Lieke Marsman vraagt zich af hoe het is om ‘het tegenovergestelde van een mens’ te zijn. Volgens haar een noodzakelijke houding in onze tijd van klimaatrampen.
Wat kan ik weten?
‘Het is moeilijk om het menselijk perspectief los te laten. Als je wilt weten hoe het is om niet-menselijk te zijn, moet je speculeren. Hoe voelen vingerplanten, mieren, rivieren, rotsen en komkommers zich? Je moet je fantasie gebruiken, en daarbij kun je alle kanten op gaan. Dat maakt het ook zo leuk.
Tekst loopt door onder afbeelding
Fotografie: Maurits Giesen
Er zijn mensen die beweren dat je de menselijke gevoelens niet zomaar op dieren mag projecteren, maar dat zeggen ze ook alleen als het ze goed uitkomt. De uitkomsten van dierproeven nemen ze wel serieus! Als je werkelijk gelooft dat dieren en mensen niets gemeen hebben, dan heeft het ook geen zin om medicijnen eerst op dieren uit te proberen.
De mens zet zichzelf nog steeds in het middelpunt. Ooit dachten we dat de mens de kroon op de schepping was en de aarde het middelpunt van het heelal. Inmiddels weten we beter, maar gedragen we ons nog steeds alsof het wel zo is. Daar zouden we mee moeten stoppen. Er is erg veel ellende door gekomen en er staat nog meer te gebeuren. Natuurlijk kom je nooit helemaal buiten ons menselijke perspectief. Maar je kunt het wel proberen.’
Dit artikel is exclusief voor abonnees