Veroudering is een cluster van verschillende kwalen: je wordt vergeetachtiger, je bent minder fit, je krijgt rimpels, je hebt meer kans op chronische ziekten. Deze onderzoekers stellen dat ze de hoofdoorzaak van al deze verschijnselen hebben gevonden: DNA-schade. Ze vergelijken hun bevindingen met ziektes waarbij DNA-schade ervoor zorgt dat verouderingssymptomen soms al in de vroege kindertijd optreden, zoals het syndroom van Hutchinson-Gilford. Maar wat is veroudering eigenlijk? En hoe beïnvloeden onderzoeken als dit onze kijk op veroudering?
Dit artikel is exclusief voor abonnees
De term “veroudering” heeft meerdere betekenislagen. Een belangrijke daarvan is dat veroudering niet te repareren valt. Als gevolg daarvan is het begrip niet alleen beschrijvend, maar beïnvloedt het ook ons handelen. Het komt als het ware met een gebruiksaanwijzing: omdat veroudering ons allemaal overkomt, dient het geaccepteerd te worden. Maar als we veroudering als een “ziekte” of “defect” gaan zien, zoals deze onderzoekers doen, ontstaat er een totaal ander actieprogramma. De termen “ziekte” en “defect” impliceren namelijk dat je wellicht genezen kunt of moet worden. Veroudering verandert dan van iets wat we moeten accepteren of moedig moeten dragen in iets wat we niet hoeven te pikken.’
Extra levensjaren
‘Techniek en wetenschap kunnen met nieuwe inzichten of nieuwe mogelijkheden blijvende verandering teweegbrengen in ons handelen. Sinds de Verlichting houdt dit vaak in dat we een minder passieve levenshouding aannemen. Door vaccins te ontwikkelen of groenten genetisch te modificeren, onttrekken we ons aan het lot – word je ziek of niet, heb je een goede oogst of niet? – en trekken we meer zaken in de keuzesfeer.
Of dit onderzoek ons morele begrip van veroudering echt zal veranderen? Voorlopig nog niet. Ik denk dat de oorzaak van wat we veroudering noemen uiteindelijk toch complexer is. Ook geven de onderzoekers geen eenduidige oplossing – we kunnen geen pil nemen om die DNA-schade te repareren. De oplossingen die ze aandragen hebben vooral betrekking op levensstijl: je moet genoeg bewegen, gezond eten, of jezelf zelfs een beetje uithongeren. Dat een gezond leven waarschijnlijk een langer leven betekent, weten we al heel lang. Wat dat betreft past dit onderzoek vooral in een bredere trend waarbij de dagelijkse focus op onze gezondheid steeds groter wordt.
Aan de nadruk die we op levensstijl leggen zie je dat het idee dat veroudering simpelweg geaccepteerd moet worden eigenlijk al langere tijd wordt uitgedaagd binnen onze maatschappij. Dat heeft vooral met klasse te maken. We weten bijvoorbeeld dat laagopgeleide en armere mensen gemiddeld zes of zeven jaar eerder verouderen dan mensen met meer geld of een hoger opleidingsniveau, omdat die laatste groep het zich kan veroorloven gezonder te leven. Die hogere klasse zal denk ik nog wat extra levensjaren uit dit soort onderzoeken sprokkelen. Zo zie je dat er, zodra we iets in de keuzesfeer trekken, een heleboel morele en politieke vragen de kop opsteken, zoals: hoe zorgen we ervoor dat die extra gezonde levensjaren gelijk verdeeld worden over de bevolking?
Bron feit
Schumacher, B., J. Pothof, J. Vijg et al. (2021), ‘The central role of DNA damage in the ageing process’. Nature 592.