Home Leuker als

Leuker als

Het ongerijmde is de logica van de filosoof, schrijft hoofredacteur Coen Simon. ‘Wat is het leven anders dan een ritje door het niets?’

Door Coen Simon op 17 oktober 2023

Coen Simon

Het ongerijmde is de logica van de filosoof, schrijft hoofredacteur Coen Simon. ‘Wat is het leven anders dan een ritje door het niets?’

Dit artikel krijgt u van ons cadeau

Wilt u onbeperkt toegang tot de artikelen op Filosofie.nl? U bent al abonnee vanaf €4,99 per maand. Sluit hier een abonnement af en u heeft direct toegang.

Waarom loopt een sul met een autodeur in de woestijn?

Moppen op papier werken meestal niet zo goed. En in de verheven sfeer van de filosofie slaan ze al helemaal als een tang op een varken. Maar dat de sul met een autodeur door de woestijn trekt om een raampje open te kunnen draaien zodra hij het te warm krijgt, vind ik zo’n rake verbeelding van de dagelijkse filosofische praktijk dat ik de grap hier toch wel op z’n plaats vind.

Het ongerijmde is de logica van de filosoof. Hoewel het niet grappig bedoeld was van Albert Camus (1913-1960) toen hij in De Mythe van Sisyphus schreef dat er maar één echt filosofisch probleem is: ‘de zelfmoord’, absurd was het wel. ‘Oordelen of het leven wel of niet de moeite waard is geleefd te worden is antwoord geven op de fundamentele vraag van de filosofie,’ aldus legde de Franse filosoof zijn ernstige grap uit. En inderdaad, wat is het leven anders dan een ritje door het niets met een zelfgecreëerde wereld om je heen, met eventueel een raampje dat open en dicht kan?

Even tussendoor… Meer columns van Coen Simon lezen? Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief

Meld u aan voor onze nieuwsbrief

Ontvang elke woensdag het laatste filosofie nieuws, de beste artikelen van de week en af en toe een aanbieding.
Ontvang wekelijks het laatste filosofienieuws, de beste artikelen en af en toe een aanbieding.

Een paradox vinden is het begin van een filosofische gedachte. Maar het beeld van een domkop met autodeur in de woestijn is ook zo treffend als karakterisering van de wijsgeer, omdat de filosoof als enige wetenschapper eigenlijk helemaal niets in handen heeft. ‘De filosoof is een eeuwige armoedzaaier,’ vertelde Jean-François Lyotard (1924-1998) aan zijn eerstejaars filosofiestudenten, ‘die bij wijze van noodoplossing met de taal, met spreken, zijn kostje bij elkaar scharrelt; in die hoedanigheid slaat hij een nogal pover figuur tegenover zijn collega’s, want zij, die collega’s, hebben wél dingen die ze u kunnen leren.’

Maar elk nadeel, weten we, ‘heb z’n voordeel’. Want de filosoof heeft niets nodig om zijn werk te kunnen doen. Dat maakt het daarom ook meteen tot eenvoudigste en toegankelijkste wetenschap van alle wetenschappen. Iedereen kan het. En dus, wees gerust, wij hebben u wel degelijk iets te leren. We kunnen van niets iets maken.

Heeft de filosoof echt niets nodig? Nou ja, hooguit anderen. Dus in plaats van één sul, lopen er veel meer met een autodeur door de woestijn. Filosofie is niet alleen makkelijker, maar ook leuker als je samen denkt.