Home Praktische filosofie Denklab: hoe voorkom je dat denken blijft hangen in algemeenheden?
Praktische filosofie

Denklab: hoe voorkom je dat denken blijft hangen in algemeenheden?

Door Jos Kessels op 16 oktober 2024

Jos Kessels praktisch filosoof denklab
foto Marcel Bakker | bewerking Nick Groenewold
FM11 Filosofie Magazine 11 echt nep fake Hans Schnitzler
11-2024 Filosofie magazine Lees het magazine
Jos Kessels filosofeert in de praktijk. Dit keer: voorbeelden geven.

Een grote bankinstelling nodigde mij uit een serie socratische gesprekken te voeren over integriteit. Een lid van de raad van bestuur wilde eerst een kennismakingsgesprek. Ik vertelde haar wat we van plan waren, hoe zo’n gesprek in elkaar zit, dat je er altijd met concrete casuïstiek werkt: waargebeurde voorbeelden. Bij wijze van smaakmaker vroeg ik haar of ze zelf een ervaring kon inbrengen waarin integriteit een rol speelde. Ze schrok. Ze begon uit te weiden over dat zij verantwoordelijk was voor de integriteitsstructuur van de bank, en wat dat wel niet allemaal inhield: communicatie en contacten, uitvoeringssystemen en -processen, codes en regelgeving, interne opleiding, borging. Heel complex allemaal, dat moest ik goed begrijpen. Intussen hield ik vast aan mijn verzoek om uit die veelheid één zelf ervaren voorbeeld te beschrijven. Ik vertelde haar dat we zonder zo’n voorbeeld niet aan een onderzoeksgesprek beginnen. Het leverde niets op. Geïrriteerd nam ze afscheid. Als het aan haar had gelegen was het hele traject niet doorgegaan. Gelukkig werd ze overruled door de andere bestuurders.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.
Log in als abonnee Geen abonnee? Bekijk de abonnementen

Met woorden en begrippen begoochelen we onszelf

‘Gedachten zonder inhoud zijn leeg, waarnemingen zonder begrippen zijn blind,’ zegt Immanuel Kant (1724-1804). De eerste oefening in een socratisch gesprek is een algemene vraag (Wat is integriteit?) verbinden aan een concreet, zelf ervaren voorbeeld. Met alleen woorden en begrippen kun je jezelf en anderen immers makkelijk begoochelen: integriteit is toch niets anders dan de verleiding weerstaan om de regels te overtreden? En als dat zo is, dan moeten specialisten in integriteit dus deskundigen zijn op het gebied van verleiding. Een soort omgekeerde casanova’s: in plaats van te verleiden is hun metier juist verleiding tegen te gaan. Maar om het tweede te kunnen moet je het eerste onder de knie hebben. Alleen een goede verleider weet hoe je verleidingen kunt tegengaan. De beste dief is de beste beveiliger. Toch?

Het klopt wel, maar het deugt niet. Pas als er een concreet, zelf ervaren voorbeeld op tafel komt, zodat je zelf inzet van onderzoek wordt, gaat het onderzoek hout snijden. Dan moet je begrippen verbinden aan waarnemingen. Wat gebeurde er precies in het voorbeeld? Hoe gedroeg je je in die situatie? En waarom? Dat is waar filosofie begint. Kun je geen persoonlijk voorbeeld vinden, dan is het niet socratisch te onderzoeken en gaat het gesprek niet door – tenzij je er op een algemene en abstracte manier over wilt spreken. Van zulke gesprekken zag Socrates af. Die leiden meestal alleen maar tot vrijblijvend gepraat. ‘Jij en ik moeten worden onderzocht,’ zegt hij tegen Protagoras.

Probeer het eens uit. Ik kan me niet voorstellen dat je nooit met een kwestie van integriteit in aanraking bent gekomen. Zoek eens een voorbeeld uit je eigen ervaring waarin dat het geval was. Ga na welke rol integriteit daar speelde, en wat het begrip daar concreet inhoudt voor jou. Kun je dat formuleren? Ken je jezelf goed genoeg om het raadsel dat je zelf bent op dat punt te verhelderen?