Friedrich Nietzsche zag het Europa om hem heen vervallen in nihilisme: de overtuiging dat alles waardeloos is. Hij schetste twee mogelijke toekomstige scenario’s: vervallen in onverschilligheid, of het voortouw nemen en onze eigen waarden scheppen.
Nietzsche onderscheidt verschillende soorten of gedaanten van het nihilisme, die allemaal kunnen worden verzameld onder de term ’het Europese nihilisme’.
‘Europa’ staat voor een grote verscheidenheid aan historische periodes, nationale culturen, volken, standen en ‘rassen’. Het huidige Europa is op een belangrijk punt in zijn ontwikkeling aangekomen, in zoverre veel van die verschillen nu lijken te worden verzameld in één moderne Europese cultuur. Niet alleen wordt Europa politiek meer één geheel, maar vooral leiden wetenschap, democratie en andere moderne ideeën ertoe dat steeds meer van die verschillen verzameld worden in een mengsel dat volgens Nietzsche bedenkelijke aspecten heeft.
Al die ontwikkelingen leiden tot het ontstaan van een Europese mengselmens, die zich naar twee kanten toe kan ontwikkelen.
Het is mogelijk dat de spanningen die de Europese cultuur en geschiedenis als geheel kenmerken zich nu ook binnen de individuele Europeaan ontwikkelen, zodat die daardoor – als een maximaal gespannen boog – verre doelen kan bereiken. Maar waarschijnlijker is een ontwikkeling in de andere richting: de verschillen vervagen of de last van de spanning ertussen wordt ontvlucht in onverschilligheid. Doorgaans zal de moderne Europeaan een sceptische houding hebben. Hij zal lijden aan de typisch Europese ziekte van het relativisme, lelijker, zieker en zwakker worden en zichzelf daardoor steeds meer verachten. En: “wat betekent tegenwoordig nihilisme, als het niet dat is? … Wij zijn de mens zat…”.