Niet alleen Joden zijn massaal vernietigd tijdens de Tweede Wereldoorlog; ook de Duitse identiteit is eraan gegaan. Dat wil kunstenaar Anselm Kiefer laten zien in werk dat nu in Groningen wordt tentoongesteld.
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Nederland houdt van Kiefer. Deze zomer zijn er in twee grote musea werken van hem te zien: het Groninger Museum en het Van Abbe in Eindhoven. Godsdienstfilosoof Wessel Stoker, emiritus hoogleraar esthetiek: ‘Bij Kiefer moet je de werken zeker in het echt zien, omdat hij zoveel verschillende materialen gebruikt. Het enorme formaat van de werken – dit hier is nog groter dan mijn boekenwand – heeft grote invloed op de manier van kijken.’
In Duitsland, waar Kiefer vandaan komt, was hij lange tijd helemaal niet geliefd. Dat kwam doordat hij begon met controversiële werken, waarin hij bijvoorbeeld zelf een Hitlergroet brengt. De Duitsers wisten niet hoe ze dat moesten interpreteren. Amerikaanse Joden hadden wel waardering voor hem, en in de jaren tachtig brak hij door op de biënnale in Venetië.
Het werk dat in Groningen te zien is komt ook uit de jaren tachtig en draagt de titel Wege der Weltweisheit: die Hermannsschlacht. Hoewel Kiefer nog een tijdje filosofie heeft gestudeerd, en Heidegger te zien is op een variant van dit werk, verwijst de titel niet naar Holzwege van Heidegger. Die is ontleend aan een apologie van de voor de meesten onbekende jezuïet Bernhard Jansen. Stoker: ‘Kiefer plukt overal dingen vandaan.’
Hoe komt hij bij dit bos met mensen en het prikkeldraad?
‘Het bos staat voor Duitsland. In de negende eeuw vond in een Duits woud de Hermansschlacht plaats. Hermann was een Germaanse officier, die met zijn leger won van de Romeinen. Dit vervulde de Duitsers met trots en verschafte een identiteit voor het Germanendom. In de Romantiek werd de connectie met het boslandschap nog eens versterkt door Casper David Friedrich, die dit landschap centraal stelde in zijn schilderijen. Kiefer stelt in veel van zijn werken de Duitse landschapstraditie ter discussie, maar hier verwijst het bos simpelweg naar zijn vaderland.
De mensen die je ziet zijn allemaal Duitse dichters, filosofen en politici. Velen uit de Romantiek. Ze vertegenwoordigen de Duitse cultuur. Maar als je de verhalen van de afgebeelde mensen nagaat, zie je dat veel van hen misbruikt zijn door de nazi’s, bijvoorbeeld de dichter Stefan George. Het lijkt op prikkeldraad, maar deze mensen zijn met elkaar in een web verbonden; ze vormen de cultuur van Duitsland.’
Die cultuur wordt dus vernietigd door het vuur. Waar staat dat voor?
‘Dat staat voor het nazisme. Het is een thema dat telkens terugkeert bij Kiefer. De Duitse cultuur is door de nazi’s in rook opgegaan, zo toont Kiefer hier. Kiefer is van voor de oorlog; hij was 35 toen hij dit maakte.Hij worstelde met de vraag wat de identiteit is van een kunstenaar na deze geschiedenis. Hij wilde zeggen dat de nazi’s niet alleen de Joden hebben vernietigd, maar ook de identiteit van Duitsland, want de Joodse bijdrage aan de Duitse cultuur was heel groot. De nazi’s zetten bovendien de Duitse traditie in om hun ideologie te verdedigen.’
Dit werk is vrij somber over het verleden. Is er bij Kiefer nog hoop voor de toekomst?
‘Kiefer zegt over zichzelf: “Ik ben sceptisch, met een glimpje hoop.” Waar zijn eerdere werken vooral woede toonden zie je hier inderdaad wel verdriet. Melancholie speelt een sterke rol. Maar later werd hij iets positiever. Het grijs dat je hier ziet is dat van lood, en dat kun je volgens alchemisten ook omzetten in goud.’
Auteur Marianne M. van Dijk