Niet alleen helpt boeddhistische meditatie om inzicht te krijgen in onze geest en emoties. Boeddhisme heeft naast een eigen psychologie, ook een sociale visie, stelt psycholoog en boeddhistisch leraar Han de Wit.
Hoe komt het dat dezelfde situatie door verschillende mensen zo anders kan worden beleefd? Han de Wit begon in de jaren ’ 60 zijn studies psychologie en filosofie, om inzicht te krijgen in de werking van de geest. Maar zijn vraag bleef onbeantwoord. Het behaviorisme hield de psychologie in zijn greep: psychologie ging over menselijk gedrag, de geest was een ontoegankelijke ‘black box’. En de filosofie werd beheerst door taalkwesties; de ervaring kwam nauwelijks aan bod. De Wit ging op zoek alternatieve bronnen om zijn vraag te beantwoorden, en kwam via ‘verdachte boekhandels’ het boeddhisme op het spoor. “Ik ontdekte dat het boeddhisme een eigensoortige psychologie bezit, die gaat over onze werkelijkheidsbeleving, over het verhelderen van onze geest en over levenskunst. Maar het is geen ‘derde persoonspsychologie’, zoals de westerse empirische psychologie. Het is een ‘eerste persoonspsychologie’: empirisch onderzoek dat mensen op hun eigen geest uitvoeren.”
Dit artikel is exclusief voor abonnees