Home Recensie: Bestrijder van bobotaal, al 2500 jaar 

Recensie: Bestrijder van bobotaal, al 2500 jaar 

Door Sebastien Valkenberg op 25 april 2019

Cover van 05-2019
05-2019 Filosofie magazine Lees het magazine

Zegt je baas rare, maar schijnbaar diepzinnige dingen? Twijfel dan niet aan je eigen begrip, maar pak Aristoteles erbij en zie dat je baas fout zit.

Kijken we naar de invalshoeken met de juiste focus, dan kunnen we daaruit opmaken wie er kan faciliteren op de deelgebieden waarop we gaan focussen.’ Zo probeerde een directeur van een semiwetenschappelijk bureau de organisatie op te peppen, maar tevergeefs. Niemand van de aanwezigen kon hier een touw aan vastknopen, aldus De Wethouder, die in Bobotaal (2014) de ergste management-Newspeak verzamelde.  

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Filosofie.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste verhalen over filosofie. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

De directeur praatte wel, maar wat zei hij nu precies? Aristoteles schiet te hulp met Over drogredenen, dat zojuist is verschenen in een Nederlandse vertaling. Dit boekje geldt als het eerste werk over dit onderwerp. Want hoewel eerdere filosofen zich al hadden gekeerd tegen kwalijke redeneerfouten, deed niemand dit zo systematisch als Aristoteles.
 

Sofisten

In de eerste plaats keert de schrijver zich tegen de sofisten, die tegen betaling leerden hoe je via spitsvondige redeneringen de waarheid manipuleerde. Vijfentwintighonderd jaar later bestaan sofisten niet meer – of eigenlijk opereren ze tegenwoordig onder een andere naam. Hun opvolgers heten spindoctors en communicatieadviseurs – specialisten in de bobotaal die het zo goed doet onder beleidsmakers. Zij maken dat Over drogredenen blijvend actueel is. 

Had Aristoteles nu geleefd, dan was hij vermoedelijk achter hen aan gegaan. En níét achter Donald Trump, zoals de uitgever van Over drogredenen veronderstelt: de behoefte aan een lesje redeneren is groot, staat er op haar website, als ‘de machtigste politicus van het westelijk halfrond’ het niet zo nauw neemt met de waarheid. Eind vorig jaar concludeerde The Washington Post inderdaad dat hij gemiddeld vijftien leugens per dag vertelt. Dat is onwenselijk, maar niet het onderwerp van Over drogredenen

Wanneer Trump zichzelf per tweet feliciteert met 2017 als ‘het veiligste jaar ooit’ in de burgerluchtvaart, dan is dat onzin. Al sinds 2009 crashten er geen passagiersvliegtuigen in de Verenigde Staten. Zijn uitspraak kan dus worden weerlegd op empirische gronden, terwijl het Aristoteles gaat om redeneringen die niet deugen, maar dat wel pretenderen te doen. 

Dat legt hij uit via een beeldende vergelijking. ‘Sommige [dingen, SV] zijn echt van zilver of van goud, andere zijn het niet maar lijken het op het oog: dingen van zilverglit of tin bijvoorbeeld lijken van zilver en gele dingen van goud. Net zo is de ene redenering of weerlegging sluitend en echt, terwijl de andere dat niet is, maar toch die indruk wekt door gebrek aan ervaring.’ 

Er is, met andere woorden, behoefte aan onderricht. Dit komt van Aristoteles, in meerdere werken. Over drogredenen is nummer zes in een serie over logica. Eerder leerde Aristoteles hoe een sluitrede (of syllogisme) eruit hoort te zien; nu keert hij zich tegen redeneringen die alleen sluitend lijken te zijn: het soort redenering waaraan de directeur hierboven zich schuldig maakte. 

Wat doet de directeur fout? We pakken Aristoteles erbij, die de belangrijkste drogredenen inventariseert. Zo wordt duidelijk dat de directeur probeert met de juiste focus de juiste focus te vinden.

De Engelsen noemen dat begging the question; in het Nederlands heet dit een cirkelredenering. 
 

Handige gids

Het is bijna niet te geloven, zo signaleert Anthony Gottlieb in De droom van de rede: iemand die zo veelzijdig was dat hij in zijn eentje de basis legde voor zowat elk vakgebied. De biologie? Te herleiden tot Aristoteles. De ethiek? Idem. Hetzelfde geldt voor de retorica én de logica, waartoe Over drogredenen heeft bijgedragen. 

Tot ver in de twintigste eeuw gold Aristoteles’ classificatie van drogredenen als gezaghebbend. Drie eeuwen geleden voegde John Locke het zogenoemde argumentum ad ignorantiam en het argumentum ad verecundiam toe, maar zoals in de uitvoerige inleiding van de nieuwe vertaling staat: ‘Voor het grootste deel werd Aristoteles’ classificatie ongewijzigd overgedragen van leerboek tot leerboek, dikwijls met inbegrip van de voorbeelden.’ Zeggen dat Over drogredenen invloedrijk was, is te zwak uitgedrukt voor een werk dat bijna 2500 jaar als ijkpunt gold. 

Aristoteles schreef geen literaire dialogen zoals zijn leermeester Plato, maar academische betogen zonder franje. Eerst zette hij uiteen wat zijn onderwerp was, dan volgde het plan van aanpak. In de behandeling van zijn vraagstelling betrok Aristoteles eerdere bijdragen aan het debat: wat hebben anderen erover gezegd? Precies zoals wetenschappelijke artikelen tegenwoordig zijn opgezet. Dat stramien komt dan ook weer van Aristoteles.