Cicero – redenaar, politicus en filosoof – maakte zich grote zorgen om de dreigende teloorgang van de Romeinse republiek. In het natuurrecht vond hij een nieuwe grondslag voor het uitgestrekte, maar verdeelde rijk.
Uitgerekend in het door hem zo bewonderde Griekenland maakte Cicero de meest ongelukkige periode uit zijn leven door. Op 23 mei in het jaar 58 voor Christus werd hij als balling naar Thessaloniki gebracht. In zijn jaren van ballingschap vermeed hij elk gezelschap. De Romeinse redenaar schreef nauwelijks nog, zelfs niet aan zijn goede vriend Atticus en zijn eigen familie. Cicero verweet zichzelf lafheid, omdat hij Rome had verlaten; zijn vrienden trof hetzelfde verwijt, omdat ze hem hadden laten gaan. Regelmatig zag hij zelfmoord als de enige uitweg uit zijn erbarmelijke toestand.
Dit artikel is exclusief voor abonnees