Home Weekendlijstje: Vier filosofen over niets doen

Weekendlijstje: Vier filosofen over niets doen

Door Gwendolyn Bolderink op 23 juli 2015

Weekendlijstje: Vier filosofen over niets doen

We plannen onze vakanties vol met uitjes: excursies, wijnproeverijen, snorkelen in Egypte en filosofie-reizen naar Florence. Komen we op die manier echt aan onze rust toe? Dit weekendlijstje houden we een pleidooi voor het niets doen.

1. De kunst van het niet-doen

‘Kom mee! Laten we gaan zwerven in het land van niemendal, dan gaan we samen proberen niets te doen’, roept taoïstisch filosoof Zhuang Zi ons op. Wuwei noemen de taoïsten het: de kunst van het niet-doen. Door doelloos rond te zwerven, zowel fysiek als in de geest, leren we open te staan voor alle mogelijkheden en buiten onze eigen denkkaders te kijken. ‘Ik weet niet waarheen dit pad voert en ik weet niet wat ik ga bereiken.’ Alleen dan zijn we werkelijk vrij.

2. Niets doen en de verveling

Kan de mens wel niets doen? De verveling slaat snel toe zodra we onze rust nemen. ‘Wat we doen is onze agenda’s helemaal volproppen, zodat de vraag niet opkomt of ons bestaan niet gewoon een overvolle leegte is.’  Filosoof Awee Prins neemt het thema verveling onder de loep. Verveling treft alleen de mensen met wie het goed gaat; het is het ongeluk van het geluk. ‘Ons staat van alles ter beschikking, maar er is niets dat ons nog werkelijk raakt.’

3. Het ritme van de rust

Voorheen was er een collectief rustmoment, bijvoorbeeld op de zondag. ‘Collectieve ritmes helpen het individu om het leven als zinvol te ervaren – of eigenlijk om te zorgen dat die vraag niet opkomt.’ Door individualisering en secularisering is er van die vaste tijdspatronen niet veel meer over. ‘Schenkt het voortdurend creëren van ons eigen ritme echt meer vrijheid, vergeleken met de collectieve ritmes van vroeger?’ vraagt Denker des Vaderlands Marli Huijer zich af.

4. Wat is niets?

‘Het getal 1 staat voor één ding, het getal 2 voor twee dingen, maar waar­voor staat nul? Voor niets? Maar wat is niets?’ Het getal 0 heeft een onheilspellende geschiedenis: voor de maya’s symboliseerde het een door de god van de dood geregeerde einde van de getallen, en in het middeleeuwse Europa symboliseerde de leegte van nul de duivel. ‘Het Engelse woord voor geheimschrift, cipher, refereert aan de tijd dat rekenen met nul beter ondergronds kon gebeu­ren, wilde je althans niet de brandstapel riskeren.’

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.