Home Vrouwelijke denkers Je buik is niet alleen van jou | recensie
Vrouwelijke denkers

Je buik is niet alleen van jou | recensie

Door Ira Pronk op 18 december 2025

buik van een zwangere vrouw met handen erop
beeld freestocks/Unsplash
Filosofie Magazine nieuwsgierigheid Kun je te veel willen weten?
01-2026 Filosofie Magazine Lees het magazine
Om baas in eigen buik te zijn is alleen het recht op abortus niet genoeg, toont filosoof en vroedvrouw Rodante van der Waal overtuigend aan. Voor zelfbeschikking over je eigen vruchtbaarheid ben je ook afhankelijk van zorgzame anderen.

Iedereen kent de feministische leus ‘Baas in eigen buik’ en de bijbehorende zwart-witbeelden van strijdlustige Dolle Mina’s die de tekst tijdens de tweede feministische golf op hun buiken schreven. De boodschap lijkt kristalhelder, maar bij nader inzien is ze voer voor een hoop filosofische vragen: wat betekent het eigenlijk om baas te zijn in eigen buik? Is abortusrecht daarvoor voldoende? Of is er meer nodig voor zelfbeschikking over je lichaam? Filosoof en vroedvrouw Rodante van der Waal (1992) promoveerde aan de Universiteit voor Humanistiek op deze vraag en bewerkte haar proefschrift tot een publiekstoegankelijk essay.

Wil je dit artikel verder lezen?

Sluit een abonnement af op Filosofie Magazine voor slechts 4,99 per maand en krijg toegang tot dit artikel én de duizenden andere diepgaande filosofische artikelen. Luister nu ook alle nieuwe artikelen als audio.
Word abonnee en lees verder > Al abonnee? Log dan in en lees (of luister) verder.

De grootste denkfout over de relatie tot je eigen buik of je vruchtbaarheid, meent Van der Waal, is dat die zeer persoonlijk is en het gevolg van jouw individuele keuzes. Ook al voelen je ervaringen met abortus, ongesteldheid en zwangerschap heel intiem, in feite wordt de relatie tot je eigen buik voortdurend bepaald door allerlei afhankelijkheidsrelaties. Als voorbeeld haalt Van der Waal haar eigen abortussen aan, die ze als stigmatiserend ervoer. Die negatieve ervaringen zijn te herleiden tot een lange geschiedenis waarin abortus is veroordeeld, waarin de stille verwachting heerste dat vrouwen zich opofferen ten behoeve van hun kinderen en waarin betekenisvolle ervaringen van abortus zelden in literatuur, film of populaire cultuur werden getoond.

Heksenjacht

Van der Waal gaat in op de vele manieren waarop de relatie van (toch in de eerste plaats) vrouwen tot hun lichaam en leven wordt bepaald. Een deel van haar analyse is historisch. De feministische theoreticus Silvia Federici beschreef hoe de opkomst van het kapitalisme in de vroegmoderne tijd samenging met heksenjachten, waarbij het verdachtmaken van vrouwen een bewuste strategie was om hun de regie af te nemen over hun eigen vruchtbaarheid. Ook is er ruimte voor een dekoloniaal perspectief: de wortels van de verloskunde liggen ten dele in de slavernij. De lichamen van zwarte mensen zijn lange tijd onderdrukt, en nog altijd komt grensoverschrijdend gedrag in Nederland relatief veel voor bij gemarginaliseerde bevolkingsgroepen. Van der Waal pleit voor ‘kruispuntdenken’: verschillende vormen van onderdrukking over elkaar heenleggen zodat je de groep in kaart krijgt die het meest wordt gemarginaliseerd.

Zorg kan geweld zijn

Daarnaast benoemt Van der Waal denkfouten die bijdragen aan verminderde vrijheid van vrouwen om de relatie tot hun eigen lichaam vorm te geven. Een daarvan is het ‘containermodel’, waarbinnen vrouwen worden gezien als huls rondom het kind, wat ertoe leidt dat zorgverleners soms ten koste van de zorg voor de moeder het kind ter wereld brengen. In haar werk als vroedvrouw ziet Van der Waal hoe zulke onderliggende opvattingen zorgen voor geweld of grensoverschrijdend gedrag in de geboortezorg. Een indrukwekkende casus betreft een vrouw die vanwege haar geloofsovertuiging niet wil dat een mannelijke arts bij haar een inwendig vaginaal onderzoek verricht. Hoewel er geen sprake is van een medische noodzaak, doet de arts het toch. ‘Zorg kan geweld zijn,’ zoals Van der Waal schrijft.

Jezelf overstijgen

Baas in eigen buik toont overtuigend waarom je zelfbeschikking over je vruchtbaarheid niet in je eentje kunt bewerkstelligen; we zijn afhankelijk van zorgzame anderen. Van der Waal laat ook zien dat het wegnemen van geweld en inperkingen van vrijheid, niet voldoende is voor vrouwen om werkelijk vrij te beschikken over hun vruchtbaarheid. Cruciaal daarvoor is het besef dat zwangerschap een existentiële ervaring is. ‘De mens is meervoudig,’ schrijft Van der Waal. We leven niet opgesloten in ons eigen ‘ik’, maar kunnen ons zo diep met anderen verbinden dat we de grenzen van het zelf overstijgen. Ze haalt de Ierse schrijfster Anne Enright aan, die een woord bedacht voor het oplossen van het individu in het samengestelde wezen dat het resultaat is van zwangerschap: ‘moederenkind’.

Het is jammer dat deze existentiële betekenis van zwangerschap niet meer ruimte in het boek heeft gekregen; er is geen apart hoofdstuk aan gewijd. De focus ligt nadrukkelijk op de politiek, maar de beschrijvingen van zwangerschap als een existentiële belevenis zijn de allermooiste delen van dit boek. Bovendien had het Van der Waals politieke boodschap benadrukt: geweld in de geboortezorg is schrijnend, juist omdat het iemand de kans op een existentiële ervaring ontzegt.

Baas in eigen buik. Een essay over reproductieve rechtvaardigheid
Rodante van der Waal
Nijgh & Van Ditmar
272 blz.
€ 17,50

Loginmenu afsluiten