Valt er nog wat filosofisch te beleven in de dichtkunst? Wat vindt u hiervan: ‘To see a World in a grain of sand – And a Heaven in a Wild Flower – Hold Infinity in the palm of your hand – And Eternity in an Hour.’
Mooi? Zeg maar gerust prachtig. Filosofisch? Nou, Blake wordt vaak beschreven als een ‘metaphysical poet’, omdat hij zich poëtisch graag aan de filosofie ontworstelt. Zandkorrel, bloem, handpalm, klok, allemaal dingen die je op een saaie manier kunt zien. Maar Blake ‘ziet’ anders. Hij wil de filosofen eigenlijk van zich af werpen om, ongehinderd door hun vruchteloze gefrunnik met begrippen, in de eeuwigheid te kunnen blikken. Dit komt uit een brief:
‘I assert for myself that I do not behold the outward creation, and that to me it is hindrance and not action. “What!” it will be questioned, “when the sun rises, do you not see the round disc of fire somewhat like a guinea?” Oh ! no, no ! I see an innumerable company of the heavenly host, crying, “Holy, holy, holy is the Lord God Almighty!” I question not my corporeal eye any more than I would question a window concerning a sight. I look through it and not with it.’
Hij kijkt door zijn ogen heen, niet mèt zijn ogen, en schuift niet alleen Hume, maar ook Kant terzijde om het Ding an sich, de wereld achter de sluier van onze waarnemingen, in ogenschouw te nemen waarna hij naar ons roept hoe ongelooflijk het er daar uit ziet. Nee, niet frunniken, laat het maar mooi zo staan al kan het helemaal niet staan.
Een compacter voorbeeld vinden we bij Emily Dickinson die schreef: ‘There are no wholes here below.’ Dat is heel Plato in zes woorden. Er zijn geen gehelen hier beneden. Alles is hier stuk. Overal ontbreekt wel iets. Echt goed leven lukt niet. We kunnen niet eens een perfecte cirkel tekenen. Maar toch weten we hoe het goede leven, de cirkel of een volkomen hele relatie er uit ziet. Maar dat weten we niet van hier beneden.
Tenslotte Jules Deelders vliegensvlugge opsomming van een paar eeuwen Griekse filosofie: ‘Alles blijft – Alles gaat voorbij – Alles blijft voorbijgaan.’
Parmenides (alles is één en onveranderlijk) – Heraclitus (je kunt niet eens twee keer in dezelfde rivier stappen) en natuurlijk Plato: achter al het voorbijgaande, of nee, BOVEN al het voorbijgaande is er de blijvende wereld van geestelijk leven waarin we voor altijd oog in oog staan met het Ware, het Schone, en het Goede. Waarbij ik een beetje moet smokkelen met Plato.
Volgende keer limericks.
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand.
Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.