helemaal geen kinderen te willen, vanwege het absolute karakter van de norm. Dat is namelijk het conflict: kies je voor het moederschap of voor de positie van een autonome vrouw? In landen waar de mythe van het moederschap sterk heerst, zoals in Nederland en Italië, is het aantal kinderloze vrouwen het grootst, concludeert Badinter.

De mythe is naast een waanidee ook gevaarlijk. Vrouwen worden in een mal geduwd en krijgen schuldgevoelens. En mannen verzaken hun aandeel en krijgen niet de mogelijkheid om een geschikte vaderrol te ontwikkelen.

Badinters historische beschrijving is interessant, maar nog geen afdoende bewijs voor de mythe van het moederinstinct – een instinct kan immers ook onderdrukt worden. Overtuigender is haar betoog dat moederliefde een relatie is. Voor Badinter bestaat moederliefde namelijk zeker. Ze ziet die als een relatie die groeit door actief te handelen, als een aristotelische deugd, net zoals het geval is bij de liefde tussen twee volwassenen. Zo’n liefdesband impliceert een keuze en vergt inzet, en is dus geen passieve uiting van een aangeboren instinct. Hoe we invulling geven aan die relatie hangt af van ideeën en omstandigheden, en zou ook een keuze en inzet van mannen moeten zijn. Badinter is daarin een welkome ‘moeder’ van de moeders, die er telkens op wijst je autonomie nimmer op te geven.

Zelf is Badinter moeder van drie kinderen, waar ze verder niet al te veel over wil spreken. ‘Ik heb geen verwijten gekregen,’ zei ze onlangs in een interview op de Franse televisie. Of ze zichzelf een goede moeder vindt? Moyennement, gemiddeld. Of om met de psycholoog Winnicott te spreken: good enough. En dat is voldoende.

De mythe van het moederschap

De mythe van het moederschap. Een historische kijk op het moederinstinct
Elisabeth Badinter
vert. Veronique Huijbregts en Marie Luyten
Athenaeum
376 blz.
€ 24,99