Home Inzichtmeditatie is echt een medicijn

Inzichtmeditatie is echt een medicijn

Door Elke van Riel op 20 januari 2009

01-2009 Filosofie magazine Lees het magazine

Leven met aandacht, meditatie – daardoor heeft de Nijmeegse wiskundige en Spinozapremie-winnaar Henk Barendregt geleerd open te staan voor een nieuwe wereld. ‘Ik kan beter observeren, meer onverwachte dingen combineren en gemakkelijker afstand nemen van bepaalde emoties.’

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Het schoolbord in zijn werkkamer staat vol formules. Aan de wand hangen er enkele ingelijst achter glas. Zijn ze mooi? ‘Ja, die formules zijn van een grote schoonheid. Op papier ziet het er niet uit, maar er zit een mooie gedachte achter voor wie ze kan lezen. Net als een partituur: als je die speelt, klopt het helemaal’, glimlacht Henk Barendregt, hoogleraar grondslagen van de wiskunde en informatica op de Faculty of Science aan de Radboud Universiteit Nijmegen en adjunct-hoogleraar aan de Carnegie Mellon University in de Verenigde Staten. Meditatie heeft voor hem eenzelfde soort schoonheid als wiskunde. ‘Bij meditatie draait het om zuivering van de geest: de geest terugbrengen tot de essentie.’
Dat hij al bijna veertig jaar intensief mediteert, heeft bijgedragen aan zijn succes als wetenschapper, denkt hij. ‘Ik zit minder vast in bepaalde patronen. Daardoor kan ik beter observeren, meer onverwachte dingen combineren en gemakkelijker afstand nemen van bepaalde emoties.’ In 2003 ontving hij de prestigieuze Spinozapremie, een bedrag van 1,5 miljoen euro om te besteden aan wetenschappelijk onderzoek. Dat geld heeft hij onder meer gestoken in de opzet van een groot onderzoek naar de effecten van meditatie op de hersenen: het Mind-Brain-Mindfulnessonderzoek (MBM), waarin hij samenwerkt met psychiater Anne Speckens en biofysicus Stan Gielen. In dit onderzoek komen zijn beide passies samen: wetenschap en meditatie.

Aandacht
Mindfulness (aandachttraining) wordt de laatste jaren omarmd door psychologen. Een van de belangrijkste onderzoeksvragen van Barendregt is waarom mindfulness zo effectief blijkt tegen depressie (zie kader ‘Mediteren tegen depressie’): wat gebeurt er in de hersenen dat dit kan verklaren? ‘Mindfulness biedt een anker. De geest heeft prikkels nodig: als je andere prikkels geeft, zijn mensen niet bezig eindeloos negatieve gedachten te herkauwen’, verklaart Barendregt. Afstand nemen van een gevoel is daardoor ook mogelijk. ‘Je mag een droevige gedachte of naar gevoel hebben, maar vat het op als een verschijnsel dat komt en gaat, meer als een onpersoonlijke energie.’ Bij mindfulness zeg je niet: ‘Ik ben droevig’, maar: ‘Er is droefheid.’ Je valt niet met de droefheid samen, gaat er niet in op. ‘Het is als een bankbediende die geldbiljetten moet innemen en uitgeven. De waarde ervan moet goed bijgehouden worden, maar omdat het geld niet van de bediende is, is er geen identificatie of begeerte.’
Al eerder is uit onderzoeken gebleken dat meditatie allerlei effecten heeft op de hersenen (zie kader). De eerste Nijmeegse onderzoeksresultaten laten zien dat meditatie het concentratievermogen bevordert en dat mensen die mediteren veel nauwkeuriger complexe taken kunnen uitvoeren. Wel zijn ze een fractie langzamer (60 milliseconden), waarschijnlijk omdat ze iets meer afstand nemen. Ze blijken ook beter emoties op gezichten van anderen te kunnen herkennen. Vooral de prefrontale en pariëtale cortex, de hersengebieden voor selectieve aandacht en emoties, zijn bij hen actiever.

Digitaal bewustzijn
De meeste mensen die mediteren, doen dit dagelijks ongeveer twintig minuten. ‘Dat levert meestal rust op; daardoor kun je het leven en al zijn drukte beter aan.’ Dat is mooi, vindt Barendregt, maar zijn eigen meditatieambities reiken aanmerkelijk verder. Jaarlijks mediteert hij tien dagen achttien uur per dag in een klooster. Hij geeft ook wekelijks les, maar mediteert niet tussendoor. ‘Ik heb het druk. En ik zie dat je thuis niet zoveel verder komt: het is te kort. Je kunt wel je motor warm houden, maar het echte werk doe je in een retraite.’
Dat echte werk is voor hem: het zuiveren van de geest. Tijdens meditatieretraites kwam hij tot het inzicht dat ons bewustzijn ‘discreet’ ofwel ‘digitaal’ is. Dat waren momenten met een Eureka-achtig karakter – ‘vergelijkbaar met het gevoel alsof je een wetenschappelijke ontdekking doet.’ Zijn inzicht blijkt opmerkelijk goed aan te sluiten bij de huidige kennis van hersenwetenschappers over het bewustzijn. ‘Hoe het bewustzijn precies werkt, is nog niet bekend. Neurofysiologisch gezien gaat het bij bewustzijn om vurende neuronen. Die opereren synchroon in groepjes, ze vuren in pulsen.’ Het bewustzijn is volgens Barendregt daarom feitelijk gefragmenteerd: het bestaat uit losse flitsjes. Uit die snel opeenvolgende, kortdurende flitsjes stellen we volgens hem een continu en globaal wereld- en zelfbeeld samen. Dat ervaren we als de realiteit. ‘Denk maar aan de fotootjes op een 8mm-film. Normaal zien we die losse fotootjes niet. Wel na stress, drugs, ziekte of ook (langdurige) meditatie.’
We doen er alles aan om die versplintering van het bewustzijn niet te zien. ‘Indien we beter leren kijken, zien we het flitsende niveau. Dan is dit geen kamer, maar zie je alleen maar flitsjes.’ Eng, als je die ervaring van uiteenvallen voor het eerst hebt, weet Barendregt. Onze evolutionair gegroeide zelfverdediging verzet zich er namelijk hevig tegen dat de eenheid die werkelijkheid normaal lijkt te hebben tijdelijk wegvalt. Het uiteenvallen van de wereld kan zelfs leiden tot psychische klachten. ‘Maar het is alleen de gewaarwording die uit elkaar valt. Als je dat beseft, is het helemaal niet meer erg: net zoals een parachutespringer leert om vallen niet meer eng te vinden, of een ruimtevaarder die went aan gewichtloosheid. Daar is alleen wel een lange training voor nodig.’

Troost
Dissociatie treedt niet op als je dagelijks twintig minuten op een kussentje thuis mediteert, of tijdens de gemiddelde mindfulnesstraining. Dat gebeurt pas tijdens een intensieve retraite. ‘Doel is dan je bewustzijn tot het digitale niveau te penetreren en inzicht te krijgen in de drie karakteristieken ervan: veranderlijkheid, de weerzin daartegen en de onbeheersbaarheid ervan.’ Dat klinkt zwaar. Een retraite is inderdaad stevig afzien, beaamt Barendregt: ‘Je moet wel afzien als je urenlang met opgevouwen benen alleen op je kamertje zit. Het heeft iets van een straf.’
Met plaatjes op zijn computer illustreert de hoogleraar wat er dan in het bewustzijn gebeurt. Eerst toont hij een kleurrijk pointillistisch schilderij: alleen maar stipjes, maar we zien een samenhangend beeld. Erbij klinken prettige, golvende klanken, zonder akkoorden. Vervolgens een schilderij van een artist impression van de uiteenvallende werkelijkheid zoals hij die na langdurige meditatie ervaart: chaotische zwarte vegen met daarachter een witte achtergrond, begeleid door onsamenhangende en verontrustende klanken. ‘Als je durft te blijven kijken, gaat dat zwarte weg en zie je daarachter het witte.’
Bewustzijn is er volgens Barendregt alleen als contrast. ‘Dat ‘‘witte vlak’’ is een metafoor voor de ruimte ten opzichte van waaruit het contrast gezien wordt.’ Het witte is niet beangstigend, maar troostend, is zijn ervaring. ‘Het is er altijd en geeft rust, terwijl de dingen op de voorgrond komen en gaan. Ik heb het wel eens een bodem genoemd, maar het is juist permanente bodemloosheid: inhoudsloos, het niets.’
In eerste instantie is dit witte vlak echter juist zeer beangstigend. Tijdens meditatie stuitte Barendregt op de oerangst voor deze leegte. ‘Dat is angst voor de dood: een angst die iedereen heeft. Door middel van inzichtmeditatie kunnen we deze verborgen plekken in het bewustzijn, waar we liever niet komen, niet alleen blootleggen, maar vervolgens ook overwinnen.’ Daarom is inzichtmeditatie een echt medicijn, benadrukt hij. De angst voor de dood raak je kwijt tijdens het mediteren, is zijn persoonlijke ervaring. Dat gebeurt doordat tijdens intensief mediteren ook het ‘ik’ vanwege het digitale karakter van het bewustzijn dissocieert. Het inzicht dat de ervaring van het ‘ik’ kan wegvallen, terwijl je daarna gewoon verder kunt leven, is louterend. ‘Het “ik” bestaat wel, maar het verandert constant: het bestaat uit een proces, is geen vast ding.’

Barendregt hoopt dat in het MBM-onderzoek duidelijk zal worden hoe deze overwinning van de existentiële angst in zijn werk gaat. ‘Ik schat dat het nog zo’n vijftig jaar zal duren voordat we weten wat dat witte vlak is, dat altijd in ons bewustzijn is.’
Bij mindfulnesstraining draait het voor de deelnemers doorgaans om iets anders, realiseert hij zich. Dat gaat minder ver, al heeft het wel raakvlakken met wat hij zelf nastreeft. Ook bij inzichtmeditatie (vipassana) is aandacht immers het belangrijkste instrument. Doel is ook het louteren. ‘In de therapievorm zuiver je je van meer in het oog lopende stoorzenders zoals depressie of een dwangstoornis. Als je die kunt loslaten, ben je tevreden. Dan hoef je niet door te gaan tot de oplossing van het ego.’
Tijdens een langdurige retraite zijn er, behalve de existentiële angst, meer bewustzijnsinhouden te overwinnen, te weten begeerte en haat. Daarna zijn er nog stoorzenders als rusteloosheid en slaperigheid. Begeerte is volgens Barendregt het gevolg van de poging om onze bewustzijnsinhoud te optimaliseren. ‘Mensen willen een groot huis, een snelle auto en een aantrekkelijke partner. De motivatie daarvoor is dat die dingen leiden tot een prettige bewustzijnstoestand. Maar de hypotheekrente kan hoog zijn, de benzine duur en een partner wispelturig… Boeddhisme leert hoe je onafhankelijk van bewustzijnsinhouden tevredenheid kunt ontwikkelen.’
Voor hem is dit de kern van religie: vrede met jezelf, de medemensen en de wereld. Zelf is hij agnost. ‘Boeddhisme is religie zonder metafysische aannames zoals een Opperwezen. Of er een God is, is ook niet zo relevant, want je kunt je existentiële problemen zelf oplossen.’