Home Mens en techniek Nascholing

Nascholing

Miriam Rasch is essayist en filosoof en verbonden aan de Willem de Kooning Academie.

Door Miriam Rasch op 28 april 2023

Miriam Rasch column ontroering middelvinger

Miriam Rasch is essayist en filosoof en verbonden aan de Willem de Kooning Academie.

FM5 cover vergeten Filosofie Magazine
05-2023 Filosofie magazine Lees het magazine

Dit artikel krijgt u van ons cadeau

Wilt u onbeperkt toegang tot de artikelen op Filosofie.nl? U bent al abonnee vanaf €4,99 per maand. Sluit hier een abonnement af en u heeft direct toegang.

Op een nascholingsdag voor filosofiedocenten hield ik een praatje over de grens tussen mens en techniek, naar aanleiding van de publicatie van het nieuwe eindexamenonderwerp. Tussen de mens en zijn vertaling in data zit een gat, zei ik; er ontsnapt iets wat niet in nullen en enen te vangen is. Hoe kun je daar woorden aan geven? Omarm de vervreemding die ontstaat als je je eigen dataprofiel in ogenschouw neemt, hield ik de aanwezigen voor, juist daarin ligt onze autonomie besloten. Frictie moet niet weggeautomatiseerd worden, maar gevierd!

Het zijn thema’s die ik inmiddels een aantal jaren met een uiteenlopend publiek bespreek, maar nog nooit met een zaal vol leraren filosofie. Ik ben er zelf ook een, dus ik mag het zeggen: dat is het meest betweterige publiek denkbaar.

Even tussendoor… Meer columns lezen van Miriam Rasch? Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief

Meld u aan voor onze nieuwsbrief

Ontvang elke woensdag het laatste filosofie nieuws, de beste artikelen van de week en af en toe een aanbieding.
Ontvang wekelijks het laatste filosofienieuws, de beste artikelen en af en toe een aanbieding.

‘Heeft dit ook te maken met het taalspel van Wittgenstein?’ vroeg de eerste, een gedistingeerde heer. ‘Ik moet denken aan de kantiaanse qualia, schrijft u daar ook over?’ merkte de tweede op. En nummer drie: ‘Is dit niet een herformulering van het onderscheid tussen zuhanden en vorhanden?’ Ze hadden allemaal gelijk, want alles hangt met alles samen, en over geen van die dingen had ik het uitgebreid gehad. Zo kreeg ik zelf ook een beetje nascholing.

Iedere filosofiestudent kent hem: de ‘oudere student’ die alles al weet en dat ook graag laat blijken. Niet iedere filosofiestudent realiseert zich echter dat je op den duur zelf ook zo wordt: een berijder van stokpaardjes en adoptieouder van dat ene concept dat van toepassing is op allerhande situaties en onderwerpen. Mijn eigen stokpaardjes heb ik hierboven uit de doeken gedaan.

Toen ik eenmaal had toegegeven dat ik eigenlijk nog een boek over het onderwerp zou moeten schrijven, was er tijd voor nog één vraag. ‘Ben je niet gewoon op zoek naar de zin van het leven?’ vroeg een jonge vrouw. Er ging gegrinnik door de zaal. Ik stond met mijn mond vol tanden. Want ja, was dat niet waar het altijd op neerkwam, los van alle conceptuele begrippen? ‘Ik geloof niet dat er zoiets bestaat als zin,’ moest ik bekennen, ‘maar misschien ben ik er juist daarom naar op zoek.’