Zygmunt Bauman stond bekend als criticus van de moderne, vloeibare samenleving. Liefde, politiek en samenleving – niets is er bestendig. Toch was hij hoopvol.
Twee keer heb ik Zygmunt Bauman (1925-2017) ontmoet, de Pools-Engelse denker die begin dit jaar is overleden. Een keer zocht ik hem thuis op, in zijn huis in Leeds waar hij in 1971 na zijn vlucht uit Polen was komen wonen. De voordeur stond al open. Dat doet hij altijd als hij mij verwacht, zei zijn dochter Irena Bauman, met wie ik haar vader bezocht. De boeken bij Bauman werden nauwelijks in bedwang gehouden. In de woonkamer rustten ze op door bakstenen gestutte boekenplanken, en ook in de boeken op de grond lagen stapeltjes boeken die naar ons toe lijken te kruipen.
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Ik zal me Bauman niet alleen herinneren als een scherpzinnig denker over onze tijd, maar ook als een sympathieke gastheer. En misschien, dacht ik, hangen zijn vriendelijkheid en theorie over de wereld wel samen. Op een kleine tafel stonden die dag borden klaar waarop toastjes lagen, met garnalen en vis. Bauman zou het hele gesprek blijven aandringen om toch vooral wat te eten. Zijn dochter Irena had me al gewaarschuwd. Mijn vader wil me altijd te eten geven als ik er ben, had ze gezegd. Eten voor anderen, dat is het enige waar hij echt geld aan uitgeeft.
Die gastvrijheid van Bauman zou je als een tegenwicht kunnen zien voor onze samenleving, een vloeibare samenleving volgens hem. We voelen ons niet meer geborgen volgens hem, maar vervreemd in onze snel veranderende wereld. Niets blijft onaangetast. De politiek verliest evenveel aan stabiliteit als de liefde, constateert hij. In een tijd van speeddating en internetrelaties wordt de oude huwelijksband vervangen door seriële monogamie; de oude natiestaat moet plaatsmaken voor supranationale verbanden, zoals de Europese Unie.
Bauman zou er vele boeken over schrijven. Nadat hij eind jaren tachtig bekend werd met zijn boek De moderne tijd en de Holocaust, schreef hij zijn serie boeken over het moderne, ‘vloeibare’ leven (onder meer Liquid Modernity en Liquid Love. In het Nederlands verscheen onder meer Vloeibare tijden). Ook zijn ascetische houding, levensstijl en woninginrichting zie je als thema in zijn werk. Bauman is een uitgesproken criticus van de consumptiemaatschappij. Die consumptiemaatschappij betekent bij Bauman meer dan onbeperkt winkelen. Als ik het over consumptie heb, zei hij, gaat het niet alleen over winkelen. Het punt is: dit patroon wordt getransponeerd naar menselijke relaties. Dat is het echte gevaar. Want wat betekent dat? Neem loyaliteit naar anderen. Als je een artikel koopt zweer je niet om loyaal te zijn. Stel, je hebt een iPhone 4 en er komt een iPhone 5 op de markt. Dan gooi je die iPhone 4 zonder kwaad geweten in de vuilnisbak en je koopt een iPhone 5. Met mensen gaan we al net zo om als met producten. Een partner is iemand die jouw wensen moet bevredigen, net als een product. Als er niets spannends meer in zit, dan belet niets je meer om te zeggen: hier scheiden onze wegen.
Bauman zocht naar een nieuwe samenhang in de wereld, naar nieuwe verbintenissen. Die neiging zag hij ook in de wereld, al was die volgens hem niet succesvol. In onze vloeibare wereld slaagt niets erin te stollen. We hebben weliswaar behoefte om elkaar vast te houden, zei Bauman, of alleen maar om samen te komen. Dan vergeten we onze kleine meningsverschillen en zoeken een zaak die ons allen bindt. We willen niet gevangen blijven in onze eenzaamheid. We luisteren naar een catchy slogan, gaan de straat op en staan op een plein – soms wekenlang. En wat gebeurt er? We waren gefascineerd door de Arabische Lente. Maar waar is de Arabische Zomer, zei Bauman. Of denk aan de Moviemento de los Indignados in Madrid: miljoenen mensen komen de straat op om te protesteren, waarmee ze hun macht tonen. Wat is ermee gebeurd? Niets! Het aantal werklozen groeit; overal zie je grimmigheid en haat. Er is dus een discrepantie tussen de explosie van emoties en het vermogen om effectief te handelen. Net als explosies barsten deze acties uit, maar ze doven ook snel weer, zonder een spoor achter te laten.
Ik vroeg Bauman of hij een mogelijkheid tot verandering zag. Is er bijvoorbeeld een andere politiek mogelijk, of een andere manier om solidariteit te organiseren? We lopen volgens Bauman nu zoekend en tastend rond in het donker, op zoek naar gereedschap om de wereld te veranderen. De instituties die wij hebben – collectieve actie, politieke partijen, parlement, verkiezingen – zijn uitgevonden door onze grootouders en onze overgrootouders om de natiestaat te dienen. Maar tegenwoordig leven we op een globe, op een planeet, niet binnen een natiestaat. Heeft Bauman enig idee waar die zoektocht ons heen zal voeren, vroeg ik hem. Ik ben geen profeet, zei hij, dat kan ik niet voorspellen. Maar hij wilde wel een beeld schetsen van die zoektocht. Stel, zei hij, je klimt omhoog op een erg steile helling. Je kunt niet stoppen met klimmen, omdat er zijwinden zijn en zware regen. Ook een tijdelijk kamp opslaan kan niet. Je moet doorgaan met klimmen als je wilt overleven. Maar terwijl je omhoogklimt, zie je niet wat er aan de andere kant van de bergpas is. Dat zie je pas als je daar bent. Niet alleen zie je het niet, je hebt er zelfs geen woorden voor.
Het moet een nieuw idee zijn. Een nieuwe vorm. Maar tot we voorbij de bergpas zijn weten we niet welke. Maar we moeten blijven proberen. Dan zal er iets gebeuren, in de eenentwintigste eeuw. De komende decennia wordt er iets nieuws opgebouwd, een moderne democratie om de oude van onze voorouders af te lossen. Een moderne democratie van de hele planeet. Ik zal er niet lang meer zijn, zei Bauman tegen me, maar u bent erg jong. Ik denk dat u die nog zult zien.