Home ‘Vaccins moeten gaan naar wie ze nodig heeft, niet naar wie kan betalen’
Economie

‘Vaccins moeten gaan naar wie ze nodig heeft, niet naar wie kan betalen’

Door Tim Outshoorn op 12 mei 2021

‘Vaccins moeten gaan naar wie ze nodig heeft, niet naar wie kan betalen’

Dit artikel krijgt u van ons cadeau

Wilt u onbeperkt toegang tot de artikelen op Filosofie.nl? U bent al abonnee vanaf €4,99 per maand. Sluit hier een abonnement af en u heeft direct toegang.

De economie speelt een te grote rol in hoe we de coronapandemie aanpakken, stelt Duitse filosofe Lisa Herzog. ‘Ooit gingen we ervan uit dat vrije markten altijd zouden leiden naar een rechtvaardige verdeling van middelen, maar door hoe we de vaccins nu verdelen weten we wel beter.’

Hoogleraar politieke filosofie Lisa Herzorg won onlangs de Ammodo Science Award voor haar onderzoek op het snijvlak van filosofie en economie. Aan de Rijksuniversiteit Groningen onderzoekt ze hoe morele en democratische normen een grotere rol kunnen spelen in ons economisch systeem. Tijdens haar onderzoek merkte ze een verschuiving op in onze kijk op arbeid: we letten nu minder op wat iemand verdient en meer op wat iemand kan bijdragen aan het maatschappelijk welzijn. Deze nieuwe manier van kijken moeten we volgens Herzog ook toepassen in onze omgang met de coronapandemie.

Zijn we door corona anders gaan kijken naar arbeid?
‘Aan het begin van de eerste lockdown was er veel lof en aandacht voor bijvoorbeeld zorgmedewerkers, leraren en de staf van supermarkten. Veel beroepen waren weggevallen, maar zij waren ineens ‘essentiële werkers.’ In Duitsland worden ze ‘systemisch relevant’ genoemd; dat is een term die we vroeger gebruikten voor onze banken. Dat vond ik opmerkelijk; is de waardering die we vroeger hadden voor degenen die het geld binnenhaalden verschoven naar andere arbeidsgebieden? Van oudsher koppelen we aanzien vaak aan inkomen, maar nu lijken we meer waardering te hebben voor beroepen die bijdragen aan het algemeen welzijn. Dat komt niet puur door corona; dit is een gesprek dat al jaren gaande is. Opvallend aan deze verschuiving is dat mensen die veel bijdragen aan het algemeen welzijn – vaak zijn het vrouwen of mensen met een migratieachtergrond –  doorgaans onderbetaald worden en in slechte arbeidsomstandigheden werken. Als we daar niks aan veranderen, wat is onze waardering dan precies waard?’

U bent dus van mening dat veel van deze ‘essentiële’ banen meer waardering, een hoger inkomen en betere werkomstandigheden verdienen. Is dat realistisch?
‘Mensen wuiven die mogelijkheid soms weg met het excuus ‘tja, dat is nou eenmaal hoe de arbeidsmarkt werkt.’ Maar dat is te simpel. De arbeidsmarkt is een zeer complex geheel van regels en reguleringen. We zijn in staat die te veranderen, bijvoorbeeld bij vakbonden of werkgevers, om de werksituatie van deze mensen te verbeteren.’

U doet ook onderzoek naar een rechtvaardige verdeling van vaccins. Wat heeft dat te maken met de herwaardering van ‘essentiële’ arbeid? Moeten essentiële werkers bijvoorbeeld als eerst gevaccineerd worden als blijk van waardering?
‘De verdeling van vaccins is een losstaand probleem. Onze prioriteit moet liggen bij het zo snel mogelijk stoppen van de pandemie en het verminderen van het maatschappelijk lijden; in dit geval gaan de risicogroepen – ouderen, longpatiënten – dus wel voor werkers in de zorg of het onderwijs. Maar ik denk dat we bij het verdelen van de vaccins op dezelfde manier van perspectief moeten wisselen: we moeten ons niet laten leiden door de zogenaamde wetten van de arbeidsmarkt en economie, maar we moeten ons richten op de mensen die essentieel zijn voor het vergroten van het algemeen welzijn.’

Wat denkt u dat we van dit perspectief kunnen leren? Hoe werkt dat in de praktijk?
‘Bij de verdeling van de vaccins denken overheden op dit moment alleen op nationaal niveau, terwijl het vraagstuk groter is dan dat. De vaccins gaan op dit moment vooral naar rijkere landen; voor armere landen is het enorm moeilijk om er toegang tot te krijgen. De rijke landen zijn tenslotte degene die kunnen betalen; zij zijn degenen met wie de grote farmaceutische bedrijven handelscontracten hebben. Het huidige systeem let totaal niet op waar de vaccins het meeste nodig zijn, het let alleen op vraag en aanbod.

Daarom heb ik samen met een groep collega’s een drie-stappen-plan opgesteld. In plaats van de werking van vraag en aanbod zijn morele basisprincipes het uitgangspunt van dit plan. In de eerste fase wil je uiteraard zoveel mogelijk sterfte voorkomen. Daarna krijgen arme landen de prioriteit; daar zijn lockdowns moeilijker om uit te voeren en is de impact groter dan in rijke landen. Tenslotte probeer je alle landen terug te krijgen naar hoe het voor de pandemie was. Als je dit stappenplan op internationaal niveau volgt, zouden overheden dus ook kijken naar waar de vaccins maatschappelijk gezien het hardste nodig zijn.

Ligt de verantwoordelijkheid dan alleen bij overheden?
‘Nee. Ook de farmaceutische bedrijven hebben morele plichten. Deze organisaties dragen nu de verantwoordelijkheid voor de wereldgezondheid. Zij hadden al vanaf het begin een hoger percentage van hun vaccins moeten doneren aan Covax, een coördinatiemechanisme dat zorgt dat vaccins belanden bij armere landen. Covax wordt internationaal onder andere geleid door de WHO en Unicef. Op dit moment krijgt de organisatie maar een erg laag percentage van die vaccins; de meeste vaccins gaan naar de landen waar de makers ervan contracten mee hebben.

Het idee van een vrije markt was dat die altijd zou leiden naar een rechtvaardige verdeling van middelen, en dat we verder niet in hoefden te grijpen. Maar de verdeling van vaccins in deze pandemie laat zien dat dit niet zo uitpakt. Een eerlijke verdeling van vaccins is een verdeling die ten eerste uitgaat van waar die vaccins het meest kunnen betekenen.’