Wanneer ik vertel dat ik liever geen vlees eet om het klimaat, kijken mensen me soms verbouwereerd aan. Ze vinden me dan een ‘deugneus’ of een Gutmensch: iemand die goed wil doen en dat wil weten ook. In eerste instantie voel ik me dan beledigd, maar al snel denk ik: wat is het probleem met het goede willen doen? Of zoals presentator Tim Hofman het verwoordde tegen NRC: ‘Ik wil mij helemaal de tyfus deugen. Wat is daar mis mee?’ Waarom willen we niet deugen?
Is het misschien omdat deugers ons het gevoel geven dat ze onze vrijheid beperken? Als ik lees dat Harm Edens al acht jaar niet meer gevlogen heeft, durf ik niet zo snel meer een vliegticket te boeken. Zo roepen veel mensen dat we tegenwoordig niks meer mogen: we mogen geen schunnige grappen meer maken, we mogen niet meer barbecueën, mannen mogen vrouwelijke collega’s geen complimenten meer geven. Maar is mijn vrijheid om goed te doen echt in strijd met andermans vrijheid om te vliegen/te barbecueën/grove grappen te maken?
Alle grote ethische theorieën zijn gebouwd op de vooronderstelling dat mensen willen deugen. Volgens Kants plichtethiek is een goede handeling zonder een goede intentie niet eens mogelijk, en het utilitarisme van Bentham en Mill draait erom met je acties een zo groot mogelijk genot voor zoveel mogelijk mensen teweeg te brengen. Maar belanden we niet in een paradox als we dat laatste principe toepassen op het deugersprobleem? Want door goed te doen kun je anderen het gevoel geven tekort te schieten en zo onbehagen veroorzaken. Oftewel: je kunt niet goed doen zonder ook schade aan te richten. Hoe goed is het dan nog om goed te doen?
‘Hoe zouden morele mensen zo vervelend kunnen zijn, terwijl hun bedoeling om goed te zijn toch het verrukkelijkste, moeilijkste en onderhoudendste zou moeten zijn wat je je maar kunt voorstellen?’ vraagt het personage Agathe zich af in Robert Musils roman De man zonder eigenschappen. Is het misschien omdat de deuger ons confronteert met onze eigen ondeugden? Omdat die de schijn wekt zelf geen ondeugden te bezitten? Of zit er toch iets van ondeugd achter de goede wil van de deugers?
In de online rubriek ‘shortreads’ zoekt Filosofie Magazine elke week in een kort essay naar het antwoord op een alledaagse filosofische vraag.Â