Filosofie is ook makkelijker als je leest. Goed leest. Filosofische bronteksten zijn niet altijd even makkelijk te begrijpen. Daarom helpen we je in een close reading op weg met extra context en commentaar bij deze tekst van Hans-Georg Gadamer over autoriteit.
De tegenstelling*1 tussen autoriteitsgeloof en het gebruik van je eigen verstand, waar de Verlichting*2 de vinger op legt, bestaat op zich terecht. Voor zover de geldigheid van de autoriteit voor het eigen oordeel in de plaats komt, is autoriteit inderdaad een bron van vooroordelen. Maar dat ze ook een bron van waarheid*3 kan zijn, is daarmee niet uitgesloten, en dat heeft ze miskend toen ze elke autoriteit in een kwaad daglicht stelde. (…) De autoriteit van personen berust uiteindelijk namelijk niet op een daad van onderwerping en abdicatie van de rede. Maar juist op erkenning en besef – namelijk het besef dat de ander mij in oordeelsvermogen en inzicht de baas is en dat zijn oordeel daarom voorgaat, dat wil zeggen: voorrang heeft boven mijn eigen oordeel. Daarmee hangt samen dat autoriteit, wil iemand daar aanspraak op maken, eigenlijk niet wordt verleend, maar wordt verworven en moet worden verworven. Zij berust op erkenning en bijgevolg op een handeling van de rede zelf, die, in het besef van haar eigen grenzen, anderen tot een beter inzicht in staat acht. Met blinde gehoorzaamheid of kadaverdiscipline heeft autoriteit in deze juist opgevatte zin niets te maken. Sterker nog: autoriteit heeft in eerste instantie helemaal niets met gehoorzaamheid, maar met kennis van doen*4.
Uit: Hans-Georg Gadamer, Waarheid en methode, vert. Mark Wildschut, Vantilt, 2014.