Home Psyche Filosofie op de sofa: Simone Weil over de valkuil van intelligentie
Psyche

Filosofie op de sofa: Simone Weil over de valkuil van intelligentie

Door Marte Kaan op 10 december 2025

Filosofie op de sofa psychotherapeut met een boek van Simone Weil
foto Merlijn Doomernik | illustratie Mikko Kuiper
Wat verwacht je van een verrassing Filosofie Magazine geven
12-2025 Filosofie Magazine Lees het magazine
Psychotherapeut Marte Kaan ziet de inzichten van de grote denkers geregeld in het klein terug in de behandelkamer. Dit keer: Simone Weil.

‘De intelligente mens die trots is op zijn intelligentie is als een veroordeelde die trots is op zijn cel’

Soms ben ik onder de indruk van de intelligentie van een patiënt. Mooie taal, snelle en originele associaties, kennis van zaken. Zoals mijn patiënt, een jonge vrouw met een creatieve functie bij een productiebureau, die moeite heeft met intieme relaties; echt contact maken met een ander lukt haar niet. In de sessie strooit ze met feiten die ik niet ken, gebruikt ze woorden waar ik nooit van gehoord heb, oppert ze ideeën waarop ik nooit zou zijn gekomen. Inmiddels weet ik hoe bedrieglijk deze ervaring is. Ze zit hier niet om haar intelligentie te tonen, maar omdat ze lijdt. Haar De slimste mens-vertoning moet verhullen waar de pijn zit. Lijden doe je niet waar iemand bij is. Lijden is not cool.

Tussen de regels door klinken het verdriet en de rouw, de onmacht en de woede. Om gezichtsverlies te voorkomen neemt ze afstand, beschouwt ze haar gevoelens met een schijnbaar koele blik. Ze analyseert zichzelf. Ik moet niet denken dat ik iets zie wat zijzelf niet al gezien had. Niet alleen geeft ze me een dom gevoel, ze maakt me ook overbodig.

‘De intelligente mens die trots is op zijn intelligentie is als een veroordeelde die trots is op zijn cel,’ schreef Simone Weil. Ik zie haar zitten in haar cel, de veroordeelde. Kijk, een raam, en zie hoe het licht valt. En die gesloten deur? Dat is maar een detail.

Ontluikende intelligentie is een prachtig wapen voor een jong mens dat opgroeit in een onvoorspelbare en onveilige omgeving, waar de volwassenen de kinderen zijn en het kind zichzelf dient te redden. Ervaren dat je snel van begrip bent, dat je de dingen doorziet, betekent meer dan een gevoel van trots over prestaties. Intelligentie creëert de illusie van veiligheid: ik overzie het. Dat houdt de chaos buiten de deur – tot dat niet meer lukt. En dan blijkt die intelligentie een papieren bootje op een woeste oceaan. Het leven laat zich niet overzien, voorspellen of begrijpen. Nog erger dan het leven zijn andere mensen: ook die doen niet wat je zou willen.

Weil drukt met haar uitspraak uit welke misrekening mensen maken door zich te laten voorstaan op hun intellect. Deze trots maskeert de valkuil van slimheid: een te onbescheiden benadering van intelligentie pretendeert almacht, ‘omnipotente controle’ in vaktermen. Dat is een vorm van afweer die, zoals alle afweer, de realiteit aan het zicht onttrekt: de realiteit van de ander, van wat je niet kunt weten.

Mijn patiënt, die me altijd een stap voor probeert te zijn door in mijn plaats te denken, me te corrigeren en te bekritiseren, doet dat om zichzelf te beschermen tegen gevoelens die ze niet wil voelen. Ze stuurt ons gesprek, opdat ik niet onverwacht uit de hoek kan komen met een vraag die haar ontregelt omdat ze er geen antwoord op heeft.

Intelligentie gaat over weten en begrijpen. Therapie gaat over het tegenovergestelde. Geef je daar maar eens aan over, wanneer begrijpen, overzien en doorzien jouw manier is geworden om te overleven – en dat, tegenover iemand waarvan je weet dat zij er is om jou te helpen zoeken naar wat je niet begrijpt, en die misschien iets ziet wat je zelf niet had gezien. De chaos die daarop volgt, is onoverkomelijk.

De gevalsbeschrijvingen uit deze rubriek zijn nooit herleidbaar tot een bestaande patiënt of oud-patiënt.

Loginmenu afsluiten