Hoe kan een miljardair door arme arbeiders tot vertegenwoordiger verkozen worden? Dat heeft te maken met de werking van het fascisme. Wie die werking wil blootleggen, moet erop beducht zijn dat fascisme – in de woorden van Umberto Eco – ‘kan terugkeren onder de meest onschuldige vermommingen’. Deze waarschuwing vormt het motto van het boek [Nieuw] Fascisme. Besmetting, gemeenschap, mythe van Nidesh Lawtoo, hoogleraar moderne hedendaagse Europese literatuur en cultuur aan de Universiteit Leiden. Het Engelstalige origineel verscheen in 2019, maar hij begon al in 2016 met het schrijven ervan. ‘Ik woonde destijds in de Verenigde Staten, waar ik getuige was van Trumps opkomst als politieke kandidaat, een kandidaat die door de meeste academici niet serieus werd genomen.’
Trumps ervaring als televisieacteur maakte kiezers ontvankelijk voor zijn ideeën, meent Lawtoo. ‘In de televisieshow The Apprentice speelde Trump een zakenman met autoriteit, met wie kijkers zich konden identificeren. Dat zag je terug tijdens de verkiezingen: met de technieken die hem in een fictieve realityshow van autoriteit voorzagen, schopte hij het in de realiteit tot president.’
Deze vervaging tussen feit en fictie speelt fascistische leiders in de hand, waarschuwt Lawtoo. Hij heeft het niet over het historische fascisme van Hitler en Mussolini, maar over hedendaagse extreemrechtse populisten – vandaar dat hij spreekt over ‘(nieuw) fascisme’. Al benadrukken de haakjes dat die nieuwheid betrekkelijk is.
Wanneer is er precies sprake van fascisme?
‘Het belangrijkste kenmerk van fascisme is een onderscheid tussen “wij” en “zij”: insiders tegenover buitenstaanders. Dit neemt de vorm aan van hypernationalisme en racisme. Een ander kenmerk is identificatie met een autoritaire of charismatische leider. Deze leiders hebben antidemocratische idealen, maar komen wel via democratische processen aan de macht. Ze doen dit door in te spelen op het emotionele register van de massa, door zondebokken aan te wijzen en leugens te verspreiden, bijvoorbeeld over klimaatverandering of massa-immigratie.
Even tussendoor… Meer lezen over politieke filosofie? Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief:
Meld u aan voor onze nieuwsbrief
Wat (nieuw) fascisme onderscheidt van historisch fascisme zijn de nieuwe vormen van media. Het internet, de sociale media en kunstmatige intelligentie veranderen de schaal waarop en het gemak waarmee leugens verspreid worden.’
Waarom luisteren mensen naar leiders die liegen en gewelddadig zijn?
‘De politiek speelt zich vaak mondeling af. Daarbij is niet alleen inhoud, maar ook vorm van belang. De manier waarop iemand spreekt kan ons kippenvel bezorgen, kwaad maken of tot tranen toe roeren. Deze effecten zijn lichamelijk en gaan onze rationele controle te boven. Ze werken onbewust op ons in. Dit weten we al eeuwenlang: Plato waarschuwde al voor de misleidende macht van goede redenaars.
Fascistische leiders zijn zo overtuigend doordat ze inspelen op de irrationele, betoverende kracht van de spraak. Met retorische technieken – herhaling, het gebruik van beelden in plaats van woorden, het aanwijzen van zondebokken – versimpelen ze complexe problemen en wakkeren ze gevoelens van onvrede en agressie aan. Helaas zijn wij daar als imiterende wezens erg gevoelig voor.’
Wat bedoelt u met ‘imiterende wezens’?
‘Wij mensen doen elkaar constant na. Ik noem onze soort daarom homo mimeticus. ‘Mimeticus’ verwijst naar het Oudgriekse mimesis, wat vaak wordt vertaald als ‘imitatie’. In de esthetica wordt mimesis vooral gebruikt om over het nabootsen van de werkelijkheid te spreken, zoals bij een realistisch schilderij. Maar mimesis is afgeleid van mimos, acteur, en heeft ook een meer belichaamde definitie: iemand nadoen. Dit doen we vaak zonder ons ervan bewust zijn. Mensen leren nu eenmaal door anderen na te doen, ten goede en ten kwade.
De filosoof en literatuurwetenschapper René Girard beargumenteerde in de vorige eeuw al dat begeerte mimetisch is – we nemen de verlangens van de mensen die we bewonderen over. Volgens Girard leidt dit tot rivaliteit en zondebokmechanismen. Dat zien we ook terug in het fascisme.
Nochtans is niet alleen de begeerte, maar elke emotie mimetisch. We zijn extreem gevoelig voor andermans emoties en nemen die over. Deze “besmetting” wordt versterkt wanneer we deel uitmaken van een massa. Mimesis niet per se slecht; zo maakt ze empathie mogelijk. Maar wanneer woede of agressie in het spel is kan ze gevaarlijk worden.’
U schrijft dat we in een ‘hypermimetische’ maatschappij leven. Wat houdt dat in?
‘De “hyper” in “hypermimesis” is een verwijzing naar Jean Baudrillards concept van hyperrealiteit. Baudrillard was een postmoderne filosoof die betoogde dat wij in een tijdperk van simulaties leven. Simulaties zijn geen nabootsing van de realiteit, maar creëren zelf een nieuwe realiteit.
De leugens die fascistische leiders met behulp van de nieuwe media verspreiden zijn zulke hyperreële simulaties, want ze geven niet de werkelijkheid weer, maar een verzonnen realiteit. Daarentegen zijn de reacties die ze opwekken in homo mimeticus maar al te reëel. Met “hypermimesis” duid ik de spiraal aan waardoor (virtuele) onwaarheden, aangedreven door algoritmes die reeds bestaande overtuigingen versterken, mimetische gevolgen hebben in de materiële wereld. Hypermimesis is dan ook kenmerkend voor het (nieuwe) fascisme. Denk maar aan de bestorming van het Capitool op 6 januari 2021: een gefingeerd verhaal over het stelen van de verkiezingen gaat viraal en resulteert in een zeer reële, offlineopstand.’
Als mimesis zo alomtegenwoordig is, kunnen we ons dan wel verzetten tegen (nieuw) fascisme?
‘Gelukkig beschikken we naast onze emoties ook over rationele vermogens, waarmee we ons tegen fascisme kunnen verzetten. Het is vooral van belang om te erkennen dat we allemaal potentieel vatbaar zijn voor fascistische boodschappen, vooral in perioden van crisis. Wanneer we eenvoudige oplossingen horen voor complexe vraagstukken, of wanneer een groep wordt weggezet als zondebok, moeten we allemaal zeer op onze hoede zijn. Gedegen onderwijs kan ons hierbij helpen, door ons kritisch denkvermogen te scherpen en betrouwbare bronnen aan te reiken.
We doen er ook goed aan om naast de verschillen ook de overeenkomsten tussen groepen te erkennen. Wat we met elkaar gemeen hebben wordt vaak genegeerd in een politiek debat, terwijl dat juist fundamenteel is. We zijn allemaal mensen, ongeacht afkomst, geslacht, seksualiteit en politieke voorkeur. Het gesprek aangaan met mensen die anders zijn dan jijzelf is een belangrijke stap om ontmenselijking te voorkomen.’
[Nieuw] Fascisme. Besmetting, gemeenschap, mythe
Nidesh Lawtoo
Noordboek
280 blz.
€ 24,90