Home Niet-westerse filosofie Sunzi: hoe je oorlogen wint | recensie
Niet-westerse filosofie

Sunzi: hoe je oorlogen wint | recensie

Door Michiel Leezenberg op 7 november 2025

het Chinese terracotta leger de kunst van het oorlogvoeren
beeld Manoj kumar kasirajan/Unsplash
Filosofie Magazine waar is de geest als die niet in je hoofd zit
11-2025 Filosofie Magazine Lees het magazine
In De kunst van het oorlogvoeren bekommert Sunzi zich er niet om of oorlogen goed of slecht zijn, maar om hoe je ze wint – soms door ze juist te vermijden. Mark Leenhouts maakte een heldere nieuwe vertaling van deze Chinese klassieker.

Every battle is won before it is fought, citeert de louche zakenman Gordon Gekko de Chinese krijgskundige Sunzi, in Oliver Stone’s film Wall Street (1987). De ideeën van deze klassieke Chinese denker zijn ook vandaag de dag nog populair onder zakenlieden en managers.

Sunzi’s De kunst van het oorlogvoeren is nu opnieuw, en voor het eerst rechtstreeks uit het Chinees, in het Nederlands vertaald door Mark Leenhouts, die onlangs terecht werd bekroond met de prestigieuze Nijhoffprijs voor literair vertalen. Over de auteur, Sunzi (spreek uit: soen tzûh), is niets met zekerheid bekend. In de literatuur is sprake van een ‘meester Sun’ of ‘Sun de krijgshaftige’, die als een tijdgenoot van Confucius wordt opgevoerd. Maar de weinige verhalen die er over deze figuur worden verteld, bijvoorbeeld dat Sunzi ooit generaal zou hebben gespeeld over de concubines van zijn koning, zijn te mooi om waar te zijn.

Wil je dit artikel verder lezen?

Sluit een abonnement af op Filosofie Magazine voor slechts 4,99 per maand en krijg toegang tot dit artikel én de duizenden andere diepgaande filosofische artikelen. Luister nu ook alle nieuwe artikelen als audio.
Word abonnee en lees verder > Al abonnee? Log dan in en lees (of luister) verder.

Oorlogvoering is de kunst van de misleiding

Waarschijnlijker is dat De kunst van het oorlogvoeren – evenals bijvoorbeeld Lao Zi’s Boek van de weg en de deugd – een compilatie is van teksten van verschillende auteurs. Ze lijkt vooral te dateren uit de vierde en derde eeuw voor onze jaartelling, de zogeheten periode van de ‘Strijdende Staten’. Dat waren twee eeuwen vol chaos en geweld en vol oorlogen tussen kleine en instabiele koninkrijkjes, waaraan een einde kwam in 221 v.Chr. met de vestiging van een verenigd rijk door keizer Qin.

Hulpeloze heerser

Oorlogvoeren is bij de canonieke Chinese denkers geen thema van belang. Confucius en Mencius hebben het er niet of nauwelijks over en ook bij taoïsten als Lao Zi en Zhuang Zi is oorlog eerder een natuurgegeven dan een onderwerp van beleid. De antieke Chinese filosofie heeft een lange civiele traditie: je kunt de macht wel grijpen met militaire middelen, is de dominante opvatting, maar je kunt hem alleen behouden met een stabiele, civiele regering.

Ook Sunzi’s boek gaat eigenlijk minder over oorlogvoeren dan over het vermijden van een militaire confrontatie met je vijand. Zo opent het met de beroemde woorden: ‘Oorlogvoering is de kunst van de misleiding. Dus: ben je bij machte, lijk machteloos; ben je in beweging, lijk bewegingloos.’

Wat Leenhouts en anderen hier met ‘kunst’ vertalen, wordt in het Chinees aangeduid met tao, ‘weg’. Hoewel dit begrip niet specifiek taoïstisch is, maar eerder een algemene notie van ‘correct handelen’, lijkt hier toch een echo te weerklinken van Lao Zi’s opmerking dat de succesvolle heerser zichzelf ‘hulpeloos’ noemt. Maar andere taoïstische ideeën, met name de beroemde notie van wu wei (‘niet handelen’), oftewel: vermijden dat je handelt met een egocentrisch doel, zul je bij Sunzi juist niet aantreffen. Anders dan zijn confucianistische tijdgenoten bespreekt Sunzi geen morele vragen over de rechtvaardiging van oorlogen of hoe deugdzaam gedrag in een oorlog eruitziet. Evenmin stelt hij politieke vragen over de oorzaken van oorlogen – hij bespreekt alleen kwesties van strategie en tactiek.

Online dating

Leenhouts inleiding geeft je een helder inzicht in de rijke, en soms knap verwarrende, tekst- en receptiegeschiedenis van Sunzi’s boek. Het gold al gauw als een klassieker; er zijn letterlijk honderden commentaren op geschreven. De belangrijkste van die commentaren worden kort besproken, al had je als lezer wel iets meer willen weten over wat ze nou precies aan Sunzi’s tekst uitleggen of toevoegen en hoe de commentaren in de loop van de tijd zijn veranderd.

Ook beschrijft Leenhouts de fascinerende geschiedenis van de westerse vertalingen van Sunzi. De westerse belangstelling voor het boek neemt pas in de Koude Oorlog toe, mogelijk omdat China in die tijd onder leiding van Mao opnieuw een militaire wereldmacht werd.

Vandaag de dag is De kunst van het oorlogvoeren populairder dan ooit, onder zowel westerse als Chinese lezers. Dat komt niet alleen door het bondige, aforistische karakter van Sunzi’s adviezen of door – soms nogal overenthousiaste – claims over de praktische bruikbaarheid ervan voor hedendaags management, opvoeding of online dating, maar ook door Sunzi’s literaire kwaliteiten. Leenhouts vertaling probeert daar recht aan te doen. Ook verheldert zijn uitvoerige commentaar de soms extreem bondige, duistere aanbevelingen en plaatst hij Sunzi’s tekst nadrukkelijk in de historische context. Daarmee is deze uitgave niet alleen een aanwinst voor lezers op zoek naar een praktische handleiding voor het heden, maar ook voor studenten van het Chinese verleden.

De kunst van het oorlogvoeren
Sunzi
vert. Mark Leenhouts

Athenaeum
192 blz.
€ 24,99

Loginmenu afsluiten