Home Leren filosoferen Wat is humor? Als je geen hoorns verloren bent, heb je hoorns
Wat is humor?
Filosofie is makkelijker als je denkt

Als je geen hoorns verloren bent, heb je hoorns

Kun je denken dat je denkt zonder dat je denkt? Filosofie is moeilijker als je denkt in paradoxen. Door Barteld Kooi, logicus aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Laatst zag ik een lijstje met de oudste opgeschreven moppen. Bovenaan stond een Soemerische mop van ongeveer vierduizend jaar oud: ‘Wat is er sinds mensenheugenis nog nooit gebeurd? Dat een jonge vrouw een scheet liet op de schoot van haar man.’ Ik vroeg me meteen af of er niet nog oudere moppen opgeschreven zijn die het niveau van de poep- en piesgrap overstijgen, maar die niet als zodanig herkend worden. Zegt het lijstje niet meer over het gevoel voor humor van filologen?

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.
Geen abonnee? Bekijk de abonnementen Log in als abonnee

In de filosofie zijn er in plaats van lijstjes met moppen lijstjes met paradoxen. De biograaf Diogenes Laërtius schrijft dat Eubulides van Milete in de vierde eeuw voor Christus een lijstje met zeven paradoxen had, met daarop onder andere de bekende leugenaarsparadox. De minst besproken paradox van het lijstje is de paradox van de hoorndrager. Het zijn slechts drie zinnen: ‘Als je iets niet verloren hebt, dan heb je het. Je hebt geen hoorns verloren. Dus je hebt hoorns.’ In tegenstelling tot de leugenaars­paradox is deze snel op te lossen. Vrijwel iedereen ziet onmiddellijk dat de eerste zin problematisch is. Je kunt iets niet verloren hebben omdat je het nog hebt, maar ook omdat je het nooit gehad hebt. Is dit wel een serieuze paradox?

Eigenlijk denk ik dat deze paradox veel beter werkt als mop dan als filosofisch probleem. Een goeie mop moet natuurlijk over seks gaan. ‘Een man hoorns opzetten’ is als uitdrukking in onbruik geraakt, maar het betekent vreemdgaan met diens vrouw. De bedrogen man wordt dan een hoorndrager genoemd. Het lijkt erop dat als je de paradox brengt als een vraag-antwoordspelletje je iemand totaal belachelijk kunt maken. Je bent in gezelschap van oude Grieken en dan vraag je er een: ‘Wat je niet verloren hebt, dat heb je, toch?’ Die antwoordt: ‘Euh, ja dat klopt.’ En dan vervolg je met: ‘Jij hebt geen hoorns verloren?’ Beteuterd geeft de ander dit toe. En dan kom jij met de punchline: ‘Aha, dan heb je dus hoorns! Je bent een hoorndrager!’ Het gezelschap rolt over de vloer van het lachen, terwijl het slachtoffer met een rood hoofd de onontkoombare conclusie probeert te weerleggen.

De hoorndrager verdient dus een plek in het lijstje met oude moppen. En ik hoop dat veel van de filosofische problemen waar we nu mee worstelen over een paar millennia ook meer op hun plaats zijn in een moppenboek.