Home Denkfouten: Paleodogmatiek
Denkfouten

Denkfouten: Paleodogmatiek

Door Jeroen Hopster op 22 april 2015

Cover van 05-2015
05-2015 Filosofie magazine Lees het magazine

Onze prehistorische voorouders leefden op een ‘biologisch’ dieet. Maar dat een dieet succes bracht in de oertijd, betekent niet dat wij het klakkeloos moeten nabootsen.

Wie beter wil eten en gezonder wil leven, kan op de adviesmarkt terecht bij menig paleo-consultant. Nuttig vooral noten en fruit, maar onthoudt u van granen: die teelden onze voorouders immers ook niet. Blijf niet de hele dag in uw bureaustoel hangen, maar ren, zwem, jaag en verzamel: doe zoals men deed in het Pleistoceen.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

De paleo-consultancy staat bol van goede raad, ingekleed met slechte argumenten. Het doorsnee advies leunt op de aannames dat: (1) de mens evolutionair is afgestemd op een pre-agrarische levensstijl en (2) ons genenpakket geen tijd heeft gehad om zich aan te passen aan de koolhydraten, zuivels, suikers en vetten waarmee de geïndustrialiseerde voedselproductie is verzadigd. Homo sapiens is niet grootgebracht op gefabriceerde hamburgers, maar op onbespoten knollen en vruchten: bezoek daarom liever een biologische markt dan McDonald’s.

Zijn er redenen om dat advies op te volgen? Allicht, maar daar is geen paleo-deskundige voor nodig. Of een dieet gezond is of niet, moeten wij beoordelen door naar de effecten ervan op de hedendaagse mens te kijken. Of het dieet een paleolithische oorsprong heeft, doet verder niet ter zake.
Evolutie is een proces van verandering, zonder tijdloze optima. In het Pleistoceen is geen ideaal voedingspatroon ontstaan dat wij thans moeten hervinden. Natuurlijk, al te ongezond kan de doorsnee paleo-maaltijd niet zijn geweest, anders hadden onze verre voorouders het loodje gelegd. Maar het is best mogelijk dat wij, met onze postpaleolithische technieken, een voedingspatroon kunnen uitdenken dat nóg geschikter voor ons is.
Paleo’s zijn in de ban van een geromantiseerd evolutiebegrip. Producten die sterk door mensenhanden zijn bewerkt, zijn hoegenaamd ‘onnatuurlijk’ – dus slecht. In de menselijke evolutie is de tegenstelling tussen ‘natuurlijk’ en ‘onnatuurlijk’ echter niet zo betekenisvol. Van meet af aan is de evolutie van onze soort verweven met technologisch ingrijpen. Neem de beheersing van vuur: die maakte het koken van voedsel, een grotere energieopname en de enorme groei van ons brein mogelijk. Moeten wij rauwkost om die reden anno 2015 mijden?

Goede adviezen legitimeren met slechte argumenten heeft een keerzijde: die argumenten kunnen voor slechte adviezen worden hergebruikt. Zo lenen de paleo-motieven zich voor een ongegronde afkeer van genetisch gemanipuleerd voedsel. De biologische knol wint het weliswaar van de fabrieksburger, maar het is best mogelijk dat de moderne mens het beste gedijt op gemanipuleerde gewassen.

Maarten Boudry en Jeroen Hopster belichten beurtelings klassieke en eigentijdse denkfouten.