“Elk bewustzijn is bewustzijn van iets”
Edmund Husserl
Intentionaliteit is afgeleid van het Latijnse intentio, en kan vertaald worden als ‘aandacht’, ‘streven’ of ‘bedoeling’. In de middeleeuwse traditie van de scholastiek werd het gebruikt om een wilsdaad aan te duiden. De moderne filosofische definitie is anders, maar heeft nog altijd met aandacht te maken: ergens op gericht zijn.
Het begrip wordt vooral geassocieerd met de fenomenologie van Edmund Husserl (1859-1938) waarin het bewustzijn centraal staat. Hoe de wereld verschijnt aan ons bewustzijn ziet hij als het uitgangspunt voor kennis. Er is dus een bepaalde koppeling tussen ons bewustzijn en de externe wereld. Die link beschrijft Husserl als intentionaliteit, een begrip dat hij leent van zijn leermeester Franz Brentano: bewustzijn is altijd ergens op gericht; we zijn bewust van iets.
Stromingen binnen de philosophy of mind gebruiken intentionaliteit ook om woordbetekenissen en mentale toestanden te omschrijven. Zo ontleent het woord ‘tafel’ haar betekenis aan haar gerichtheid op tafels die we in de werkelijkheid aantreffen, en staat de mentale toestand ‘pijn’ in relatie tot een botsing met die fysieke tafel.
Relevante berichten


‘Bewustzijn is fysiek verklaarbaar’
Onderzoekers stellen dat ze ‘het moeilijke probleem van bewustzijn’ hebben opgelost. Neurofilosoof Marc Slors zet daar zijn vraagtekens bij.


Edmund Husserl: de eeuwige beginner
Edmund Husserl vond in de fenomenen een fundament voor de filosofie. Een historisch profiel van de Duitse filosoof en wiskundige.


Close reading: Husserl vindt exacte wetenschappers naïef
Filosoof en fenomenoloog Edmund Husserl laat zien dat wetenschappers voorbijgaan aan de gelaagdheid van hun eigen ervaring.


‘Een psychische afwijking is het gevolg van eigen keuzes’
Maarten van Buuren kampt al jaren met depressie. Met de ontdekking van Ludwig Binswanger ging hij de psychische stoornis anders zien.