Hoe vaak mensen ook van zichzelf zeggen dat voor hen het glas meestal halfvol is en niet halfleeg, vrijwel niemand denkt bij het zien van roest, schimmel of houtrot dat het een wonder is hoe strak de meeste kozijnen, autodeuren en brugleuningen in de lak zitten. Zonder dat de optimist het doorheeft is hij, net als de pessimist, altijd bezig om de wereld van de ondergang te redden. Misschien is de hele polarisatie tussen pessimisten en optimisten eigenlijk alleen maar een copingstrategie die ieder van ons moet afleiden van de al te menselijke angst voor vernietiging. De optimist Gottfried Wilhelm Leibniz (1646-1716) zag het onbeholpen menselijk gerommel aan voor de best mogelijke wereld. Volgens diens zelfverklaarde tegenstander Voltaire (1694-1778) moeten wij ‘onze tuin bewerken’. Wat is het verschil?

Filosofie is hetzelfde anders zien. Coen Simon en Bianca Sistermans kijken nog eens goed in woord en beeld.