1. Wat kan ik weten?
‘Dankzij de wetenschap kunnen we kennis opdoen en sommige dingen zeker weten. Maar wat je nooit kunt weten, is hoe je leven zal lopen. Ik was 26 toen ik vluchtte voor het gewelddadige regime van Iran. Ik had pamfletten verspreid voor een progressieve partij en bijeenkomsten ervan bijgewoond. ’s Nachts werd ik van mijn bed gelicht, geblinddoekt en naar de gevangenis gebracht.
Daar heb ik anderhalf jaar in extreme onzekerheid gezeten – je weet niet wanneer je naar het toilet kunt, wanneer je je mag wassen. Je wordt gemarteld. Uiteindelijk ben ik vrijgelaten en met hulp van een mensensmokkelaar naar Nederland gevlucht. De omstandigheden bepalen je leven. Dat het zo zou lopen had ik nooit kunnen weten.’
2. Wat moet ik doen?
‘Goed luisteren en je oordeel uitstellen. Alleen dan kun je mensen begrijpen vanuit hun eigen perspectief. We zijn als mensen in staat om problemen te maken, maar ook om problemen op te lossen. Daarvoor moeten we met elkaar de dialoog aangaan. Vrijheid is een zegen die je moet koesteren, en vrijheid is ook respect tonen voor wat de ander zegt. Je hoeft het niet met de ander eens te zijn, maar moet wel je empathische vermogen gebruiken om iemand te begrijpen. Niets is kwalijker dan hard je eigen mening te roepen en een ander niet de ruimte te geven.’
3. Wat mag ik hopen?
‘Ik hoop dat haat de wereld uit wordt gebannen. Haat is onkruid in onze geest. Er is veel hardheid in de wereld, daar ben ik zelf op jonge leeftijd mee geconfronteerd. Hardheid kan leiden tot verharding. En vanuit verharding kunnen we mensen die moeilijke situaties hebben doorstaan niet meer bijstaan, want om mensen te helpen is een liefdevolle omgeving van belang, waarin ze zich niet in de steek gelaten voelen. Ik hoop dat mensen hardheid in balans brengen met zachtheid. Ik heb dat ook gedaan. Het kan echt, en het zorgt ervoor dat je het leven kunt ontvangen zoals het is. Als ik een vogeltje zie vliegen, voel ik mijn hart kloppen – dat is zachtheid. Als je die zachtheid niet toelaat kun je ook niet van kleine dingen genieten. Dan is het leven almaar lelijk en zwart.’
4. Wat is de mens?
‘De mens is een wezen dat in staat is om samen te werken en vertrouwen te geven. En ook een wezen dat vrijheid nodig heeft. Ik had nooit gedacht dat ik in alles wat ik doe en zeg een humanist ben. Tot ik de gedeelde waarden ontdekte van vrijheid, autonomie, je verantwoordelijkheid nemen ten opzichte van anderen. Dat laatste is ook heel belangrijk: zie anderen als je medemensen. Want dat zijn ze.’
Tot op de dag
Mardjan Seighali | Ambo|Anthos | 256 blz. | € 20,99