Home Vrijheid Je bent pas vrij als je kunt willen wat je wilt, toonde Harry Frankfurt
Vrijheid Waarheid

Je bent pas vrij als je kunt willen wat je wilt, toonde Harry Frankfurt

Op 16 juli 2023 overleed Harry Frankfurt. De filosoof zorgde met zijn theorie van meerdere orde-verlangens voor een doorbraak in het vrije-wildebat.

Door Maarten Meester op 29 augustus 2023

vrije wil vrijheid keuze ja nee yes no Harry Frankfurt

Op 16 juli 2023 overleed Harry Frankfurt. De filosoof zorgde met zijn theorie van meerdere orde-verlangens voor een doorbraak in het vrije-wildebat.

Dit artikel krijgt u van ons cadeau

Wilt u onbeperkt toegang tot de artikelen op Filosofie.nl? U bent al abonnee vanaf €4,99 per maand. Sluit hier een abonnement af en u heeft direct toegang.

Stel, Jones wil een bank overvallen. Hij weet alleen niet dat hersenchirurg Black bij hem een chip heeft ingebracht waarmee hij de controle over Jones’ brein kan overnemen. En Jones weet ook niet dat de chirurg graag wil dat hij de bank overvalt en de chip heeft geïmplanteerd om te kunnen ingrijpen als hij terugdeinst. Vervolgens berooft Jones de bank, zonder dat Black de chip hoeft te activeren.

Met dit soort tegenvoorbeelden maakte de op 16 juli 2023 op 94-jarige leeftijd overleden Harry Frankfurt naam in de jaren zeventig. We spreken van tegenvoorbeelden omdat ze een tot dan toe algemeen aanvaard idee onderuithalen. Namelijk: iemand handelt alleen uit vrije wil als hij alternatieve mogelijkheden heeft. We kunnen iemand alleen verantwoordelijk houden voor zijn daden als hij anders had kunnen handelen. En dat kon Jones niet.

‘Je kunt echt geen boek over vrije wil meer schrijven zonder aan Harry Frankfurt te refereren,’ zegt Thomas Nys, universitair docent ethiek aan de Universiteit van Amsterdam. ‘Zijn oplossing is zo simpel dat je je afvraagt waarom filosofen er pas na millennia mee kwamen. Als je kunt doen wat je wilt doen, heb je vrijheid van handelen. Dus als je kunt willen wat je wilt willen, heb je vrijheid van de wil. En ook al vind je dit haast te elegant of te simpel klinken, je kunt niet om de ideeën van Frankfurt heen.’

Rabbijn

Harry Frankfurt werd op 29 mei 1929 geboren als David Bernard Stern in het plaatsje Langhorne in de Amerikaanse staat Pennsylvania. Zijn biologische ouders zou hij nooit kennen. Frankfurts Joodse pleegmoeder, Bertha Frankfurt, zag hem graag rabbijn worden, maar hij werd uiteindelijk filosoof – naar eigen zeggen ‘dicht genoeg’ in de buurt van de eerste voorkeur van zijn adoptiemoeder. In eerste instantie wierp hij zich vooral op zeventiende-eeuwse denkers, onder wie René Descartes. Mede vanuit zijn kritiek op diens rationalisme ging Frankfurt zich steeds meer richten op de vrije wil.

‘Wanneer wil je iets?’ is zo’n vraag die Frankfurts opvatting daarover oproept. De filosoof zelf zocht de oplossing in een hiërarchie van verlangens. Een drugsverslaafde verlangt naar drugs, dat is zijn eerste-orde-verlangen. Maar hij kan ook een tweede-orde-verlangen hebben, een verlangen over het eerste-orde-verlangen. In dit geval bijvoorbeeld het verlangen om niet meer naar drugs te verlangen. Als dat laatste het geval is, wil de verslaafde niet echt spuiten of slikken. Maar al snel kwam de kritiek dat dit tot een oneindige regressie leidt: de verslaafde kan ook weer een derde-orde-verlangen hebben, niet willen verlangen te verlangen niet naar drugs te verlangen, enzovoorts.

Even tussendoor… Meer lezen over de vrije wil? Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief:

Meld u aan voor onze nieuwsbrief

Ontvang elke woensdag het laatste filosofie nieuws, de beste artikelen van de week en af en toe een aanbieding.
Ontvang wekelijks het laatste filosofienieuws, de beste artikelen en af en toe een aanbieding.

In de jaren negentig vond de net afgestudeerde filosoof Stefaan Cuypers, inmiddels hoogleraar aan de KU Leuven, een oplossing voor dit probleem. ‘Die zat verstopt in een artikel van Frankfurt, maar dat had hij zelf niet opgemerkt. Ik heb hem daar toen in een brief op gewezen. Zijn reactie was overweldigend: kom naar Princeton als visiting fellow – hij was daar hoogleraar. De dag nadat ik was aangekomen stond hij ’s ochtends met zijn gammele auto bij me voor de deur en heeft hij me rondgeleid. Hij was zeer open, geestig en warm.’

Liefde

Wat is nu de oplossing voor het regressieprobleem? Liefde! Cuypers: ‘In The Importance of What We Care About (1982) stelt Frankfurt dat je niet zelf kunt bepalen wat je wilt, dat overkomt je; je voelt liefde voor iets of iemand. Die liefde komt niet voort uit de ratio, is niet het resultaat van nadenken, maar gaat eraan vooraf: ze geeft je redenen om dingen te doen. Daarmee biedt ze een oplossing voor het regressieprobleem: je hoeft niet tot in het oneindige je verlangens te analyseren; er zijn nu eenmaal zaken waar je simpelweg van houdt.’

Maar wat nu als je een diepe liefde voelt voor zo lopen dat je voeten zo min mogelijk op de voegen van stoeptegels landen? ‘Als jij daar je levensdoel van maakt, is jouw leven volgens Frankfurt zinvol,’ zegt Katrien Schaubroeck, hoofddocent meta-ethiek aan de Universiteit Antwerpen en in 2008 bij Cuypers gepromoveerd op Frankfurt. ‘Dat roept het verwijt op dat zijn denken te subjectivistisch is: als het voor jou goed voelt, is het goed. “Maar wie zegt dat je overal een reden voor moet en kan vinden?” antwoordde Frankfurt. Het omgekeerde geldt: je maakt bepaalde keuzes en pas achteraf voel je of die juist waren.’

Ook kwam het verwijt dat zijn denken im- of amoreel is. Zo stelde hij dat Hitler een zinvol leven heeft geleid, omdat hij als Führer deed wat hij belangrijk vond. ‘Dat is provocatief,’ zegt Schaubroeck, ‘maar erachter schuilt een idee dat het overdenken waard is: in hoeverre spelen goed en kwaad een rol in het leven van mensen? Overschatten wij die rol als filosofen niet?’

Tekst loopt door onder afbeelding

Harry Frankfurt filosoof
Harry Frankfurt bij de American Council of Learned Societies in 2017. Beeld ACLS/Wikimedia

Bullshit

Zo keek Frankfurt ook met een frisse blik naar filosofische thema’s als waarheid en waarachtigheid, wat leidde tot On Bullshit (1986). De heruitgave van dit essay (2005) verscheen in 25 talen en prijkte een halfjaar op The New York Times-bestsellerlijst. Nys: ‘Volgens de traditie moet je je zorgen maken om de leugen, om de poging de waarheid moedwillig te verdraaien. Maar volgens Frankfurt is bullshit een veel grotere bedreiging voor de waarheid. Leugenaars zijn zich zeer bewust van de waarheid, aangezien ze haar willen verhullen. Mensen die maar raak lullen bekommeren zich er daarentegen helemaal niet om. Ze verkondigen bullshit om zichzelf in de schijnwerpers te zetten – denk aan het loze managementjargon. Met de verkiezing van Trump heeft On Bullshit zijn lakmoestest doorstaan.’