1.
Beginnen is het leukste wat er is. Het is als de frisse ochtendbries die binnenwaait door het opengeslagen raam. Terwijl de anderen nog liggen te slapen, wordt voor jouw ogen de wereld wakker. Dan ontwaakt de rest. Tijd om te verkassen.
2.
Het punt met het begin is dat er ook een einde is en iets ertussenin. Het lijkt onmogelijk om alleen het eerste te hebben; het begin is altijd het begin van iets. Beginloos is slechts God zelf, dichtte Vondel, en alleen het beginloze heeft geen einde.
Het lijkt pessimisme in een notendop om te zeggen dat met elk begin het einde gegeven is. Zoals bij het leven: je wordt geboren en sterft en daartussen strekt het bestaan zich uit, dat in zo’n geval weinig meer dan middelmatig kan zijn, getekend door verval.
Bovendien kunnen we begin noch einde navertellen, geboorte en dood voltrekken zich zonder dat we er echt bij zijn. Gelukkig maar dat een hele wirwar van beginnetjes en eindes het midden uitmaakt. Soms weet je zelfs niet welke van de twee het is, of de deur zich sluit of opent. Het leven is een non-lineaire bedoening, in mijn ervaring. We zien het misschien voor ons als een trap die eerst omhoogvoert en dan weer omlaag, maar je kunt tussendoor allerlei strapatsen maken. Retrograde bewegingen, van ziekte naar gezondheid, geluk naar ongeluk, armoe naar rijkdom en weer terug. De tijd loopt maar één kant op, maar wat ze je voor de voeten werpt blijft onvoorspelbaar.
Het probleem van verhalen, schrijft Valeria Luiselli, ‘is dat ze geen begin, geen midden en geen einde hebben’. Hetzelfde geldt dus voor het leven. En misschien is dat geen probleem, maar een gift.
Een beginner’s mind kijkt zonder voorbehoud naar de wereld
3.
Verhalen beginnen vaak in medias res. Als lezer word je vanaf de eerste zin de gebeurtenissen in geworpen. (‘Het volgende moment zijn ze op weg,’ opent Frank Heinen De zaak Tom.) Als mens word je ook het leven in geworpen, het volgende moment ben je op weg en heb je tot je achttiende om uit te vogelen hoe het werkt.
Waar begint mijn verhaal? Toch zeker niet op mijn geboortedag. Bij de conceptie? De ontmoeting van mijn ouders? Hun beider beslissing om Pools te willen studeren in Warschau, die zowel uiterst toevallig als noodlottig lijkt? En mijn grootouders en overgrootouders, en die van hen, en zo verder, die hebben er ook iets mee te maken.
Een deel van mijn leven eindigde traag maar onverbiddelijk in mijn twintiger jaren, met ziekte en dood. Voors en na’s zijn dun gezaaid en toch vrijwel iedereen gegeven. Het ‘na’ duidt op een nieuw begin, niet echt een morgenstond maar een even traag en onverbiddelijk worstelen en bovenkomen. Terugkijkend vertel je: ‘het begon toen ik, een jaar of vijfentwintig oud…’
4.
In Humanistic narratives poogt Michel Serres het verhaal van de mensheid te vertellen, helemaal vanaf het begin. Dat clubje mensen in Afrika waar wij allemaal van afstammen, daar zaten een paar opgeschoten jongens en meisjes tussen die wel eens wilden weten wat er over de horizon te vinden was. Daar gingen ze dan.
De geschiedenis van de mensheid begint met dat allereerste afscheid, schrijft hij, een oertrauma dat we sindsdien proberen te vergeten. En omdat we het vergeten, herhaalt die scène zich steeds weer, iedere keer opnieuw. Onze geschiedenis is een in-medias-res van jewelste. Een begin waar geen eind aan komt en waarnaar we terug moeten keren om te kunnen helen, zoals dat gaat met trauma’s.
Het begin wordt al te vaak bedoezeld door het einde
5.
Ik was niet altijd de ijverigste leerling, maar elk jaar keek ik met groots verlangen uit naar het begin van het nieuwe schooljaar. Dan lag alles op een presenteerblaadje: nieuwe avonturen, vrienden, liefdes.
Elke september roep ik ze zo weer op, voor mijn ogen en in mijn hart: lokalen gebaad in laag zonlicht, onbeschreven schriften en vers gekafte boeken, zongebruinde, uitgeruste lichamen die het schoolplein vullen. Al die mogelijkheden! Je hoefde er niets voor te doen, alleen maar te komen opdagen.
Ook toen was dit heugelijke begin direct weemoedig. Een begin in de herfst – bestaat er iets melancholischers? André Aciman heeft dat goed beschreven in zijn roman van de weemoedigheid, Noem mij bij jouw naam. Elio ziet na vele jaren zijn grote liefde Oliver terug, op de universiteit waar de laatste werkt. ‘Erg herfstachtig, erg begin van het schooljaar, erg Indian summer, en als altijd in de schemering van dit seizoen, die talmende mengeling van onafgemaakte zomerse gelukzaligheid en onafgemaakt huiswerk en altijd de illusie van zomermaanden die voor je liggen, die verdwijnt zodra de zon is ondergegaan.’
De illusie, ja, want de zomer is afgelopen in plaats van begonnen, je vrienden blijk je al te kennen en je grote liefde blijft onbeantwoord. Het oerafscheid van het begin herhaalt zich elk jaar opnieuw.
6.
Stel je een roman voor die bestaat uit steeds nieuwe beginnen, een ‘roman der beginnen’, schrijft Georgi Gospodinov in zijn Natuurlijke roman. De hoofdpersoon, schrijver, gaat scheiden en niet omdat hij dat zelf wil. Zijn vrouw is zwanger van een ander. Het begin van dat nieuwe leven moet wel het einde van het oude verbond inluiden. Maar nu nog even niet. Door steeds opnieuw te beginnen, wil de schrijver het einde op afstand houden. Al trekt de ongeboren vrucht zich van die papieren werkelijkheid niets aan.
Wat deze man wil is niet zo helder. In elk geval niet ‘opnieuw beginnen’. Hij wil juist de onschuld die alleen kan bestaan voordat iets ‘opnieuw’ gebeurt. Het geluk van de hertrouwde zal nooit fris zijn als een ochtendbries. Hij laat zich daarentegen inspireren door de vlieg, al is het een strontvreter. Het oog van de vlieg bestaat uit zoveel facetten dat alles tegelijk bestaat. De vlieg leeft niet lineair of non-lineair, maar eerder in vele parallelle werkelijkheden. In één daarvan is altijd wel iets aan het beginnen, voor het eerst.
Het begin van iets wordt al te vaak bezoedeld door het einde. Zoals je volgens de Atheense staatsman Solon iemand niet gelukkig kunt noemen tot zijn dood bekend is, zo geldt dat ook voor een huwelijk. Steeds weer beginnen is ook een poging om te ontspringen aan het oordeel, gegeven door het einde.
Bij de geboorte komt een heel nieuwe wereld ter wereld
7.
Er zwerft een meme over het internet die op het eerste gezicht lijkt op twee kale bomen op hun kant. De linker verbeeldt het verleden. Een enkele vertakking van de boom licht groen op, kronkelend van de wortel tot de top. De andere takken zijn zwart, het zijn de afgestorven, niet-gerealiseerde mogelijkheden. ‘Jouw leven nu’ staat er in het midden, aan het einde van de ene groene tak.
Maar aan de rechterkant begint een nieuwe boom, alle takken blakend van mogelijkheid, klaar om te ontspruiten. Je kunt elke keer weer kiezen, je staat steeds weer aan de voet van een nieuw leven. Zelfs als het begin gekenmerkt wordt door afgestorven mogelijkheden, is wat er voor je ligt fris en schoon als een felgroen blaadje in de lente.
8.
Een essay over beginnen, moet dat niet over Hannah Arendt gaan, vroeg ik de redactie. Na millennia van denken over de dood bracht zij immers de nataliteit onder de aandacht van de filosofie. Even opmerkelijk als het einde (zo niet opmerkelijker) is de geboorte van de mens, waarmee elke keer weer een heel nieuwe wereld ter wereld komt. En niet alleen elke geboorte doet dat, elk handelen kan iets nieuws voortbrengen.
‘Het feit dat de mens in staat is tot handelen, betekent dat het onverwachte van hem kan worden verwacht, dat hij in staat is waar te maken wat uiterst onwaarschijnlijk is,’ zo citeren Marli Huijer en Reinjan Mulder Arendt in hun boek Opnieuw beginnen. Er is altijd voldoende ruimte voor iets nieuws. En, zou ik willen toevoegen, ook voldoende tijd.
Weet je wat, dacht ik, ik doe als Georgi Gospodinov en schrijf een essay der beginnen, dat steeds opnieuw begint.
9.
Pas op latere leeftijd leerde ik het begrip beginner’s mind kennen, de houding van de zenboeddhist die met verwondering en zonder voorbehoud naar de wereld kijkt. Om als nieuw te kunnen zien moet je alles wat je geleerd hebt afleggen. Zoals AlphaGo, die voor het eerst in duizenden jaren een nieuwe zet in het bordspel Go zag en speelde, schrijft Rick Rubin in The creative act. Nu is AlphaGo getraind op miljoenen bestaande en zelfgespeelde potjes Go en dus nauwelijks een beginner te noemen. Maar het had geen last van de ongeschreven regels die het denken in mogelijke zetten beperken.
De beste, en meest ervaren, kunstenaars zijn degenen met beginner’s mind. Zij dus die hun ervaring naast zich neer durven leggen om steeds weer opnieuw te beginnen.
10.
Het is een eeuwenoud gebruik om bij twijfel over een keuze in het leven een boek te pakken, het open te slaan, en het eerste te lezen waar je oog op valt. Dat hoeft niet de Bijbel of I Tsjing te zijn.
‘Art is an act of decoding,’ lees ik in The creative act als ik het opensla, pagina 331. Wel verrek. Hier kan ik de komende jaren wel mee vooruit, nu ik begin aan een nieuw onderzoek naar kunst en technologie. Zo makkelijk geeft de betekenis van die zin zich niet prijs. Voor het decoderen ervan heb ik dan ook nog even. Ik ben nog maar net begonnen.
Neem een getal in gedachten tussen 1 en 10. (Laat me raden, het is niet 1 of 10.) Ga naar het fragment onder dat cijfer. Dat is nu jóuw begin, het punt waar je eigenlijk had moeten beginnen, de oorsprong waarnaar je nooit meer voor het eerst terug kunt keren, maar dat je elk moment opnieuw kunt vastgrijpen als de mogelijkheid van iets nieuws.
