Rob Compaijen: ‘Als we afgunstig zijn, voelen we pijn omdat het een ander goed gaat. Dat heeft zonder meer iets duisters. We moeten afgunst overigens onderscheiden van begeerte en jaloezie. Begeerte gaat over het verlangen naar iets van een ander, zonder dat we het die ander misgunnen. Jaloezie zie ik als de angst om iets wat we hebben te verliezen aan een ander. Afgunst is precies het omgekeerde daarvan: we willen iets wat een ander heeft.
Van deze drie is afgunst het pijnlijkst en het Âmoeilijkst bespreekbaar. Wanneer we iemand iets benijden, zien we onszelf als minderwaardig: in het licht van het succes van de ander verschijnen we als gebrekkig, middelmatig en inferieur. Dat gaat ook nog eens gepaard met een gevoel van onrecht: Ãk had dat moeten hebben! We ervaren deze emotie dan ook alleen bij zaken die van groot belang zijn voor ons zelfbeeld. Dat maakt het kwetsbaar om toe te geven dat je afgunstig bent. Ook het venijn waarmee afgunst gepaard gaat maakt het moeilijk erover te spreken, want je moet dan bekennen dat je vijandige, agressieve gevoelens voor iemand koestert.
Het is terecht dat we schroom voelen om afgunst onder ogen te komen. Toch kan afgunst erkennen een heilzame werking hebben. Nijd ontstaat vaak door een dynamiek van rivaliteit. Er zijn situaties waarin mensen elkaar, zonder het misschien te beseffen, in een wurggreep van afgunst houden. Wanneer we het taboe doorbreken en onze kwetsbaarheid tonen, ontdekken we dat we allemaal gewoon maar mensen zijn, geen wezens die alles perfect voor elkaar hebben.’
Rob Compaijen (1986) is universitair docent filosofie aan de Protestantse Theologische Universiteit. In 2024 verscheen zijn boek Afgunst. Een filosofie van een pijnlijke emotie (Boom).
Afgunst. Een filosofie van een pijnlijke emotie
Rob Compaijen
Boom
240 blz.
€ 24,90