Home Wat zou u doen als u nog zes maanden te leven had? (En andere denkoefeningen)

Wat zou u doen als u nog zes maanden te leven had? (En andere denkoefeningen)

Door Jeroen Hopster op 28 juni 2017

Wat zou u doen als u nog zes maanden te leven had? (En andere denkoefeningen)
Cover van 07/08-2017
07/08-2017 Filosofie magazine Lees het magazine

‘De beste keuzes maken we met de smaak van de dood op onze lippen.’ Roman Krznaric over de volgens hem vergeten kunst om de dag te plukken.

Wat zou je doen als je nog zes maanden te leven had? Volgens Roman Krznaric is het nuttig om ons die vraag regelmatig te stellen: een besef van onze sterfelijkheid draagt namelijk bij aan het maken van de juiste levenskeuzes. ‘Wij willen de auteurs zijn van onze eigen levens. Dat is een heel diepe menselijke behoefte, om zelf te kiezen, een gevoel van autonomie te hebben. Maar we zijn hier niet voor eeuwig; we moeten die vrijheid binnen een gelimiteerde tijd uitoefenen.’

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Krznaric is filosoof en medeoprichter van de School of Life. Hij werd in Australië geboren, het land waarheen zijn ouders als Oost-Europese oorlogsvluchtelingen emigreerden. Hij studeerde in Engeland, waar hij nadien werkte als universitair docent, tuinier en schrijver. Krznaric deed aanvankelijk onderzoek op het gebied van politieke theorie, maar raakte steeds meer geïnteresseerd in existentiële thema’s. Om politieke verandering teweeg te brengen, besefte hij, is het essentieel dat mensen politieke idealen aan hun eigen leven kunnen verbinden. Krznaric begon kleine bijeenkomsten te organiseren over levenskunst, eerst aan zijn eigen keukentafel en later in culturele centra. Thans is hij een van de toonaangevende publieksfilosofen in Engeland, wiens lezingen volle zalen trekken en wiens boeken hoog scoren op non-fictielijsten.    

Tekst loopt door onder afbeelding

Fotografie: Maurits Giesen

Ik ontmoet Krznaric in Amsterdam en maak een wandeling met hem door het Vondelpark, terwijl hij vertelt over zijn net verschenen boek Carpe diem. Het credo Carpe diem – pluk de dag – bouwt volgens Krznaric voort op onze diepste existentiële drijfveren: een verlangen naar vrijheid en een besef van de dood. Op zijn T-shirt heeft Krznaric zes denkoefeningen laten afdrukken die kunnen helpen om de Carpe diem-wijsheid in praktijk te brengen, door na te denken over onze keuzes in het licht van onze sterfelijkheid.

Existentiële keuzesteun
In de Middeleeuwen bestond het gebruik om een menselijke schedel op je schrijftafel te zetten. Tegenwoordig gebruiken we zulke doodstekens niet meer; de dood is bijna onzichtbaar in het dagelijks leven. Dat is een gemis, stelt Roman Krznaric, want juist in het licht van de menselijke sterfelijkheid plukken we de dag ten volle. Daarom stelt hij voor om een ‘dobbelsteen des doods’ in je binnenzak te dragen met op elke zijde een denkoefening, die helpt  bij het maken van existentiële keuzes:

1: Leef deze dag alsof het je laatste is.

2: Leef deze dag alsof je nog maar zes maanden te leven hebt.

3: Leef alsof het leven vol is van kleine sterfgevallen.

4: Leef zo dat je geen spijt zult hebben als je achteraf terugblikt.

5: Leef deze dag alsof je hem voor de tweede keer leeft.

6: Leef alsof je zou willen dat je leven zich telkens weer opnieuw voltrekt.

Door welk van die zes adviezen laat u uw eigen keuzes leiden?
‘Het advies dat me het meest aanstaat is: “Leef alsof je nog maar zes maanden te leven hebt.” Dat waar ik het minst mee op heb is: “Leef elke dag alsof het je laatste is.” In zekere zin spreken die twee elkaar tegen. “Leef elke dag alsof het je laatste is” is een oud ideaal; je leest het in Marcus Aurelius en Seneca. Het probleem met dat advies is dat het erg inzet op de korte termijn. Met mensen die daadwerkelijk elke dag leven alsof het hun laatste is loopt het vaak niet goed af: ze hebben massale schulden, of starten een buitenechtelijke affaire zonder na te denken over de gevolgen. Waarom zouden we inzetten op een horizon van één dag? Waarom niet een langere tijdspanne? Ik zou zes maanden veel beter vinden.’

Waarom zes maanden?
‘Omdat dat een periode is waarbinnen je een betekenisvol project tot uitvoering kunt brengen. Natuurlijk, als je weet dat je dood aanstaande is, dan wil je tijd doorbrengen met je kinderen en de mensen die je liefhebt. Maar wat ga je verder doen? Betekenisvolle projecten tot stand brengen is een manier om zin te vinden in het leven. Het geeft een reden om de volgende dag je bed uit te komen. En zoals Nietzsche opmerkte: wie een reden heeft om te leven, kan bijna elke manier van leven verdragen.’ 

Tekst loopt door onder afbeelding

Fotografie: Maurits Giesen

Stel, u hoort dat u nog zes maanden te leven hebt. Welk project zou u nu willen uitvoeren?
‘Als schrijver heb ik een liefde voor boeken en woorden, maar ik haal die woorden ook graag van het papier af en breng ze de werkelijkheid in. Als ik nog zes maanden te leven had, dan zou ik proberen om iets uit mijn laatste boek te nemen, iets wat ik betekenisvol vind, en dat tot realiteit te maken. Bijvoorbeeld hoe we het Carpe diem-ideaal de politiek in kunnen krijgen. Hoe we collectief het moment kunnen grijpen, zoals bij de massaprotesten ten tijde van de val van de Berlijnse Muur. Dat waren spontane massaprotesten, met politieke intenties, die tegelijkertijd gepaard gingen met hedonistische festiviteiten. Zo’n type Carpe diem-beweging hoop ik te helpen ontwikkelen, specifiek in reactie op de grote politieke vraagstukken van deze tijd: klimaatverandering en de opkomst van extreem rechts.’ 

Krznaric vertelt dat hij, vanwege deze recente ontwikkelingen, de laatste tijd meer politiek geëngageerd is geworden. Zijn vrouw, de econoom Kate Raworth, publiceerde dit voorjaar het boek Doughnut Economics – een pleidooi voor een alternatieve economie, gegrondvest op sociale en ecologische duurzaamheid. Zelf betoogde Krznaric onlangs in de Britse krant The Guardian dat de stem van de Romeinse dichter Horatius weer gehoord moet worden in de politiek.

Wat zegt Horatius dan?
‘De kreet Carpe diem is afkomstig uit een kort gedicht dat hij schreef. De laatste twee regels sommen op waar dat gedicht over gaat:

Terwijl wij staan te spreken, vlucht vol spijt het leven.
Pluk de dag, verwacht maar weinig van de morgentijd.

In die regels werpt Horatius een van de grote existentiële vragen op: hoe zouden we moeten leven, in het licht van de realiteit van onze sterfelijkheid? De klok tikt. Je hebt niet het eeuwige leven; het leven is vluchtig en kort. Wat moet je doen?’ 

En? Wat is uw advies? 
‘Als ik daarover één ding zou moeten zeggen, dan zijn het deze vier woorden: Handel eerst, denk later. Onze hele verlichtingstraditie is op het tegenovergestelde idee geënt: eerst denken, overwegen, bestuderen en plannen, vervolgens pas actie ondernemen. Als je van carrière wilt veranderen, dan is dát het model waar we van uitgaan: doe eerst onderzoek, onderga psychologische testen, vernauw je opties en maak vervolgens een keuze. Maar als je op zoek bent naar werk dat je voldoening geeft, dan werkt die strategie vermoedelijk niet. Wellicht levert het je een baan op, maar geen baan die bij je past. Je hebt je analyse namelijk niet proefondervindelijk getest. Door een stage te doen, of vrijwilligerswerk, leer je op ervaringsbasis wat bij je past. Wat voor ons werkt, dat moeten we aan den lijve ondervinden.’

 

Tekst loopt door onder afbeelding

Fotografie: Maurits Giesen

Real tennis

We betreden het park van de tennisclub Festina. Krznaric, een verdienstelijke amateurtennisser, heeft zich de laatste jaren toegelegd op real tennis – een middeleeuwse tennisvariant, die in sommige landen nog steeds wordt beoefend. Direct begint hij te vertellen hoe tennis voor hem verschillende vormen van Carpe diem belichaamt. ‘We denken normaal gesproken bij Carpe diem aan het grijpen van kansen, die anders verloren kunnen gaan, misschien wel voor eeuwig. Maar Carpe diem heeft ook andere betekenissen, zoals spontaniteit. Die spontaniteit ervaar ik wanneer ik tennis speel. Interessant aan tennis is dat het een “geoefende” vorm van spontaniteit is. Een goede topspinbackhand sla je niet zomaar; dat lukt alleen als je er jaren voor hebt getraind. Pas dan beschik je over de spontaniteit en vrijheid om die slag te slaan. Vergelijk het met jazzmusici: die moeten een riff jarenlang oefenen voordat ze vrij zijn om zomaar te improviseren. Oefening maakt spontaniteit mogelijk en stelt ons in staat om het moment te grijpen.’

Hoe heeft het begrip Carpe diem zich door de geschiedenis heen ontwikkeld? 
‘Er zijn verschillende invullingen aan gegeven. Op basis van historisch bronnenonderzoek heb ik vijf betekenissen ontdekt: Carpe diem in de zin van “kansen grijpen”, “spontaan zijn”, “aanwezig zijn in het moment”, “hedonistisch leven” en “politiek momentum genereren”. Als je de geschiedenis bekijkt, dan zie je dat die betekenissen in verschillende tijden naar voren komen. De hedonistische benadering van Carpe diem was prevalent in de zeventiende eeuw, terwijl het idee van Carpe diem als “Grijp je kans” pas in de eeuwen daarna belangrijk werd, met de opkomst van industrieel kapitalisme. Carpe diem verwerd tot een ideaal om als individu vooruit te komen. Grijp de mogelijkheid aan, beklim de carrièreladder – dat idee.’

En tegenwoordig?
‘De laatste jaren is een geheel nieuwe betekenis van Carpe diem ontstaan: leven in het huidige moment, in het hier en nu zijn. Zitten en de bloemen ruiken, de wind voelen in je nek. Die betekenis heeft geen historisch precedent. Ik ben manuscripten van de laatste zeshonderd jaar langsgegaan, maar nooit eerder kwam ik die tegen. Dat heeft ongetwijfeld te maken met de opkomst van de mindfulness-beweging.’ 
 

Yin en yang

Niet over elke invulling van Carpe diem is Krznaric even enthousiast. Hij stelt dat het credo wordt gekaapt door commercie en consumentisme, die existentiële beslissingen reduceren tot een voorgekookt keuzemenu. Maar het uitgangspunt van Carpe diem, met vrijheid en de dood als het yin-en-yang van onze levenskeuzes, beschouwt hij als een nuttige basis voor existentiële reflectie. ‘We hebben baat bij een zekere denksteun, een hulpmiddel bij het maken van keuzes in het leven. Ik stel voor: hou elke dag een existentiële pauze, sta stil bij de keuzes die je gedurende de dag hebt gemaakt. Welke keuzes waren dat? Welke waarden onthullen die? Welke dingen zou je anders aanpakken als je deze dag zou herbeleven? Je hebt, bijvoorbeeld, de keuze gemaakt om een uur langer op werk te blijven om je inbox leeg te maken, in plaats van naar huis te gaan naar je familie. Daarmee zeg je eigenlijk: ik waardeer mijn inbox meer dan mijn familie. Hoe voel je je daarover? Geef jezelf eens wat ruimte om te bedenken: zou ik, als ik deze dag opnieuw beleefde, dezelfde keuzes maken?’

Een besef van onze sterfelijkheid sterkt onze bereidheid om die reflectie in handelen om te zetten. ‘Als we de smaak van de dood niet op onze lippen hebben, waarom zouden we dan überhaupt de moeite nemen om iets te doen?’ Ook apps en websites die bijvoorbeeld in beeld brengen hoeveel procent van je leven je achter de televisie zit, of hoeveel dagen je nog met je ouders zult doorbrengen, kunnen helpen om de juiste prioriteiten te stellen. Krznaric staat stil. ‘Ik denk daar voortdurend over na. Mijn vader is nog in leven, maar hij woont in Australië, dus ik zie hem niet erg vaak. Elke keer wanneer ik hem bezoek denk ik dat het de laatste keer is dat ik hem nog zal zien.’

Dat kan een verlammende uitwerking hebben.
‘Ja, dat heeft het ook, maar… het is ook goed. Weet je, want je voelt… Je voelt dingen. Je voelt de echte dingen, in plaats van in een fantasiewereld te leven waar nooit iemand sterft en waar we het eeuwige leven hebben, zoals de reclamewereld ons wijsmaakt.’

We lopen verder. Krznaric begint te vertellen over een passage die hij aantrof in het werk van een middeleeuwse Engelse monnik, Beda de Eerbiedwaardige. ‘Beda ziet een mus, die op een winternacht door een open raam een warme, verlichte kamer binnenvliegt. Enkele ogenblikken later vliegt de mus weer naar buiten, de koude nacht in. Beda ervoer dat als een wonderbaarlijk moment – een argument voor het bestaan van God. Ik zie het als een argument voor Carpe diem. Ineens ben je daar, in het holst van de nacht, gedurende dat ene vluchtige moment. Hoe ga je verder? Waar spreid je je vleugels uit? Met wie vlieg je mee?’