‘Zouden we dan toch moeten vragen naar de zin van vergeten?’ (Jacques Derrida)
Ik ben mijn muis kwijt en heb nu te beseffen hoezeer mijn rechterhand plus muis de beslissende functie van mijn geheugen geworden is: normaal gesproken zou ik de ingeving die de eerste zin van dit stukje had zullen zijn razendsnel opgescrold hebben (hij staat hoog in het document met aantekeningen voor toekomstige shortreads, dat inmiddels uit 5.000 woorden bestaat). Zonder muis gaat het scrollen postkoets-achtig traag, de kans is groot dat ik onderweg stuit op iets dat ik niet zocht.
Waar was ik gebleven? is zo ongeveer mijn meest gestelde vraag. Vreemd, die verleden tijd.
De zin in kwestie zou ik met het klikje van hebbes! weer naar hier, onderaan het document vervoerd hebben, en boven dit stukje laten vallen, met het klikje van aha! Ook al was ik tijdens dat zeer korte scroll-reisje vergeten waar ik ook alweer mee bezig was – dan zou het, dankzij de klik, toch zijn alsof ik mij herinnerde wat ik van plan was, en van daaruit tot deze shortread gekomen zijn, maar of die dezelfde strekking had gehad als dit, wat u nu leest?
Geen idee, en daarmee lijk ik aan het hart van de kwestie, die vergeten is, te raken. Van vergeten is alleen sprake als je, op welke manier dan ook, benul hebt van wat je vergeten bent. Er is genoeg van de nog niet opgeklikte zin werkzaam om te kunnen beweren dat ik hem vergeten ben. En ik weet zeker dat hij geschreven is! En nauwkeurig hoe hoog in de scroll hij zich bevindt!
Dat is een heleboel weten, voor vergeten.
Even tussendoor… Meer shortreads lezen? Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief:
Meld u aan voor onze nieuwsbrief
Volgens de al eens in een shortread gememoreerde denker Magdalene Brandes zou het een ‘kolossale vorm van bijgeloof ‘ zijn als ik mij nu per muisklik van de verloren zin voorzag en zei: dit is de zin die ik vergeten was.
De opgeklikte zin is de vergeten zin niet, schrijft ze. Wat er ook staat, hoe letterlijk ook geklikt, de zin die je aan het vergeten bent luidt anders, betekent iets anders, wil iets anders van je, dan wat er staat.
Dit schrijft ze in een gedachtegang over haar poging zich een zinsnede van Jorge Luis Borges te herinneren. Volgens haar eigen zeggen is het de zin waarmee haar schrijvende, denkende leven begon. Na een maandenlange reis door zijn essays, verhalen en poëzie, keert ze terug in het een na laatste hoofdstuk van haar hoofdwerk Hvorfor glemme dat ze aan het schrijven is (getiteld: ‘Één muisklik en ik word gezond’), met onder haar muis de gezochte zin.
Ze besluit hem niet los te klikken.
Daarna werd het, schrijft ze in de derde persoon, en in haar kenmerkende verleden tijd, die haar proza de allure geeft postuum geschreven te zijn, ‘vreemd rustig in haar hoofd. Het was voor Magdalene goed om te denken dat zij wist, beter dan te weten wat zij dacht’.
In de online rubriek ‘shortreads’ zoekt Filosofie Magazine elke week in een kort essay naar het antwoord op een alledaagse filosofische vraag.