Derek Strijbos: ‘Ernstige psychische ontregeling is confronterend. Mensen die bijvoorbeeld psychotisch zijn, raken het contact met onze gedeelde beleving van de wereld kwijt. Onze “normale” sociale omgang werkt dan niet meer om iemand weer binnen de gebaande paden van de redelijkheid te brengen. Op een diepere laag houdt dit ons allemaal een spiegel voor en doet het een appel om verder te kijken, te denken en te voelen dan we gewend zijn of comfortabel vinden.
Derek Strijbos (1979) is psychiater en opleider bij Dimence Groep, een instelling voor geestelijke gezondheidszorg. Daarnaast is hij bijzonder hoogleraar filosofie in de ggz aan de Radboud Universiteit. Zijn onderzoek bevindt zich op het snijvlak van psychiatrie en filosofie.
De afgelopen eeuw probeerden we het stigma te bestrijden door waanzin als ziekte te beschouwen: waanzin is geen illusie en ook geen keuze, maar een aandoening in je brein. Dit hielp wel, maar had helaas ook bijwerkingen. De meeste ziektemodellen focussen namelijk vooral op het individu, maar dit kan het stigma juist vergroten. We vergeten dan dat psychische ontregeling vaak ontstaat in wisselwerking met de omgeving, en dat gedragingen van anderen en maatschappelijke structuren onderdeel zijn van het probleem. Medische labels helpen om problemen te erkennen en aan te pakken, maar ze kunnen je ook gaan definiëren. Als stoornistaal overheerst in hoe je over jezelf denkt en spreekt, werkt dat zelfstigma in de hand.
We moeten het taboe op mentale stoornissen bestrijden omdat het herstel in de weg staat en maatschappelijk weinig goeds oplevert. Maar normaliseren is daar niet altijd de juiste weg voor. Ernstig depressief of extreem angstig zijn is allerminst normaal. We kunnen beter erkennen hoe disruptief die ervaring is en verbinding zoeken met de uitzonderlijke ervaringen van anderen. Dan is iemand die ernstig ontregeld is geraakt niet meer eng of vreemd, maar een medemens die begrip, steun en hulp nodig heeft.’
